Arijen Leendersz (Arien Lenertsz) Dijcxman , † <6-1669.
Zoon van Leendert Cornelisz (Lenert Cornelisz) ( Kerckhoff) en Jannigje Cornelisdr (Jannetge Cornelisse) Kerckhoff .

Mogelijk had Arijen een andere moeder (= mogelijke eerdere vrouw van zijn vader), daar Arijen níet de echternaam van Jannigje heeft overgenomen.

Arjen Lenertsz Dicxman vierdalff margen streckende vande Maasloot af tot Dirck Janspersz ende meer andere haer lant toe belendt aen de oostsijde Jan Lenert Meijnen ende aende westsijde Jacob Phillipsz.

In H’berg op 19-3-1629 comp.
- Jannetge Cornelisse, weduwe van Lenert Cornelisz, geassisteerd met mij, schout, als haar voogd in deze, ter eenre, en
- Cornelis Lenertsz den Boer,
- Cornelis Lenertsz Kerkhoff,
- Arien Lenertsz Dijcxsman en
- Pieter Lenertsz, alle vier voor zichzelf, - Cornelis Lenertsz Coppelenaer gehuwd met Kniertge Lenerts,
- Pieter Jansz Klinkert gehuwd met Maritge Lenerts en
- de voornoemde Cornelis Lenertsz Kerkhoff in de naam van Lucas Jansz Coppert, als getrouwd geweest zijnde met Ingetge Lenerts;
Zij zijn allen tezamen kinderen en erfgenamen van Lenert Cornelisz zaliger, ter andere zijde, en hebben verkaveld.

R’dam, 6-5-1631: Aryen Leendersz Dijcxman, won. aan de Rotte onder Hillegersberch, bevestigt schuldig te zijn aan Jan Cornelisz won. aan de Oudendijck in Cralingen, een bedrag van 400 gld. wegens geleend geld.

Te H’berg op 17-10-1652 comp. Lenert Jacobsz, scheepmaker, weduwnaar van Ingetje Ariens, en heeft verticht tegen Arien Lenertsz Dijksman, als grootvader en geordonneerd voogd over Maerten Lenertsz, zijn kind, geprocreëerd bij Ingetje Ariens.

Te H’berg op 17-10-1652 zijn gekomen Lenert Jacobsz Scheepmaker, weduwnaar van Ingetje Ariens, ter eenre, en Arien Lenertsz Dijcxman, als grootvader en voogd van Maarten Lenertsz, nagelaten weeskind van Ingetje Ariens, ter andere zijde, en hebben verkaveld.

Te H’berg werd op 18-1-1655 een rekening opgemaakt. Genoemd wordt Arien Leendertsz Dijcxman als voogd van het kind van Ingetgen Ariens, van wie vader is Lenert Jacobsz Scheepmaker.

In een rekening van 18-1-1655 in H’berg wordt Arien Leendertsz Dijcxman nog genoemd als voogd van het kind van Ingetgen Ariensdr., van wie vader is Lenert Jacobsz. scheepmaker.

Arien Leenderts Dijcxman wordt op 4-3-1658 bij een belending genoemd.
Overl. tussen 12-5-1657 en 11-5-1669.

1. Pieter Aerjense Dijcxman , [] Rotterdam, Hillegersberg ±29-10-1698.
   Pieter Aerjense trad op als getuige bij de doop van Pieter Jans de Bruijn .
   
   Pieter arijensz. Dijcxman, bouwer en arbeider te Ommoord.
   
   Pieter Arijensz Dijcxman in vier margen streckende vande Ommoortsche Wech aff tot Huibert Jacobsz landt toe belent ten oosten Arijen Pieter Vrancken ende ten westen Huibert Jacobsz. Borge t selve landt.
   
   Op 11-3-1646 werd een Pr. Arijenss Dijcxman in Hillegersberg vermeld.
   
   Te Hillegersberg op 15-5-1686 zijn gekomen Pieter Ariensz Dijksman en Barbara Jans Keet, weduwe van Cornelis Ariensz Dijksman, en zij hebben verkaveld.
   Impost overl. aangegeven door Cornelis Dijcxman.
   
   
   × <3-1657   Annetje Cornelisse Cleij , † <6-1683.
   
   Te Hillegersberg op 22-2-1657 is sprake van Pieter Ariensz Dijksman, gehuwd met Annetje Cornelisse [Cleij(weg)], die één van de erfgenamen is van wijlen Adriaan Bouwense en zijn weduwe Maritge Jans Zeeuwen. Annetje is wsl. een dochter van Cornelis Cornelisz. Cleijweg en Maritge Bouwens.
   
   In Hillegersberg op 1-3-1657 comp.
   - Maertge Jans Zeeuwen, weduwe van Adriaen Bouwensz, ter eenre, en heeft verticht tegen
   - Cornelis en Claes Cornelisz, zonen van Cornelis Bouwensz,
   - Pieter Cornelisz Cleij voor zichzelf,
   - Pieter Adriaensz Dijcxman gehuwd met Annetje Cornelisse,
   - Claes Cornelisz voor zichzelf,
   - Cornelis Pleunen van Dijck gehuwd met Trijntje Cornelisse,
   - Claes Gabrielsz gehuwd met Neeltje Cornelisse,
   - Cornelis Vranckenz Koot gehuwd met Maritge Cornelisse en
   - Cornelis Cornelisz Cleijweg als voogd over zijn onmondige kinderen, met name Bouwen, Cornelis, Jacob, Alewijns en Lenert Cornelisz van de Cleijweg, geprocreëerd bij Maritge Bouwens zaliger, zijn tegenwoordige huisvrouw;
   [zij zijn] allen tezamen erfgenamen ex testamento van zaliger Adriaen Bouwensz.
   
   Te Hillegersberg op 24-4-1666 comp. Ariaentje Pieters ’t Hooft, weduwe van Pieter Cornelisz Cleijwegh, geassisteerd met Cornelis Cornelisz, haar gekozen voogd, en heeft verticht tegen Cornelis Cornelisz Cleijwegh en Pieter Ariens Dijksman, als geordonneerde voogden over de nagelaten weeskinderen van Pieter Cornelis Cleijwegh en dat van al de goederen.
   
   Te Hillegersberg op 24-4-1666 zijn gekomen Ariaentje Pieters ’t Hooft, weduwe van Pieter Cornelisz Cleijwegh, geassisteerd met Cornelis Corsz, haar gekozen voogd, en heeft uitkoop gedaan tegen Cornelis Cornelisz Cleijweg en Pieter Ariensz Dijksman als voogden over:
   - Cornelis Pieters, oud 15 jaar,
   - Jacob Pieters, oud 12 jaar, en
   - Marijtje Pieters, oud 8 jaar,
   nagelaten weeskinderen van Pieter Cornelisz Cleijweg, bij haar, Ariaentje Pieters, verwekt.
   Annetge Cornelis, overl. tussen 21-3-1666 en 5-5-1683.
   
   
   5 kind(eren)



2. Ingetgen Ariens ( Dijcxman) , † <11-1652 .
   
   In H’berg 17-10-1652 zijn gekomen Lenert Jacobsz Scheepmaker, weduwnaar van Ingetje Ariens, ter eenre, en Arien Lenertsz Dijcxman als grootvader en voogd van Maarten Lenertsz, nagelaten weeskind van Ingetje Ariens, ter andere zijde en [zij] hebben verkaveld.
   
   Te H’berg werd op 18-1-1655 een rekening opgemaakt. Genoemd wordt Arien Leendertsz Dijcxman als voogd van het kind van Ingetgen Ariens, van wie vader is Lenert Jacobsz Scheepmaker.
   
   
   ×   Lenert Jacobsz Scheepmaker .
   
   Lenert was een zoon van Jacob Maartsz Scheepmaker, die op 17-4-1652 werd genoemd als weduwnaar van zaliger Trijntje Cornelisse.
   
   Op 15-9-1652 comp. Jacob Maertensz. scheepmaker, alsmede voor Leendert Jacobsz. scheepmaker, ter eenre, en Gerrit Dircx Versyden, won. Bleyswyck, ter andere zijde, betreft een praem ende schuyt.
   
   Te Hillegersberg op 17-10-1652 comp. Lenert Jacobsz scheepmaker, weduwnaar van Ingetje Ariens, en heeft verticht tegen Arien Lenertsz Dijksman, als grootvader en geordonneerd voogd over Maerten Lenertsz, zijn kind, geprocreëerd bij Ingetje Ariens.
   
   Te Hillegersberg op 28-3-1652 comp.
   - Jacob Maertensz, scheepmaker, weduwnaar van Trijntje Cornelisse, en heeft verticht tegen
   - Cornelis Vrancken Broer, gehuwd met Magdaleentje Jacobs,
   - Cornelis Jacobsz en
   - Lenert Jacobsz, beiden voor hun zelf,
   - Lenert Philipsz gehuwd met Annetje Jacobs en
   - Willem Thomasz gehuwd met Leijntje Jacobs;
   Zij zijn allen kinderen en erfgenamen van Trijntje Cornelisse.
   
   Te Hillegersberg op 17-4-1652 zijn bijeen gekomen
   - Jacob Maartsz Scheepmaker, weduwnaar van zaliger Trijntje Cornelisse, voor d’ene helft, ter eenre, en
   - Cornelis Vranck Broer, als gehuwd Magdaleentje Jacobs, Cornelis Jacobsz en Lenert Jacobsz, beiden voor zichzelf en Lenert Philipsz gehuwd met Annetje Jacobs en Willem Thomasz, wonende te Bleiswijk, gehuwd met Wijntje Jacobs, allen kinderen en erfgenamen van Trijntje Cornelisse voornoemd voor de andere helft.
   Zij hebben verkaveld.
   
   Te H’berg op 19-3-1654 zijn bijeen gekomen:
   - Cornelis Vrancken Broer gehuwd met Magdaleentje Jacobs,
   - Cornelis Jacobsz van Oosten en
   - Lenert Jacobs, beiden voor zichzelf,
   - Lenert Philipsz gehuwd met Annetje Jacobs en
   - Willem Thomasz gehuwd met Leentje Jacobs;
   Zij zijn tezamen kinderen en erfgenamen van Jacob Maartensz Scheepmaker, en zij hebben verkaveld.
   
   Teunis Teunisz. Wys, won. Bleyswyck, is op 18-7-1654 geld schuldig aan Leendert Jacobsz., scheepmaker, won. tot Bergschenhoek, en aan Wilm Tonisz. van Santen, won. Bleyswyck.
   
   
   1 kind(eren)



3. ? Cornelis Ariensz Dijcxman , † <1687 .
   
   ×   Barber Jans Keet , * ±1625 .
   
   4 kind(eren)



4. ?? Maertge Aerjens Dijcxmans .
   
   Jan Cornelisz. de Bruijn, scheepmaker, en Maertge Ariens Dijcxmans, echteluijden, won. aan de Rotte in de ambacht van Hillegersberg, testeerden op 2-12-1654 in Bergschenhoek.
   
   
   × ±1655   Jan Cornelisz de Bruijn .
   Kinderen: Hugo, Maritge, Pieter en Meijnsje.
   
   Bergschenhoek, d.d. 19-5-1653:
   Pieter Leenderts Post, won. aan de Rotte onder Hillegersberg, is schuldig aan Jan Cornelisz. de
   Bruyn, scheepmaker, de som van 60 car.gld. ter saecke van een schip.
   
   Bergschenhoek, d.d. 26-7-1653: Jan Cornelisz. de Bruyn, scheepmaker, en Ariaentge Reyers, won. aan de Rotte onder Hillegersberg, testeren.
   
   Jan Cornelisz. de Bruijn werd op 7-2-1654 genoemd als voogd van de naergelaeten weeskinderen van Huijch Cornelisz. de Bruijn.
   
   Jan Cornelisz. de Bruijn, scheepmaker, en Ariaentge Reijers, won. aan de Rotte onder Hillegersberg, hadden op 26-7-1653 in Bergeschenhoek getesteerd.
   
   
   4 kind(eren)