Wouter Gijsbertsz (Wauter Ghisebertssoen) van Langerak , † ±1522.
Zoon van Gijsbert Gijsbertsz (Gijsbert de Bastaard) van Langerak .

Afb. Zegel uit 1521 van Wouter Gijsbertsz. van Langerak   

Wouter Gijsbertsz. van Langerak wordt vermeld te Zevender en te Langerak (1497 en 1507), was gezworene (1510, 1520,70 1521) en schepen van Langerak (1512, 1520).

Het wapen van Wouter Gijsbertsz. van Langerak bevatte een klimmende leeuw met barensteel van drie hangers over de borst.

De naam van de vrouw van Wouter is onbekend.

Op 12 maart 1486 wordt Wouter Gijsbertsz. van Langerak beleend met een viertel land in Zevender, strekkende van de wetering tot de halve vliet, na dode van zijn vader Gijsbert Gijsbertsz., waarna hij het leen direct overdraagt aan Joost Aerntsz.
Vervolgens wordt hij op 29 juni 1486 (er staat foutief 1476) beleend met 4 morgen land te Langerak. Een leen dat ongetwijfeld afkomstig is van zijn vader, die op 19 januari 1476 wordt vermeld als leenmangetuige.
Op 16 mei 1523 wordt zijn zoon, Gijsbert Woutersz., beleend en vervolgens op 20 mei 1581 zijn achterkleindochter Lijntgen Wouter Gijsbertszdr. Zij is op dat moment nog minderjarig en voor haar doet Pieter Pietersz. manschap. Na haar huwelijk doet op 10 mei 1592 haar man, Balten Willemsz. van Dijck, voor haar hulde, en na diens overlijden haar tweede echtgenoot Reinier Pietersz. op 1 mei 1594. Ten slotte wordt het leen op 17 december 1600 overgedragen aan Daniël Bastiaensz.
Wouter is overl. tussen 19-3-1521 en 16-5-1523.

1. Gijsbert Woutersz (Ghys Woutersz) , † ±1580 .
   
   1 kind(eren)