Maritge Claesdr
(Maritge Claes Willemsdr)
, † ±1631.
Dochter van
Claes Willemsz van ter Bregge
en
Trijntgen Jans
.
In ’t Amb. H’berg op 3-3-1625 comp.
- Claes Willemsz. ter Bregge, ter eenre, mitsgaders
- Willem Claesz., Jan Claesz., Phillips Claesz., Arien Claesz. en Betgen Claesdr., alle vijf voor haar zelf, Cornelis Michielsz. als man en voogd van Maritgen Claesdr., Frans Cornelisz. als man en voogd van Leentgen Claesdr. en Willem Claesz., als oom en voogd, en Maerten Pleunen, vader en zulks mede-voogd, van de nagelaten weeskinderen van zaliger Neeltgen Claesdr., alle kinderen en kindskinderen respectievelijk en zulks erfgenamen van
Trijntgen Jansdr. zaliger, ter andere zijde.
Zij bekennen met elkaar gegrondkaveld te hebben [...].
H’berg, 8-1-1628: Staat en verdeling voor de erfgenamen van Claes Willemsz, met name Willem Claesz, Jan Claesz, Philips Claesz, Arien Claesz, Cornelis Michielsz gehuwd met Maritge Claesse, Frans Cornelisz (gehuwd met [Leentje Claesse]), Betge Claesse, geassisteerd met haar zoon Willem Pleunen, en de kinderen van Neeltge Claesse.
Te H’berg op 31-3-1629 comp.
- Willem Claesz, Philips Claesz en Arien Claesz, alle drie voor zichzelf,
- Cornelis Michielen gehuwd met Maritge Claesse,
- Frans Cornelisz ’t Baesge gehuwd met Leentge Claesse en de voornoemde Willem Claesz in de naam van
- Betge Claesse, mitsgaders als oom en voogd van
- de kinderen van zaliger Jan Claesz en nog als oom en voogd van
- de kinderen van Neeltge Claesse, daar vader af is Maerten Pleunen;
Allen tezamen kinderen en erfgenamen van Claes Willemsz, en zij hebben verkaveld.
Op 11-3-1632 in Hillegersberg compareerden Cornelis Michielsz., weduwnaar van Maritge Claesdr. zaliger in Ommoird, ter eenre, en Jacob Cornelisz., Feys Cornelisz. en Willem Cornelisz., alle drie voor zich zelf, Arien Pietersz. Vrancken en Cuniertje Cornelisse en Willem Claesz. als oom en voogd van Maritge, Jan en Liedewij Cornelisse, kinderen en erfgenamen van zaliger Maritge Claesse, ter andere zijde.
Te H’berg op 18-6-1633 comp.
- Willem Claesz, Philips Claesz en Betge Claesse, alle drie voor zichzelf,
- Frans Cornelisz ’t Baesge gehuwd met Leentge Claesse,
- Willem Cornelisz voor zichzelf,
- Cornelis Michielen in de naam van Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz en voor Arien Pieter Vrancken gehuwd met Cuniertge
Cornelisse en de voornoemde Willem Claesz als voogd van Maritge, Jan en Liedewij Cornelisse, met zijn zevenen kinderen van zaliger Maritge Claesse.
- Jan Jansz, molenaer tot Schiedam, voor zichzelf en Jacob Jansz, medemolenaer tot Schiedam, gehuwd met Maritge Jansz en Willem Claesz voornoemd als voogd van Willem Jansz, mitsgaders de voornoemde Jan Jansz en Jacob Jansz in de naam van Dirk Jansz als medevoogd van de voornoemde Willem Jansz, met zijn drieën kinderen van zaliger Jan Claesz.
- Pieter Willemsz gehuwd met Neeltge Maertens en Willem Claesz als voogd van Pleun, Trijntge, Maritge, Jan, Aeltge en Willem Maertensz, met zijn zevenen kinderen van zaliger Neeltge
Claesse, en allen tezamen erfgenamen van zaliger Arien Claes Willemsz.
Zij hebben verkaveld.
In ’t Amb. Hillegersberg op 10-4-1634 comp.
- Willem Claesz., Phillips Claesz. en Betgen Claesdr. alle drie voor haar zelf,
- Frans Cornelisz. ’t Baesgen als getrouwd hebbende Leentgen Claesdr. en elk voor een zevende part,
- Jan Jansz. mede voor hem zelf, Jacob Jansz. als getrouwd hebbende Maritgen Jansdr. en Dirck Jansz. als voogd van Willem Jansz. met hen drieen kinderen van zaliger Jan Claesz. en zulks mede voor een zevende part, en de voorn. Willem Claesz. hem sterk makende en de rato caverende voor
- Jacop Cornelisz., Feijs Cornelisz., Willem Cornelisz. en voor Arien Pieter Vrancken, als getrouwd hebbende Cuniertgen Cornelisdr., en voor Hubert Pietersz. Vranckensz., getrouwd hebbende Maritgen Cornelisdr., en nog hij Willem Claesz., als oom en voogd van Jan Cornelisz. en Lieduwij Cornelisdr., kinderen van zaliger Maritgen Claesdr., mede voor gelijk zevende part,
alle te samen mede-erfgenamen van zaliger Arien Claesz.
Zij transporteren aan Pieter Willemsz. Corffbreijer, voor hem zelf en voor de andere gemeen kinderen van zaliger Neeltgen Claesdr. daar vader af is Maerten Pleunen, haar comparanten zes zevende parten in zekere halve
schuur met het erve daar op dezelfde halve schuur is staande en daar in hem
- Pieter Willemsz., als getrouwd hebbende Neeltgen Maertensdr., zijnde mede een dochter van Neeltgen Claesdr., en de verdere kinderen van de zelve Neeltgen Claesdr., mede-erfgenamen als boven het verdere zevende gedeelte is competerende, en van welke schuur en erve de wederhelft de zelve kinderen van Neeltgen Claesdr. te samen en in het gemeen is toebehorende, zulks dezelfde schuur en erve is staande en gelegen ten dele binnen de Rotte kade en voorts buiten de kade in den Boschen.
Te H’berg op 17-5-1638 Comp. Trijntge Pieters, weduwe van Willem Claesz, geassisteerd met Jan Lenert Meijnen, haar voogd in deze, ter eenre en Philips Claesz en Betge Claesse, beiden voor zichzelf, Frans Cornelisz ’t Baesge gehuwd met Leentge Claesse, Jan Jansz en Willem Jansz, beiden voor zichzelf, en Jacob Jansz gehuwd met Maritge Jans, met hun drieën kinderen van Jan Claesz, Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz, Willem Cornelisz en Jan Cornelisz, alle vier voor zichzelf,
Arien Pieter Vrancken, Huijbert Pieter Vrancken en Arien Jansz van Alphen, alle drie in de naam van hun respectieve huisvrouwen en met hun zevenen kinderen van zaliger Maritge Claesse, Pleun Maertensz voor zichzelf, Pieter Willemsz Corffbreijer gehuwd met Neeltge Maertens, Pieter Cornelisz Molenaer gehuwd met Maritge Maertens en de voornoemde Pieter Willemsz als voogd van Trijntge Maertens, Jan Maertensz, Aefge Maertens en Willem Maertensz, met hun zevenen kinderen van zaliger Neeltge Claesse, allen tezamen erfgenamen van de voornoemde Willem Claesz, voor de andere helft en hebben verkaveld.
Te H’berg op 22-5-1638 comp.
- Philips Claesz,
- Betge Claesdr, beiden voor zichzelf,
- Frans Cornelisz gehuwd met Leentge Claesse,
- Jan Jansz en Willem Jansz, beiden voor zichzelf, mitsgaders Jacob Jansz gehuwd met Maritge Jans, kinderen van zaliger Jan Claesz,
- Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz en Willem Cornelisz, alle drie voor zichzelf, Arien Pieterszen Huijbert Pietersz, beiden in de naam van hun huisvrouw en met hun vijven in de naam van Jan Cornelisz voor zichzelf en voor Arien Jansz van Alphen gehuwd met Liedewij Cornelisse, tezamen kinderen van zaliger Maritge Claesse,
- Pleun Maertensz voor zichzelf, Pieter Willemsz gehuwd met Neeltge Maertens, Pieter Cornelisz Molenaar gehuwd met Maritge Maertens en Pieter Willemsz als voogd van Trijntge, Jan, Aeltge
en Willem Maertensz, tezamen kinderen van zaliger Neeltge Claesse.
Zij zijn allen tezamen erfgenamen van Willem Claesz, en hebben verkaveld.
In ’t Amb. Hillegersberg op 23-4-1640 comp.
- Phillips Claesz. voor hem zelf,
- Willem Pleunisz., als last hebbende van Betgen Claesdr., zijn moeder, en hem daar voor sterk makende en de rato caverende,
- Feijs Cornelisz., Willem Cornelisz. en Jan Cornelisz., alle drie voor haar zelf,
- Arien Pietersz. en Hubert Pietersz., beide in de naam van haar respectievelijke huisvrouwen,
- Arien Jansz. van Alphen, mede nomine uxoris, en met haar zessen kinderen van zaliger MARITGEN CLAESDR.,
- Jan Jansz. en Willem Jansz., beide voor haar zelf, en Jacob Jansz., nomine uxoris, met hen drieen kinderen van zaliger JAN CLAESZ.,
- Leentgen Claesdr., weduwe Frans Cornelisz. ’t Baesgen, en
- Jan Fransz. voor hem zelf,
- Teunis Dircksz. int Hout en Arien Willemsz. van der Kade, beide nomine uxoris en de voorn. Jan Fransz., als oom en bloedvoogd voor zeoveel het nood zij van de kinderen van zaliger Leentgen Fransdr., kinderen en
kindskinderen respectievelijk en erfgenamen ex testamento van voorn. FRANS CORNELISZ. zaliger,
- Pleun Maertensz. en Jan Maertensz., beide voor haar zelf, Pieter Willemsz. Corffbreijer, Pieter Claesz. en Pieter Cornelisz. Molenaer, alle drie nomine uxoris en nog de voorn. Phillips Claesz. en Pieter Willemsz., als voogden van Aeltgen Maertensdr. en Willem Maertensz., met hen zeven kinderen van zaliger NEELTGEN CLAESDR.,
alle te samen erfgenamen van zaliger WILLEM CLAESZ.
Zij transporteren aan Cornelis Claesz. Coomen [wonende te Rotterdam] EN Willem Cornelis Michielen [onze buurman] een partij land te verongelden voor 1 morgen 5 hond 25 roeden gelegen in de Bospolder en 5 hond gelegen in de Bospolder.
Overl. tussen 31-3-1629 en 11-3-1632.
In H’berg op 11-3-1632 comp. Cornelis Michielsz, weduwnaar van zaliger Maritge Claesse, wonende in Ommoord, ter eenre, en Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz, en Willem Cornelisz, alle drie voor zichzelf, Arien Pieter Vrancken, gehuwd met Cuniertge Cornelisse, en Willem Claesz, als oom en voogd van Maritge, Jan en Liedewij Cornelisse, kinderen en erfgenamen van zaliger Maritge Claesse, ter andere zijde. Zij hebben verkaveld.
×
<1600
Cornelis Michielen
, † ±1636.
Een kind van hen is begraven te Hillegersberg op 24-1-1600.
Kinderen:
-
Willem Cornelis Michielen (Willem Cornelis Michielsz)
, † Rotterdam, Hillegersberg ±1681 .
×
Rotterdam, Hillegersberg 14-12-1631
Teuntje Cornelissen (Teuntgen Cornelis Pleunendr)
, *Rotterdam, Hillegersberg ±1610
, † 1638 (kraambed).
×
Rotterdam, Hillegersberg 1-1-1640
Annetgen Jans van ’t Hoff
, † ±1644.
Dochter van
Jan Cornelisz van ’t Hoff
en
Maritge Maertensz
.
Otr. op 9-2-1639
in Rotterdam, Hillegersberg.
Willem Cornelis Michielen was weduwnaar van Hillegersberg. Annetgen Jans was jonge dochter van Capelle a/d IJssel.
Annetgen Jan van Thoffsdr.
H’berg, 26-1-1637: Rekening van Lenert Cornelisz Somerbier, wonende tot Zevenhuizen, en Michiel Maertensz van Capelle als voogden van Arien en Annetje Jansvan ’t Hoff, onbejaarde kinderen van Jan Cornelisz van ’t Hoff en Maritge Maertens, beiden zaliger, Arien Jansz van ’t Hoff voorszegd mede present.
(In marge: Nota dat op den lesten januari 1637 met de vier handen erfgenamen als in het hoofd van deze rekening.)
Te H’berg op 12-8-1645 Comp Willem Cornelis Michielen, onze buurman, en koopt uit tegen Adriaen Lenertsz [Somerbier?] als geordonnerd voogd van Cornelis, 5 jaar, en Maritge, 3 jaar, zijn comparants kinderen, geprocreëerd bij Annetje Jans, zijn overleden huisvrouw zaliger.
Te H’berg op 11-06-1665 (in marge) Comp. Cornelis Willem Michielen voor zichzelf en Cornelis Peije gehuwd met Marijtge Willems en bekennen voldaan te zijn.
H’berg, 8-1-1652:
Rekening van Arien Lenertsz Somerbier als behuwd oom en voogd over de 2 nagelaten weeskinderen van zaliger Annetgen Jan van Thoffsdr, van wie vader is Willem Cornelis Michielsz, gedaan sedert begin van zijn voogdij. Overgeleverd door de vader.
Genoemd wordt de erfportie gekomen van het sterfhuis van Michiel Maertensz decker zaliger, overleden tot Capelle op d’IJssel, hun oom van moederszijde, volgens de staat en smaldeling van 15-08-1650. Idem Michiel Maertensz zaliger vsz. als beschadigde borg voor Maerten Jansz van ’t Hoff. Idem het geld uitgezet op obligatie onder Witte Maertensz, steenbacker tot Capelle.
H’berg, 8-3-1655: Rekening van Arien Lenertsz Somerbier als behuwd oom en voogd over de 2 weeskinderen van zaliger Annetgen Jan van ’t Hoffsdr, van wie vader is Willem Cornelis Michielsz, gedaan sedert 8-1-1652. De vader is aanwezig.
5 kind(eren)
-
Jan Cornelis Michielen (Jan Cornelis Michielsz)
, † Rotterdam, Hillegersberg ±19-7-1662 .
Get. bij de overl. aangifte:
Cornelis Jan Michielen
.
In H’berg op 11-3-1632 comp. Cornelis Michielsz, weduwnaar van zaliger Maritge Claesse, wonende in Ommoord, ter eenre, en Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz, en Willem Cornelisz, alle drie voor zichzelf, Arien Pieter Vrancken, gehuwd met Cuniertge Cornelisse, en Willem Claesz, als oom en voogd van Maritge, Jan en Liedewij Cornelisse, kinderen en erfgenamen van zaliger Maritge Claesse, ter andere zijde. Zij hebben verkaveld.
Te H’berg op 15-3-1662 zijn samen gekomen:
- Geertje Cornelisse, weduwe van Arien Willemsz Leeflang, geassisteerd met Jan Cornelis Pleunen, haar gekozen voogd in deze,
- Frans Cornelisz Nelemaat als getrouwd gehad hebbende Marijtje Cornelisse,
- Willem Pieters Peije gehuwd met Maritge Willems en
- Arien Peijens gehuwd met Trijntje Willems, kinderen van - Teuntje Cornelisse, daer vader af is Willem Cornelis Michielen,
- Jan Cornelis Michielen, als getrouwd geweest zijnde met Aaltje Cornelisse,
- Jan Cornelis Pleunen voor zichzelf en
- Pieter Domensz gehuwd met Ariaantje Cornelisse.
Zij zijn kinderen, kindskinderen en erfgenamen van Trijntje Philips zaliger, in haar leven huisvrouw van Cornelis Pleunen, wonende zuidzijde van de Rotte. Zij hebben verkaveld volgens het testament van Cornelis Pleunen en Trijntje Philips voor notaris Gerrit van Leeuwen tot Pijnacker d.d. 19-03-1647.
Kinderen van zijn zoon Jacob noemden zich Sijderhand (of Sijderham), naar hun moeder Ariaentie Teunis
Sijderhand uit Hillegersberg.
Aang. door zoon Cornelis.
×
Rotterdam, Hillegersberg 20-12-1637
Aaltje Cornelisse (Aeltgen Cornelis Pleunen)
.
Dochter van
Cornelis Pleunen (Cornelis Plonisz)
en
Trijntje Philips
.
1 kind(eren)
-
Jacob Cornelisz Michielen (Jacob Cornelisz)
, † ±1638 .
Overl. ná 1637 en vóór mei 1639.
-
Feijs Cornelis Michielen (Feijs Cornelisz)
, * ±1602
, † Rotterdam, Ommoord ±1661 .
Feys Cornelisz, 31jr, i/d Wolffoppenpolder, wordt op 6-9-1633 in Rotterdam vermeld.
Op 26 oktober 1637 in Hillegersberg compareerden Jacob Cornelisz., Feys Cornelisz., Willem Cornelisz., alle drie voor zichzelf, mitsgaders Arien Pietersz. met Cuniertje Cornelisdr., Huijbert Pietersz. met Maritge Cornelisdr., Arien Jansz. van Alphen met Liedewij Cornelisdr. tesamen kinderen en erfgenamen van zaliger Cornelis Michielsz., in zijn leven gewoond hebbende in Ommoord binnen deze Ambacht en hebben verkaveld.
Amb. Hillegersberg, 5-11-1639: Willem Cornelisz. en Jan Cornelisz., beide voor haar zelf, Arien Pietersz., Hubert Pietersz. en Arien Jansz. van Alphen, alle drie in de naam van haar respectievelijke huisvrouwen, te samen mede-erfgenamen van zaliger Jacob Cornelis Michielsz., transporteren aan Feijs Cornelisz., haar comparanten broeder en zwager, respectievelijk haarluider vijf zesde parten, gelijk hem Feijs Cornelisz., mede-erfgenaam als boven, het verdere zesde part is competerende, in de helft van een partij in het geheel te verongelden voor 3 morgen 4 hond 50 roeden gelegen in Ommoord, daarvan de wederhelft mede hem Feijs Cornelisz. is toebehorende.
In 1650 was sprake van
- Feijs Cornelisz anderhalff margen streckende van Jan Dircksz landt aff tot de weduwe van d Heer Burgemeester van Driel haer landt toe belent ten oosten selffs ende ten westen Vranck Eeuwoutsz. Borge t selve landt.
- Noch vijff hondt streckende van Jan Cornelis Michielen landt aff tot Willem Cornelisz Ghielen landt toe belent ten oosten Lenert Claesz ende ten westen de kinderen van Huibert Pieter Vrancken. Borge t selve landt.
Feijs Corneliss, won. Sevenhuijsen, wordt op 12-4-1656 en 18-5-1657 in Hillegersberg vermeld.
Te H’berg op 19-1-1662 zijn gekomen:
Willem Cornelis Michielen en Jan Cornelis Michielen, beiden voor zichzelf, Arien Jansz van Alphen gehuwd met Liedewij Cornelisse, Pieter Ariensz en Cornelis Ariensz, beiden kinderen van Cuniertje Cornelisse, geprocreëerd bij Arien Pieter Vrancken zaliger, Jan Pietersz Velthuijsen als oom en voogd over de nagelaten weeskinderen van Maritge Cornelisse, daar vader af was Huijbrecht Pieter Vrancken, tezamen erfgenamen van Feijs Cornelis Michielen, overleden in Ommoord. Zij hebben verkaveld.
-
Cuniertge Cornelis Michielen (Cuniertge Cornelisse)
, * ±1610
.
Te H’berg op 19-1-1662 zijn gekomen:
Willem Cornelis Michielen en Jan Cornelis Michielen, beiden voor zichzelf, Arien Jansz van Alphen gehuwd met Liedewij Cornelisse, Pieter Ariensz en Cornelis Ariensz, beiden kinderen van Cuniertje Cornelisse, geprocreëerd bij Arien Pieter Vrancken zaliger, Jan Pietersz Velthuijsen als oom en voogd over de nagelaten weeskinderen van Maritge Cornelisse, daar vader af was Huijbrecht Pieter Vrancken, tezamen erfgenamen van Feijs Cornelis Michielen, overleden in Ommoord. Zij hebben verkaveld.
In ’t Amb. Hillegersberg op 18-6-1633 comp.
- Phillips Claesz. en Betgen Claesdr., beide voor haar zelf,
- Frans Cornelisz., als man en voogd van Leentgen Claesdr.,
- Willem Cornelisz. voor hem zelf en
- Cornelis Michielsz. hem sterk makende voor Jacob Cornelisz. en Feijs Cornelisz., beide voor haar zelf, en voor
- Arien Pieter Vranckensz., getrouwd hebbende Cuniertgen Cornelisdr., en de voorn. Willem Claesz. als voogd van
- Maritgen Cornelisdr., Jan Cornelisz. en Lieduwij Cornelisdr., mitsgaders de voorn. Cornelis Michielsz., als vader van de voorn. Maritgen, Jan en Lieduwij, met hen zevenen kinderen van zaliger Maritgen Claesdr.,
alle te samen mede-erfgenamen van zaliger Arien Claes Willemsz.
Zij transporteren uit en vanwege de gemeen boedel en goederen van voorn. Arien Claesz. zaliger vooruit voldaan en betaald te moeten worden een som van 427 gld. 10 st. uit zaak van koop van het nagenoemde hypotheek zulks de voorn. Arien Claesz. zaliger in zijn leven van de voorn. Willem Claesz. mitsgaders van de kinderen van Jan Claesz. en van de kinderen van Neeltgen Claesdr. had gekocht en daarvan zij op huiden behoorlijke gift en eigendom aan en ten behoeve van de gemeen erfgenamen van dezelfde Arien Claesz. zaliger hebben verleden [...].
×
±1630
Arien Pieter Vrancken
, † <2-1662.
Zoon van
Pieter Vrancken ( Velthuijsen)
en
Catharina Willems (Trijntgen Willems) ( Vermeer)
.
Kinderen: Pieter en Cornelis Ariensz.
In H’berg op 11-3-1632 comp. Cornelis Michielsz, weduwnaar van zaliger Maritge Claesse, wonende in Ommoord, ter eenre, en Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz, en Willem Cornelisz, alle drie voor zichzelf, Arien Pieter Vrancken, gehuwd met Cuniertge Cornelisse, en Willem Claesz, als oom en voogd van Maritge, Jan en Liedewij Cornelisse, kinderen en erfgenamen van zaliger Maritge Claesse, ter andere zijde. Zij hebben verkaveld.
Amb. Hillegersberg, 23-4-1635: Jacob Cornelisz. en Feijs Cornelisz., beide voor haar zelf, en Huibert Pieter Vranckensz. voor hem zelf en hem sterk makende voor Arien Pieter Vranckensz., zijn broeder, beide in de naam van haar respectievelijke huisvrouwen, en Willem Claesz., als voogd, en Cornelis Michielsz., als vader, van Jan Cornelisz. en Lieduwij Cornelisdr. met Jan Cornelisz. zelf present, te samen medeerfgenamen van zaliger Arien Claes Willemsz., transporteren aan Willem Cornelisz. haar comparanten broeder en swager respectievelijk henluiden zes zevende gedeelten in omtrent 1 morgen land gelegen in de Boschpolder [...].
Op 26 oktober 1637 in Hillegersberg compareerden Jacob Cornelisz., Feys Cornelisz., Willem Cornelisz., alle drie voor zichzelf, mitsgaders Arien Pietersz. met Cuniertje Cornelisdr., Huijbert Pietersz. met Maritge Cornelisdr., Arien Jansz. van Alphen met Liedewij Cornelisdr. tesamen kinderen en erfgenamen van zaliger Cornelis Michielsz., in zijn leven gewoond hebbende in Ommoord binnen deze Ambacht en hebben verkaveld.
Wsl. al vóór 1651 overl., want in 1650 was sprake van "de kinderen van Arijen Pieter Vrancken acht hondt streckende vand Cornelis Domensz landt aff tot Jan Pieter Vrancken landt toe belent ten oosten Inge Cornelisz ende ten westen Cornelis Domensz. Borge t selve landt."
2 kind(eren)
-
Maritge Cornelis Michielen
, * ±1610
.
×
<1636
Huijbert Pieter Vrancken (Hubert Pietersz)
, † Rotterdam, Ommoord <1662.
Zoon van
Pieter Vrancken ( Velthuijsen)
en
Catharina Willems (Trijntgen Willems) ( Vermeer)
.
Hun kinderen Pieter, Cornelis, Trijntje en Neeltje worden begin 1662 genoemd.
Te H’berg op 23-4-1635 comp. Jacob Cornelisz voor zichzelf, Huijbert Pieter Vrancken, gehuwd met Maritge Cornelisse, en Willem Claesz., als oom en voogd, mitsgaders Cornelis Michielsz., als vader van Jan Cornelisz en Liedewij Cornelisse, en zij hebben verkaveld.
Amb. Hillegersberg, 23-4-1635: Jacob Cornelisz. en Feijs Cornelisz., beide voor haar zelf, en Huibert Pieter Vranckensz. voor hem zelf en hem sterk makende voor Arien Pieter Vranckensz., zijn broeder, beide in de naam van haar respectievelijke huisvrouwen, en Willem Claesz., als voogd, en Cornelis Michielsz., als vader, van Jan Cornelisz. en Lieduwij Cornelisdr. met Jan Cornelisz. zelf present, te samen medeerfgenamen van zaliger Arien Claes Willemsz., transporteren aan Willem Cornelisz. haar comparanten broeder en swager respectievelijk henluiden zes zevende gedeelten in omtrent 1 morgen land gelegen in de Boschpolder [...].
In H’berg op 17-5-1638 comp.
- Trijntge Pieters, weduwe van Willem Claesz, geassisteerd met Jan Lenert Meijnen, haar voogd in deze, ter eenre, en
- Philips Claesz en Betge Claesse, beiden voor zichzelf,
- Frans Cornelisz ’t Baesge gehuwd met Leentge Claesse,
- Jan Jansz en Willem Jansz, beiden voor zichzelf, en Jacob Jansz gehuwd met Maritge Jans, met hun drieën kinderen van Jan Claesz,
- Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz, Willem Cornelisz en Jan Cornelisz, alle vier voor zichzelf,
- Arien Pieter Vrancken, Huijbert Pieter Vrancken en Arien Jansz van Alphen, alle drie in de naam van hun respectieve huisvrouwen en met hun zevenen kinderen van zaliger Maritge Claesse,
- Pleun Maertensz voor zichzelf, Pieter Willemsz Corffbreijer gehuwd met Neeltge Maertens, Pieter Cornelisz Molenaer gehuwd met Maritge Maertens en de voornoemde Pieter Willemsz als voogd van Trijntge Maertens, Jan Maertensz, Aefge Maertens en Willem Maertensz, met hun zevenen kinderen van zaliger Neeltge Claesse.
Zij zijn allen tezamen erfgenamen van de voornoemde Willem Claesz, voor de andere helft.
Zij hebben verkaveld.
In ’t Amb. H’berg op 30-4-1639 comp.
- Jan Cornelis Michielsz., voor hem zelf voor de ene helft, en
- Feijs Cornelisz. en Willem Cornelisz., beide voor haar zelf,
- Arien Pieter Vranckensz. en Huibert Pieter Vranckensz., mitsgaders Arien Jansz. van Alphen, elk in de naam van haar respectievelijke huisvrouwen,
te samen mede-erfgenamen van zaliger Jacob Cornelis Michielsz. voor de andere helft.
Zij transp. aan
- Pieter Arien Peijen [onze buurman] een partij land te verongelden voor 15 hond met getimmerte daarop staande, zijnde twee derde parten van huising van wijlen Cornelis Michielsz. in Ommoord.
- Jan Cornelis Michielsz. [onze buurman] mede-erfgenaam als boven vijf zelsde parten in een partij land te verongelden voor 13,5 hond met een schuur daarop staande en gelegen in de Ommoordse polder.
Te H’berg op 4-5-1641 comp. Pouwels Verschuijren, Willem Visch en Heijndrick de Ruijter als vaders en regenten van het Oude Mannenhuis binnen Rotterdam en vervangende mr Heijndrick van Teijlingen, hun medebroeder in officio, ter eenre en Arien Pietersz, Hubert Pietersz, en Jan Pietersz, alle drie voor
zichzelf, Cornelis Domensz en Jan Fransz ’t Baesge, beiden in de naam van hun huisvrouw en met hun vijven voor zo veel het nodig is in de naam van de voogden van de nagelaten
weeskinderen van zaliger Michiel Pietersz, tezamen kinderen en erfgenamen van zaliger Catharina Willems, die weduwe en boedelhoudster was van wijlen Pieter Vrancken, in zijn leven
gewoond hebbende te Ommoord, ter andere zijde en hebben verkaveld.
Te H’berg op 19-1-1662 zijn gekomen: Willem Cornelis Michielen en Jan Cornelis Michielen, beiden voor zichzelf, Arien Jansz van Alphen gehuwd met Liedewij Cornelisse, Pieter Ariensz en Cornelis Ariensz, beiden kinderen van Cuniertje Cornelisse, geprocreëerd bij Arien Pieter Vrancken zaliger, Jan Pietersz
Velthuijsen als oom en voogd over de nagelaten weeskinderen van Maritge Cornelisse, daar vader af was Huijbrecht Pieter Vrancken, tezamen erfgenamen van Feijs Cornelis Michielen,
overleden in Ommoord. Zij hebben verkaveld.
4 kind(eren)
-
Lidewij Cornelis (Liduwe Cornelis Michielen)
, *Rotterdam, Hillegersberg ±1615
, † >1661 .
Liduwe Cornelis Michielen
trad op als getuige bij
de doop van
Arij Jansz van Alphen
.
Te H’berg 26-10-1637 comp. Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz, Willem Cornelisz en Jan Cornelisz, alle vier voor zichzelf, mitsgaders Arien Pietersz gehuwd met Cuniertje Cornelisse, Huijbert Pietersz., gehuwd met Maritge Cornelisse, en Arien Jansz van Alphen, gehuwd met Liedewij Cornelisse, tezamen kinderen en erfgenamen van zaliger Cornelis Michielsz, in zijn leven gewoond hebbende in Ommoord binnen deze ambacht, en hebben verkaveld.
Te H’berg op 22-5-1638 comp.
- Philips Claesz,
- Betge Claesdr, beiden voor zichzelf,
- Frans Cornelisz gehuwd met Leentge Claesse,
- Jan Jansz en Willem Jansz, beiden voor zichzelf, mitsgaders Jacob Jansz gehuwd met Maritge Jans, kinderen van zaliger Jan Claesz,
- Jacob Cornelisz, Feijs Cornelisz en Willem Cornelisz, alle drie voor zichzelf, Arien Pieterszen Huijbert Pietersz, beiden in de naam van hun huisvrouw en met hun vijven in de naam van Jan Cornelisz voor zichzelf en voor Arien Jansz van Alphen gehuwd met Liedewij Cornelisse, tezamen kinderen van zaliger Maritge Claesse,
- Pleun Maertensz voor zichzelf, Pieter Willemsz gehuwd met Neeltge Maertens, Pieter Cornelisz Molenaar gehuwd met Maritge Maertens en Pieter Willemsz als voogd van Trijntge, Jan, Aeltge
en Willem Maertensz, tezamen kinderen van zaliger Neeltge Claesse.
Zij zijn allen tezamen erfgenamen van Willem Claesz, en hebben verkaveld.
Lidue Cornelis was op 13-12-1676 in Hillegersberg getuige bij de doop van Arij, zoon van Jan Arentsz van Alphen en Neeltie Jans.
×
Rotterdam, Hillegersberg 1-2-1637
Arien Jansz van Alphen
.
Zoon van
Jan Jansz van Alphen
en
Neeltge Cornelis
.
Otr. op 17-1-1637
in Rotterdam, Hillegersberg.
Arien Janss , jongeman van Hillegersberg en Liduwe Cornelis, jongedochter van Hillegersberg. Mogelijk hadden zij een zoon Jan.
Rotterdam, 26-10-1658: Weyntge Pietersdr, weduwe van Jan Janss van Alphen, wonende aan de Rotte onder Hillegersberch, benoemt haar 6 kinderen tot haar erfgenamen, t.w. Grietge Jansdr van Alphen, Neeltge Jansdr van Alphen, Jan Janss van Alphen en Arien Janss van Alphen, Maertge Jansdr de oude en Maertge Jansdr de jonge. Aan de akte is een nota toegevoegd dat aan de voogden van het bastaardkind van Willem Janss van Alphen geen copie gegeven mag worden van dit testament van Weyntge, zijn moeder. NB: In de kantlijn staat vermeld dat dit testament door een ander, d.d. 21-05-1659 voor deze notaris gepasseerd, geannuleerd is.
Rotterdam, 21-5-1659: Weyntge Pietersdr, weduwe van Jan Janss van Alphen, oude creupel gaende vrouw, wonende aan de Rotte in Hillegersberch, benoemt tot haar erfgenamen haar 6 kinderen en haar kleinkind: Grietge Jansdr van Alphen, Neeltge Jansdr van Alphen, Jan Janss van Alphen, Arien Janss van Alphen, Maertge Jansdr de oude, Maertge Jansdr de jonge en Jacob Willems, zoon van haar overleden zoon Willem Janss van Alphen, wonende in Hillegersberch. Tot voogden over haar minderjarige erfgenamen benoemt Weyntge haar zoon Jan en haar zwager Leendert Janss. Haar testament d.d. 26-10-1658 komt hiermee te vervallen.
Te H’berg op 19-1-1662 zijn gekomen: Willem Cornelis Michielen en Jan Cornelis Michielen, beiden voor zichzelf, Arien Jansz van Alphen gehuwd met Liedewij Cornelisse, Pieter Ariensz en Cornelis Ariensz, beiden kinderen van Cuniertje Cornelisse, geprocreëerd bij Arien Pieter Vrancken zaliger, Jan Pietersz
Velthuijsen als oom en voogd over de nagelaten weeskinderen van Maritge Cornelisse, daar vader af was Huijbrecht Pieter Vrancken, tezamen erfgenamen van Feijs Cornelis Michielen,
overleden in Ommoord. Zij hebben verkaveld.
Rotterdam, 30-12-1670: Jan Jansz Schipper, wonend in Zevenhuysen legateert aan Pleuntge Pietersdr, dochter van Pieter Antonisz van Velsen en Aegtge Jansdr zijn zuster 200 gulden. Als voogd over Pleuntge Pietersdr en haar legaat benoemt hij Ary Jansz van Alphen, wonend in Sevenhuysen. NB: Jan Jansz Schipper woont bij Jacob Vrancken Thooft in Sevenhuysen.
1 kind(eren)