Jop Aertsz , * ±1518 , † ±1595.
Zoon van ? .



× ?
    NN. .
× ±1564
    Trijntghen Cleijs Koenendr (Trijntgie Joppen) , *Groote Lindt ±1540 , † ±1618.    

    Dochter van Claes Coenen (Cleijs Coenen) en ?
Kinderen:
  1. ? Cornelis Joppen , † ±1604 .

    ×   NN. , † <1-5-1601.

    × ? Rijsoord (ZH) 17-5-1601   Mariken Adriaens (Mariken Ariens) , † Westmaas 1605.
      Cornelis Joppen, wd. van Westmaas, en Marijken Ariens, j.d. in Rijsoirt.

      Op 14-4-1605 procedeerde Sebastiaen Adriaensz. van der Stoup, als getr. hebbende de wed. van meester Corn. Joppen, in leven chirurgijn te Westmaas, voor het gerecht te Mijnsheerenland vanwege vermeend achterstallig meesterloon voor Corn. Joppen uit o.a.a het jaar 1602.

      Marijken is rond 1609/1610 uit haar ouderlijk huis geplaatst omdat haar stiefmoeder het niet met haar kon vinden. Mogelijk is zij in huis genomen door haar oom Pieter in Oud Beijerland, die haar op 3-9-1621 als gekoren voogd
      assisteert. Marijke verklaart dan uit handen van haar oom Silvester Adriaensz. de som van 36 car. gld. ontvangen te hebben vanwege de 6 ponden vlaams die Willemken haar beloofd had omdat zij gedurende haar minderjarigheid enige jaren niet bij haar vader en stiefmoeder had gewoond.

      Mariken was mogelijk een zuster van Neeltken Adriaensdr., eerst getr. met Rutger Ghijsbrechtsz. (voorvader van een geslacht Van Will) en nadien met Cornelis Sebastiaensz., boer in De Group.
      Overl. in Westm. in 1605, ná 14 mrt.

    3 kind(eren)


  2. Neeltgen Joppen .
    Neeltgen Joppen trad op als getuige bij de doop van Lenaert Crijnenz (Lenaert Crijnssen) (?) , de doop van Maritgen Clemens (Maertge Clemens) van den Nes .

    × ±1605   Anthonis Geemansz (Thonis Ghenis) , * ±1570 , † 1619.
        Zoon van Gheemen Cornelisz (Geeman Cornelisz) en Lijsbeth Thonisdr .
      Kinderen: Gerrit, Lijsbeth, Pleuntje, Trijntge, Geemen, Job, Cornelis en Coen.
      In een akte van 22-11-1611 wordt hij 41 jaar oud genoemd.

      In 1618 nam Thonis Genis 8 h., toebehorend aan de kerk te Ridderkerk, in pacht, die voordien voornamelijk gebruikt waren door Arien Thonis, schout van West-Barendrecht.

      Thonis Ghenis trad op als getuige bij de doop van Lijsbetge Clements van der Nes .

    9 kind(eren)


  3. Coenraet Joppen (Coen Joppen) , † <7-1627 .
    Coen Joppen trad op als getuige bij de doop van Job Teunisse .

      Hij was boer in West-Barendrecht.

    ×   Maritge Geemans (Maertge Geemansdr) , † ±1633.
        Dochter van Gheemen Cornelisz (Geeman Cornelisz) en Lijsbeth Thonisdr .
      Hun zoon Geemen Coenen is rond 1596 geboren. Waarschijnlijk was er ook een dochter Adriaentgen, gehuwd met Franck Geertsz.
      Maertge Geemensdr. is overl. tussen 3-6-1632 en medio 1633.

      Maertge Geemansdr trad op als getuige bij de doop van Neeltgie Cleijsse , de doop van Job Pieters .

    3 kind(eren)


  4. ? Annen Joppen .

      Leendert Coornelissen, heemraad van West-Barendrecht en Carnisse, Coenraet Joppen, Pieter Joppen, Cleement Bastiaensen, als man en voogd van Lijntghen Joppendochter, en voornoemde Coenraet Joppen, heemraad, als voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Neeltghen Joppen, van de kinderen van Annen Joppen en van Arien Joppen en vervangende zijn broers Aert en
      Euwout Joppen, transporteerden op 6 juli 1619 aan Lijntghen Aerentsen, weduwe van Jacop Martensen, 547 roeden in het Nieuwe Bedijkte Land van West-Barendrecht. In de marge van deze akte staat genoteerd dat dit een eigenbrief was voor ’Lijntghen Jacop Maertensen wedue van t landt van Leendert Coorn(e1issen) en d’erffgenamen van za(1iger) Trijntghen Cleys’.


  5. ? Arien Joppen .


  6. Aert Joppen .


  7. Eewout Joppen .

      Leendert Coornelissen, heemraad van West-Barendrecht en Carnisse, Coenraet Joppen, Pieter Joppen, Cleement Bastiaensen, als man en voogd van Lijntghen Joppendochter, en voornoemde Coenraet Joppen, heemraad, als voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Neeltghen Joppen, van de kinderen van Annen Joppen en van Arien Joppen en vervangende zijn broers Aert en Euwout Joppen, transporteerden op 6 juli 1619 aan Lijntghen Aerentsen, weduwe van Jacop Martensen, 547 roeden in het Nieuwe Bedijkte Land van West-Barendrecht. In de marge van deze akte staat genoteerd dat dit een eigenbrief was voor ’Lijntghen Jacop Maertensen wedue van t landt van Leendert Coorn(e1issen) en d’erffgenamen van za(1iger) Trijntghen Cleys’.


  8. Lijntghen Joppen , *West-Barendrecht ±1570 , † ±1640 .
    Lijntghen Joppen trad op als getuige bij de doop van Job Pieters , de doop van Cornelis Cleijsz (?) .
      Geb. ca. 1565-75.

      Lijntgen/Lijnke Joppen had een broer Pieter Joppen.

      Leendert Coornelissen, heemraad van West-Barendrecht en Carnisse, Coenraet Joppen, Pieter Joppen, Cleement Bastiaensen, als man en voogd van Lijntghen Joppendochter, en voornoemde Coenraet Joppen, heemraad, als voogd van de nagelaten weeskinderen van zaliger Neeltghen Joppen, van de kinderen van Annen Joppen en van Arien Joppen en vervangende zijn broers Aert en Euwout Joppen, transporteerden op 6 juli 1619 aan Lijntghen Aerentsen, weduwe van Jacop Martensen, 547 roeden in het Nieuwe Bedijkte Land van West-Barendrecht. In de marge van deze akte staat genoteerd dat dit een eigenbrief was voor ’Lijntghen Jacop Maertensen wedue van t landt van Leendert Coorn(e1issen) en d’erffgenamen van za(1iger) Trijntghen Cleys’.

      R’dam, 13-3-1639:
      Clement Bastiaensz van den Nesch en zijn vrouw Lijntgen Joppen, wonend in Barendrecht, benoemen hun kinderen tot erfgenamen, en de kinderen nagelaten door Annitge Clementsdr., waar vader van was Cornelis Jacobsz Besemer. Bastiaen Clementsz van Nesch wordt benoemd tot voogd als Clement Bastiaensz de eerststervende is.

      In R’dam op 14-4-1640 comp.
      - Clement Bastiaens van Esch, weduwnaar van Lijntgen Joppen, wonend te Barendrecht, ter ene zijde, en
      - Basteaen, Lijsbeth en Marritgen Clements van Esch, meerderjarige kinderen van Clement Bastiaens van Esch, en Lijntgen Joppen, Lijsbeth en Marritgen worden geassisteerd door Pieter Joppen, hun oom, ter andere zijde.
      Zij sluiten een contract van uitkoop. Clement Bastiaens van Esch zal aan zijn kinderen overdoen:
      - Derdehalf morgen patrimoniaal land in de stad, belend ten oosten door Stijntge Elants en ten westen door Henrick Schrijck, strekkend van de Barendrechtsendijck tot de Smeetlantsendijck;
      - 2 morgen en 2 hont vrij land in Dirck Smeetslant, belent ten oosten door Pieter Joppen, ten westenWillem Heijndricx, schout van Poortegael, ten zuiden de Smeetlantsendijck en ten noorden de erfgenamen van Inge Arijens
      - 18 morgen bruiklant, die hij gebruikt nl:
      - 7 morgen en 4 hont van Cornelis van Beveren, oud-burgemeester van Dordrecht, gelegen in het Buijttenland van West-Barendrecht;
      - 6 morgen 500 roeden van Stijntge Elants, gelegen in de stede;
      - 3 morgen 450 roeden van Henrick Schrijk, gelegen in de stede;
      - het huis.
      Overl. ca. 1639/40.

    ×   Clement Bastiaenssen van der Nes , *Rijsoord (ZH) <1580 , † <10-1650.
        Zoon van Bastiaen Francken (Bastiaen Vrancken) van den Nes en NN. .
      Otr. op 11-12-1599 in Rijsoord (ZH).
      Clement Bastiaenssen van der Nes in Rijsoirt en Lijnken Joppen uijt West Barendrecht: "bescheijt gegeven om te trouwen".
      Kinderen: Anneken, Bastiaen, Lijsbetge, Job (2x) en Maritge.

      Familienaam Van der Nes/Esch.

      Clement Bastiaensz. was boer in het Oude Land van West-Barendrecht, gegoed te West-Barendrecht, kerkmeester van Barendrecht (1627-1628).

      Clement werd op 9 augustus 1649 gevrijwaard van verschuldigde betalingen aan weeskinderen van zijn (ha1f)broer Willem Bastiaensz. van den Nes.

      Rotterdam, 13-9-1650:
      Bastiaen Clementsz van Esch, zoon en erfgenaam van wijlen Clement Bastiaensz van Esch uit Barendrecht, komt met Jacob - en Clement Besemer een verdeling overeen van de nagelaten goederen van Clement Bastiaensz.
      Bastiaen Clementsz behoudt alle goederen van zijn vader; de Besemers verkrijgen een stuk land (naast dat van Bastiaen) in Dirck Smeetslant, en 1/4e deel uit de nalatenschap van hun (oud)oom Leendert van Esch uit Rijsoort, als geerfd door Clement Bastiaensz.
      Jacob - en Bastiaen Besemer zijn kinderen van wijlen Annetjen Clementsdr, dochter van Clement Bastiaensz.. Jacob, koopman, treedt hier op mede namens zijn minderjarige broer Clement. Bastiaen Clementsz tekent als Bastiaen Clement vanden Nes.

      Rotterdam, 5-5-1654:
      Basteaen Clements van den Esch, Cornelis Cornelisz Boertgen, man van Lijsbeth Clements van den Esch, en Dirck Fransz, man van Maritgen Clements van den Esch, kinderen en erfgenamen van Clements Bastaens van den Esch en Lijntge Joppen, verklaren dat de kinderen van Annetge Clements, hun zuster za., hun grootouderlijk erfdeel hebben ontvangen. Zij verklaren dat alleen zij 3en recht hebben op de erfenis van hun ouders en deze hebben verdeeld.
      Boertgen heeft 2 morgen 2 hond land gekregen in Dirck Smeetsland, belend ten oosten door Pieter Joppen, ten westen Willem Heindericx, schout van Poortugaal, ten zuiden de Smmetlandsedijk en ten noorden de erfgenamen van Ingen Arijens Bastiaen Clements van den Esch krijgt de overige onroerende goederen en diverse onroerende goederen Dirck Fransz krijgt geld en obligaties.

      Clement Bastiaenssen trad op als getuige bij de doop van Job Pieters .

    6 kind(eren)


  9. Pieter Joppen , *West-Barendrecht ±1585 , † <4-1652 .
    Pieter Joppen trad op als getuige bij de doop van Job Teunisse , de doop van Job van der Nes (??) .

      R’dam, 19-2-1630: Pieter Joppen won. in West Barendrecht, bevestigt schuldig te zijn aan de vier dochters van wijlen Joost van Zoelen een bedrag van 600 gulden wegens geleend geld. Mede compareren Geeman Teunisz en Aryen Cornelisz aan de Wech of Aandewech won. te Barendrecht, die zich borg stellen.

    × Barendrecht 10-1619   Lijsbeth Theunisse (Lijsbeth Thonisse) , *West-Barendrecht ±1595 , † >8-1655.
        Dochter van Anthonis Geemansz (Thonis Ghenis) en Neeltgen Joppen .
      Otr. op 13-10-1619 in Barendrecht.
      Pieter Joppe, j.g. van West Barendrecht, en Lijsbeth Theunis, j.d. van West Barendrecht. Kinderen: Job (2x), Teunis, Coenraet, Trijntge en Geeman.

      Lijsbeth Antonisdr. tr. Pieter Joppen, geb. ca. 1584, want op 6-1-1625 wordt hij 41 jaar oud genoemd en woonde hij in Barendrecht.
      Zij had een broer Gerrit Anthonis van Vliet, waertsman, wonend in West-Barendrecht, die gehuwd was met Adriaentge Ariens.

      R’dam, 22-6-1639:
      Pieter Joppen en zijn vrouw Lijsbeth Teunisdr te Barendrecht benoemen elkaar tot erfgenaam en tot voogd(es) over hun kinderen.

      R’dam, 26-3-1652:
      Lijsbeth Teunis, weduwe van Pieter Joppen, wonend in Barendrecht, met assistentie van deze notaris als haar voogd, bekent 500 gulden schuldig te zijn aan Gijsbrecht van Wijngaerden, wonend in s’Graevenhaege. Claes Coenen en Teunis Pietersz, beide wonend in Barendrecht, stellen zich borg.
      NB. Op 1-3-1653 is de schuld voldaan.

      R’dam, 18-6-1652:
      Gerrit Teunisz van Vliet, wonend in Barendrecht, bekent 1100 gulden schuldig te zijn aan Pieter Jansz, wonend te Crimpen op de Leck.
      NB. Op 28-9-1655 stelt Lijsbeth Teunis, weduwe van Pieter Joppen, wonend in West Barendrecht, geassisteerd door haar zoon Teunis Pietersz, zich borg voor Gerrit Teunisz, haar broer.

      R’dam, 5-11-1652:
      Antheunisz Francken, won. te Barendrecht, machtigt een procureur om van de weduwe van Pieter Joppen uit West Barendrecht een betaling van een obligatie te vorderen. Dit vanwege zijn borg voor Gemeen Koenen uit Westmaes.

      R’dam, 6-5-1653:
      Lijsbeth Teunis, weduwe van Pieter Joppen, wonend in West-Barendrecht, is 1100 gulden schuldig aan Helena van Zoelen, meerderjarige ongehuwde dochter, voor geleend geld. Zij wordt bijgestaan door haar oudste zoon Teunis Pieters.
      Gerrit Anthonis Waertsman, wonend in West-Barendrecht, stelt zich borg voor zijn zuster Lijsbeth.

      R’dam 6-5-1653:
      Gerrit Anthonisz van Vliet, waertsman, wonend onder West-Barendrecht, is 1200 gulden schuldig aan Helena van Zoelen wegens op 7-8-1652 geleend geld.
      Lijsbeth Teunis, weduwe van Pieter Joppen, wonend in West-Barendrecht, stelt zich borg voor haar broer Gerrit.

      R’dam, 20-2-1654:
      Claes Coenen, wonend in West Barendrecht, is 1500 gulden schuldig aan Helena van Zoelen, meerderjarige ongehuwde dochter, voor geleend geld.
      Lysbeth Teunis, weduwe van Pieter Joppen, en Teunis Pietersz, meerderjarig jongman, beiden wonend in Barendrecht, stellen zich borg voor Claes.
      In de marge: Uit de kwitantie van Johan Lanneman, executeur en rentmeester van de douagie van Alphen, mede-erfgaam van Helena van Zoelen, is aan de akte voldaan.
      De akte is geroyeerd op 15-1-1691.

      R’dam, 28-9-1655:
      Lijsbeth Anthonis, weduwe van Pieter Joppen, wonend in West Barendrecht, benoemt Teunis Pietersz, haar zoon, Gerrit Anthonisz, haar broer, en Claes Coenen, haar neef, tot voogden.

    6 kind(eren)


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.