Aeltgen Heijnricks (Aeltgen Hendrix) , † <6-1648.
Dochter van Heijndrick Adriaensz (Henrick Arentsz den Ouden) en Digna Jacob Jansdr (Dijngen Jacobsdr) Meijnerts .



× <1590
    Borgert Claesz (Borrit Claesz) , * ±1540 , † Oud-Beijerland 26-4-1596, [] Oud-Beijerland 1596.    

    Zoon van Claes Gillesz en Maritge Burritsdr (Maritgen Burrit Claesdr) .
× ±1598
    Burgert Cornelisz (Borrit Cornelisz) van (der) Putten , † ±1626.
Kinderen:
  1. Engeltgen Borgers (Ingetje Burruts) , † <1649 .

      Op 13-7-1658 compareerde de op Hoogvliet wonende Cornelis Cornelisz. Jongebroer, weduwnaar van Ingetgen Berruts, en legteerde aan (zijn kleindochter) Ingetge Cornelis, dochter van Cornelis Cornelisz. Jongebroer de Jonge, die dan 17 of 18 jaar bij hem heeft gewoond en dat vanwege alle door haar verleerde diensten: zijn huis op Hoogvliet met de daarbij behorende boomgaard en de vogelkooi, die hij gemeenschappelijk bezit met Maerten Cornelisz. en de erfgenamen van de gewezen dijkgraaf van Poortugaal. Tevens vermaakte hij aan Ingetge het gebrijk van 3½ morgen wei- en ’teellant’ waarvan het eigendom toen behoorde aan de kinderen van Jan Coenen Hollaert, alsmede nog enige goederen afkomstig van wijlen haar grootmoeder.
      Hij bepaalde dat Ingetge het geheel direct na zijn overlijden zou ontvangen, op voorwaarde dat zij aan haar kinderen en erfgenamen een bedrag van 1.800 gulden uit zou keren. Haar zus Maertge was één van de erfgenamen van Ingetien. De anderen waren haar schoonzoon Matijs Jacobsz. van der Stolck, wonend te Rotterdam; haar zoon Cornelis Cornelisz. Jongebroer de jonge en schoonzoon
      Willem (Jansz.) van der Heijde (getrouwd met Neeltgen Cornelisdr. Jongebroer. Al deze personen behoorden tot de Oude Vlamingen.
      Overleden vóór 5 december 1648.

    ×   Cornelis Cornelisz (Cornelis Cornelisz de Oude) Jongebroer , * ±1579 , † <11-1670.
      Kinderen: Cornelis, Neeltge en Ariaentge.

      Cornelis Cornelisz. Jongebroer, bouwman te Hoogvliet, pachter van een visserij op de Nieuw Maas.

      De ca. 78 jaar oude en op Hoogvliet wonende Cornelis Cornelisz. Jongebroer attesteerde op 16-3-1658 met zijn dorpsgenoot, de ca. 65 jaar oude Fop Centen, voor de notaris te Spijkenisse ten verzoeke van Cornelis Willemsz. Voocht, Rokus Eldertsz. Lems en Jacob Jacobsz., vissers wonende te Hoogvliet en dan ’huyeders van de schottingjh visserye op de Oude maese bij westen de haven van Hoochvlyet’.
      Jongebroer en Fop verklaarden dat de voornoemde personen de visserij in huur hadden gehad en hadden gevist ’van de haven van Hoochvlyet off westwaerts aen tot den houck van ’t Tarwesant toe’.
      Jongebroer verklaarde voorts ’dat hij ende sijn voorouders de visscherye op de Nieuwe Maes streckende van de haven van Pernis mede westwaert als tot den houck vant voorsegde Terwesant, over hondert jaeren hebben bevist, sonder dat sij oeyt verder gevist hebben, ende ingevolge voor haere huyere oock niet verder vermochten te vissen als tot den houck vant voorsegde terwe sant, sijnde ’t verscheyt van de Oude ende Nieuwe Maes’.

      Zie: "Ons Voorgeslacht" 1996, 2008 en 2014.
      Overl. tussen 21-8-1662 en 23-10-1670.

    1 kind(eren)


  2. Maertgen Borgers (Maritgen Burrits) .

    × Oud-Beijerland 21-10-1640   Adriaen Pietersz Groenrijs .

      - Adriaen Pietersz. Groenrijs, wedr., wonend te Rotterdam, x
      - Maritgen Borgerts [van Putten], wed., wonend te Oud-Beyerland.
      Huwelijk voor het gerecht van Oud-Beyerland op 21 oktober 1640.

      Adriaen Pietersz. Groenrijs en zijn vrouw woonden in Vlaardingen.

      Adriaen was in 1631-1636 diaken van de Oud Vlaamse gemeente te Rotterdam.

      Adriaan verkocht 10 morgen en 371 roeden in het twaalfde kavel van de polder Groot Cromstrijen aan Burgert Cornelisz van Putten.


  3. Arijaentgen Borgers .


  4. Hendrick Borgertsz (Hendrick Borritsz) van der Wael , * ±1594 , [] Klaaswaal 1639.

      Ook Hendrick was een zoon van Burgert en Aeltge. Hij was níet doopsgezind.

      In 1637 was Hendrick schepen van Cromstrijen.
      Overl. in 1632 (vlg. den Boer & Lots) of in 1629 (vlg. Slijkerman).

    × >1610   Trijntje Cornelisdr , † Klaaswaal 16-12-1659.
        Dochter van Cornelis Heijndricxz en Maritgen Heijndricx .

      Trijntje Cornelisdr. j.d. van Claeswaele. Zij tr.
      1) Dirksland, 20-10-1652 [=fout] Jacob Thijsz j.g. van Dirksland, vermeld in polderrekeningen van Westmaas-Nieuwland 1608/1611 i.v.m. schoonmaken van wateringen overl. in of vóór 1616. (Kinderen uit dit huwelijk noemen zich ook Van der Wael);
      2) Hendrick Burgertsz. Van der Wael, schepen van Cromstrijen 1629, overl. Klaaswaal, 5-6-16?2.


  5. Cornelis Burgersz van der Putten , * >1596 .

      Hij woonde in Leiden en/of Dordrecht, waar hij tot de doopsgezinde gemeente behoorde.

      Bij akte van 5 december 1648 transporteren (de zwagers) Arie Leendertsz. de Jonge en Jacob Gabriels Schelhouck land onder Klaaswaal aan (hun zwager) Comelis Burgerts.

      De in Oud-Beijerland wonende Arijen Leendertsz. draagt op 6 juli 1654 aan de te Leiden wonende Cornelis Burgersse (zijn zwager) over 3 morgen 2 hond ‘opt Tollegors’ onder Oud-Beijerland.


  6. Adrijaentgen Burgerts , * >1596 , † 20-5-1653 , [] Spijkenisse 1653.

      Aryaentgen Burgerts was getrouwd met:
      1) Jacob Thonisz. Magerpaert;
      2) met Jacob Gabrielsz. Schelhouck.
      De laatste was een zoon van Gabriel Claesz. en Jannetje Jacobsdr.

      Spijkenisse, 4-1-1624: Jacob Gabrielsz Maegerpaert (in de kop van de acte: Schelhouck) heeft verkocht en transporteert aan Jacob Claesz Braet 1 gem. 66 r. land aan de Groene heuvel in Spijkenisse, get. nr. 163, belend: n. Claes Gabrielsz, o. de koper, z. de weg en w. Vranck Heyndricxsz van der Burgh, voor 366 pond contant.

      N.B. Volgens Schelhaas was Jacob getrouwd met 1) Maertgen Borrusdr. [sic], 2) Jannetje Gabrielsdr. en 3) Ariaantje Willemsdr. Bleycker. Hier stuitten we dus op het probleem, dat de naam van zijn eerste vrouw niet klopt. Mede gelet op de datum van bovengenoemde notariële akte (5 december 1648) is aan te nemen, dat de genoemde Maartgen Borrusdr. dezelfde is als onze Aryaentgen Burgerts. Maertgen Borrusdr. overleed op 20 mei 1653 en werd te Spijkenisse in de kerk begraven.
      Jacob was doopsgezind. Zijn kinderen komen we ook bij de doopsgezinden tegen.
      Als bijzonderheid verder nog: zijn derde vrouw hertrouwde na Jacobs overlijden met de Geervlietse doopsgezinde oudste Huich Barentsz. van der Klock.

    ×   Jacob Thonisz Magerpaert .
      Wsl. al vóór 1624 overl.

    ×   Jacob Gabrielsz Schelhouck , † <10-1681.

      Jacob Gabriëlsz. Schelhoek uit Spijkenisse.

      Jacob is een zoon van Gabriel Claesz. en Jannetje Jacobsdr.

      Spijkenisse, 15-4-1644:
      Pieter Willemsz Voorstadt, won. in ’s-Gravenhage, heeft verkocht en transporteert voor 2200 pond contant aan Jacob Gabrielsz Schelhouck: twee huizen, hof en erf in Spijkenisse buitendijks, belend: z. het dorpsslop, w. de straat, n. Arijen Engelsz Nootdorp en o. de spui. Verkoper reguleert zich verder naar het contract door voors. Schelhouck met Maertgen Jacobsdr, wed. van Heyndrick Jansz Backer, pp. voor voors. Voorstadt, gemaakt

      Spijkenisse, 23-11-1650:
      Arijen Philpsz Vermaet, voor zichzelf en pp. voor Maertgen Jansdr, wed. van Cornelis Jacobsz Groen, en mede voor de verdere erfgenamen, heeft verkocht en transporteert aan Jacob Gabrielsz Schelhouck 2 gem. 120 r. weiland aan de Korte Molenweg in Spijkenisse, belend: o. Pieter van Bodegom, z. de wed. van Willem de Kuyper en de erfgenamen van Bronckhorst, w. Claes Gillisz c.s. en n. de voors. weg.

      Spijkenisse, 24-4-1653:
      Pieter Heyndricxsz van der Wacht, won. in Spijkenisse, Cornelis Aryensz, won. in de Korendijk, en Aryen Victoorsz de Geus, won. in Zuidland, door het Hof van Holland aangesteld als voogden in de boedel van Dirck Foppen, hebben verkocht en transporteren aan Jacob Gabrielsz Schelhouck 1 gem. 74 r. teelland aan de Voorweg in Spijkenisse, get. nr. 220, belend: o. Claes Gillisz, z. de Voorweg, w. Cornelis Jansz Ronge en n. de wed. van Heyndrick van Mierop. Zij verklaren, dat driekwart betaald is met 299 pond 4 sch. 3 p. contant. Het resterende deel zal Dordse koude beestenmarkt 1653 worden betaald.

      Spijkenisse, otr. 1681-10-05, getr. 1681-10-19:
      - Huijch Baerentssen van der Clock, laatst wedr. van Maijken Jans Kem(p)s, wnd. binnen Geervliet,
      - Arijaentge Willems Bleijcker, wed. van Jacob Gabrielssen Schelhouck, wnd. te
      Spijkenisse, geass. met Sijmon Menno van
      Willighen, haar gecoren voogd, att. van Geervliet d.d. 19-10-1681.

      Spijkenisse, 21-5-1681:
      Aryen Dircksz Groenendijck, getr. met Jannetge Jacobs Schelhouck, Gabriel Jacobsz Schelhouck, Jacob Jacobsz Schelhouck, meerderjarige, Andries Dircksz van der Haeven en Aert Laurensz Buys, beiden won. in Den Briel, en Symon Menno van Willighen, won. in Spijkenisse, testamentaire voogden van de minderjarige kinderen en erfgenamen van Jacob Gabrielsz Schelhouck, hebben verkocht en transporteren aan Jan Cornelisz Bosschyeter en Jannetge Cornelis Bosschyeter, broer en zuster, won. in Spijkenisse, 2 gem. 175 r. weiland aan de Groene heuvel in Spijkenisse, get. nr. 168, 3 gem. 179r. weiland aan de Groene Heuvel, get. nr. 171, deze twee partijen belend: o. de weg of Groene Heuvel, z. de rentmr. Johan Hanneman, w. de kinderen en erfgenamen van Jacob Gabrielsz Schelhouck en n. de heer La Fevere in Den Briel, voor 1699 car. g. 6 st., te betalen in gedeelten. Het tweede stuk is dit jaar verhuurd aan Huych Beyensz voor 14 g. per gemet.

      Spijkenisse, 13-6-1681:
      Jacob Jacobsz Schelhouck, won. aan de Spijckenissenhouck, verklaart, dat zijn zwagr Aryen Dircksz Groenendijck, won. onder Zuidland, van Geertruyda van den Mierop, wed. van Ysaacq de Peyster, won. te Rotterdam, op rente heeft gelicht 900 car. g., waarvoor hij op 13-6-1681 ter secretarie te Simonshaven speciaal heeft verhypothekeerd 5 gem. 36 r., genaamd de Kooywey, en de vogelkooi groot 1 gem. 69 r. Comparant stelt zich borg en verbindt daartoe 4 gem. teelland, genaamd de Mostaertdijck, get. nr. 4, onder Spijkenisse, hem aangekaveld uit de boedel van zijn vader Jacob Gabrielsz Schelhouck volgens kavelcedulle van 4-4-1681, gepasseerd voor notaris Dirck Stopman in Brielle. Hij heeft dit land ook verbonden voor een bedrag van 250 g. als borg voor zijn broer Gabriel Jacobsz Schelhouck volgens acte van borgtocht van 4-5-1681 voor schout en schepenen van Spijkenisse gepasseerd.

      Spijkenisse, 9-4-1682:
      Aryen Dircksz Groenendijck, getr. met Jannetge Schelhouck, Gabriel Schelhouck, Jacob Schelhouck, meerderjarige, Aert Laurensz Buys, won. in Brielle, en Symon Menno van Willighen, won. in Spijkenisse, testamentaire voogden van de minderjarige kinderen en erfgenamen van Jacob Gabrielsz Schelhouck, hebben verkocht en transporteren aan Catharina Prins, wed. van Johan van den Mierop, won. te Rotterdam 2 gem. 120 r. weiland aan de Korte Molenweg, get. nr. 107, belend: n. voors. weg, o. Balthem Branderhouven, z. Aryen Aryensz Mats, w. Phillip Jansz van der Mast en burgemr. Berckhouth in Den Briel, liggend onverhuurd, voor 672 car. g. contant. De gerechtsbode Willem Laurensz Roest verklaart, dat het land de drie zondagse geboden heeft gehad en niet is genaast.

      Spijkenisse, 25-6-1683:
      Andries Dircksz van der Haeven en Aert Laurensz Buys, beiden won. in Den Briel, en Symon Menno van Willighen, won. in Spijkenisse, als testamentaire voogden en executeurs over de minderjarige kinderen en erfgenamen van Jacob Gabrielsz Schelhouck, hebben in een eeuwige erfpacht uitgegeven voor 17 car. g. aan en t.b.v. Symon Menno van Willighen 213 r. land in de polder van Spijkenisse in een stuk get. nr. 145, belend: o. de weg, z. verscheidene boomgaardjes door de Heiligegeestarmen in erfpacht uitgegeven, w. de rentmr. Johan Hanneman wegens zijn principalen. Het stukje land zal beplant worden met goede fruitbomen.

      --

      Spijkenisse, 28-7-1642:
      Heyndrick Leendertsz Nieuwenhoven, jonggezel, won. in Spijkenisse, bekent aan de nagelaten weeskinderen van Adiraen Jansz Koeckendorp en Jannetgen Gabrielsdr, beiden zal., een schuld van 150 pond wegens geleende en aangetelde penningen, die hij ontvangen heeft van Claes Gabrielsz als voogd van voorn kinderen. Hij verbindt hiertoe zijn huis, keet en erf in Spijkenisse, belend: o. de straat, z. Ghijsbrecht Willemsz en comparant, w. de achterweg en n. Jacob Reyersz.
      In de marge: op 15-10-1659 afgelost en geroyeerd, getoond door Jacob Gabrielsz Schelhouck, mede-erfgenaam in de boedel van Heyndrick Nieuwenhoven.

      Spijkenisse, 6-6-1653:
      Cornelis Aryen Corvynghs heeft verkocht en transporteert aan de nagelaten weeskinderen van Aryen Jansz Kouckendorp en Jannetgen Gabrielsdr, beiden zal., 4 gem. 100 r. teelland in het oude Hongerland, belend: n.o. de oude Hongerdijk, z.o. Pauwels Berckhout, z.w. de Brabantse dijk en n.w. Pieter Arensz Tasboer en Adryaen Brassert, voor 1550 pond, hem betaald door Jacob Gabrielsz Schelhouck, voogd van voors. kinderen.

      Spijkenisse, 21-10-1654:
      Het gerecht van Spijkenisse heeft in het openbaar geveild t.b.v. de bestgerechtigde crediteuren van Heyndrick Dircxsz Schipper, overleden in Spijkenisse, heeft voor 160 pond verkocht en transporteert nu aan Jan Arensz kleermaker voor hemzelf en aan Jacob Gabrielsz Schelhouck als voogd van de nagelaten weeskinderen van Aryen Jansz Couckendorp en Jannetgen Gabrielsdr een huis en erf in de Kerkstraat in Spijkenisse, belend: o. Aryen Engelsz Nootdorp, z. Commer Pietersz met zijn tuintje en s. de wed. van Tonis Arensz de Golff, betaald met een schuldbrief.

      --


  7. Lijsbeth Burgerts , * ±1605 , † <5-1642 .

      Woonachtig te Oud-Beyerland.

    × Oud-Beijerland 27-5-1628   Leendert Leendertsz de Regt .
        Zoon van Leendert Bastiaensz de Regt en Luijtgen Bouwen Cornelisdochter (Luijtge Bouwens) .

      Leendert was boer op de Tollegors te Oud-Beijerland. Hij was een zoon van Leendert Bastiaensz. de Regt, boer en landeigenaar te Oud-Beijerland, en Luijtge/Lijntge Bouwensdr.

      Leendert was eerst doopsgezind, maar sloot zich later aan bij de hervormde kerk van Oud-Beyerland.

      Leendert tr.
      1) Oud-Beijerland (gerecht) 27-5-1628 met Lijsbeth BORGERSDR., j.d.
      2) Oud-Beijerland 25-6-1642 met Trijntje Coosen [Leeuwenburg];
      3) Zuidland 10-5-1648 met Lijsbeth Leendertsdr.

    1 kind(eren)


  8. Annetgen Burgerts (Annitge Borgers) van (der) Putten , * ±1610 , † >10-1649 .

    × Oud-Beijerland 6-8-1634   Arijen Leendertsz de Jongh , † 1686, [] Oud-Beijerland 28-7-1686.

    4 kind(eren)


  9. Jacomijntge Burgerts (Jacobmijntgen Borrits) , * 1628 , ~Dordrecht 22-4-1628 , † <1649 .
      Jacomijntje Burchs, dochter van Burch Cornelisz. ’op Beyerlandt’, werd op 22-4-1628 in de Oud-Blamse gemeente te Dordrecht gedoopt, die volgens het Dordse kerkboek in augustus 1626 in Oud-Beijerland was overleden.

      Zij was getrouwd met Cornelis Jacobsz. van der Wael, die woonde in Den Hitzert.

      Inventaris wijlen Catharijne van Hoochbroeck, wed. van Burger Cornelisz. van Putten op 15-3-1665:
      De boedel competeert o.a. een gerecht vierde deel van 10 morgen en 71 land in de 12e kavel van Groot-Cromstrijen, gelegen tussen de 11e kavel en de Volgerlandse weg; oost: de 11e kavel, zuid: juffvrouw Santheuvel, west: de voorschreven Volgerlandse weg en noord: de erfgenamen van Hendrick Arijensz. de jonge. Het geheel is gekavelt in 4 kavels, waarvan het westerse 1/4 deel raakt aan de weg, toekomende de weduwe en erfgenamen van Michiel Arijensz. Houck; het tweede ¼ deel gelegen aan deze boedel en de twee verdere ¼ delen zijn oostwaarts gelegen aan Aeltgen Cornelis van der Putten en de erfgenamen van Jacobmijntgen Borrits van der Putten. Het 1/4e deel in de 12e kavel is voor 25 gulden jaarlijks verhuurt aan Jan Michielsz. Hoeck.
      Overleden vóór 5 december 1648.

    ×   Cornelis Jacobsz van der Wael .

      Oud-Beijerland, 15-12-1647: Cornelis Jacobsz. van der Waal, bouwman, en Maertgen Engebrechts, ’echte man ende wijff,’ wonend in de Hitsert, beiden gezond, testeren voor notaris Cristiaen van Vliet. Testament t.b.v. langstlevende. Ze legateren aan de ’huijs armen’ van OudBeijerland 50 car. gld. De langstlevende zal hun kind of kinderen opvoeden, etc. en aan hen samen na de dood van de eerstoverledene 500 gld. uitbetalen. Hij heeft voorkinderen. Dezen hebben samen recht op 1000 car. gld. Voogden over zijn voorkinderen zijn zijn vrouw en zijn broeder Thijs Jacobsz. van der Wael. Getuigen: Lenert Cornelisz., jongman, en Hendrick van Bergen, clercq.

      In 1664 werd Cornelis Jacobsz. van der Wael ‘als zwager’ in het testament van Leentge Pietersdr., vrouw van Engebrecht Jansz. Vijftichschilt te Krimpen aan de IJssel genoemd (als voogd over haar minderjarige erfgenamen).

      Het betreft hier waarschijnlijk qua geloof een Oud-Vlaams echtpaar, want een deel van hun kinderen behoorden tot de Rotterdamse Oud-Vlaamse gemeente.

    4 kind(eren)


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.