Arien Ariensz Salij , * ±1590 , † Heerjansdam <1667.
Zoon van Arien Ariensz Salij (?) en NN. ("Aerien Aeriensen Salien wedue") (?) .

Afb. Heerjansdam   



×
    NN. .    

× ±1630
    Lijsbet Ariens in ’t Hout , * ±1600 , † >1666.
Kinderen:
  1. Aeltje Ariens ( Salij) .

      Aeltje Ariens was Leendert’s zuser "van halve bedde".


  2. NN. Ariensdr .

      Eén dochter uit het 1e huw. van Arien Azn. Salij had zonen Arij en Jan Bastiaense.


  3. Cornelis Ariensz (Cornelis Aerjens) Salij , *Heerjansdam ±1620 , † >1669 .
    Cornelis Aerjens trad op als getuige bij de doop van Arije Ariensz (Arije Ariensz den Jongen) Salij (?) .

      Wellicht had Cornelis rond 1640 een buitenechtelijke relatie met ene Neeltje Cornelis, hetgeen resulteerde in de geboorte van een natuurlijke zoon, Isack Cornelisz Salij. Neeltje Cornelisse trouwde met (1) Arij Jacobsz Weda, een weduwnaar uit Strijen, en (2) Jacob Arijens Spaen. Dat echtpaar overleed in 1665 te Strijen aan de pest.

      In een akte was gedateerd op 3-5-1664 verklaarde Cornelis Arijensz Salij, wonende op Heerjansdam, eerst wedr. van de te Heerjansdam gestorven Grijetgen Jacobsdr., dat hij enige jaren voordien met Arijen Bastiaensz., wonende buiten Dordrecht, in kwaliteit als oom en bloedvoogd van de 2 nagelaten weeskinderen met Grijetgen (Volckje Cornelis, dan ca. 16 jaar oud en Maria Cornelis, dan ca. 12 jaar oud) met consent van de schout van Heerjansdam als oppervoogd tot uitkoop van de kinderen was gekomen. Salij zou in het bezit van de boedel blijven en de 2 kinderen naar behoren opvoeden enz. Bij meerderjarigheid of eerder huwelijk zou hij 35 Car. gld. uitkeren.
      Tevens kwam Salij tot uitkoop van zijn kinderen uit zijn tweede huwelijk met wijlen Neeltgen Arijensdr., waarbij Plun Pijetersz Goenbloet, als oom en bloedvoogd, en de schout van Heerjansdam, als oppervoogd, optraden. Grijetgen, ca. 10 jaar, Arijen, ca. 8 jaar en Pleuntgen, ca. 6 jaar oud, zouden bij meerderjarigheid of eerder huwelijk elk 20 Car. gld. als moederlijk bewijs uitgekeerd krijgen, terwijl hun vader in het bezit der boedel zou blijven, waarvoor hij hen dan zou moeten opvoeden.

      Diverse akten uit 1666 spreken van Cornelis Ariensz. Salij, wonende op Heerjansdam, als één der gewezen voogden der weeskinderen van Joost Gerritse, weduwnaar van Bastiaentien Ariens, die beiden onder Barendrecht waren overleden. Eén der andere medevoogden was de bovengenoemde Pluen Pietersz. Goeienbloet (Goenbloet), die dus kennelijk een zwager was.

      ’s-Gravendeel, 12-05-1678: Cornelis Arijense Smith, Jan Cornelisse Moockhouck, voogd over de nagelaten weeskinderen van Fop Arijense Smit, en Cornelis Arijense Salij, voogd over de nagelaten weeskinderen van Arij Foppen Smit, transporteren aan en t.b.v. Lijntie Roockus, weduwe van Maerten Arijense Smit, de eigendom van een huisje en erf aan het einde van de Korte Kerkstraat van ’s Gravendeel, belend ten zuiden het huis en erf van de weduwe van de
      secretaris Abraham de Roo. Huis en erf is belast met een jaarlijkse erfpacht van 4 gulden en 16 stuivers. Verkocht voor de som van 315 gulden.

    × 1643   Grijetgen Jacobsdr , * ±1620 , † Heerjansdam ±1653.
      Otr. op 26-7-1643 in Heerjansdam.
      Met Grijetgen Jacobsdr. had Cornelis dochters Volckje en Marie en 1 jong gestorven zoontjes met de naam Jacob.

    c ? ±1645   Neeltie Cornelis (Neeltgie Cornelis) , † Strijen 1665 (de Pest).
      Waarschijnlijk had Cornelis een buitenechtelijke zoon Isac met Neeltje Cornelis van wie hij na haar dood de boedel zou afwikkelen.

      Cornelis Ariensz. Salij had wsl. rond 1640 een buitenechtelijke relatie met Neeltje Cornelis, hetgeen resulteerde in de geboorte van een natuurlijke zoon, Isack Cornelisz Salij.
      Neeltje Cornelis trouwde met (1) Arij Jacobsz Weda, een weduwnaar uit Strijen, en (2) Jacob Arijens Spaen. Zij overleden in 1665 te Strijen aan de pest.

      Op 17 februari 1666 compareren voor schout en schepenen van Strijen:
      - Cornelis Aerjens Saly, wonende op Heerjansdam, als vader en voogd van Isack Cornelis, nagelaten en natuurlijke zoon van Neeltie Cornelis, in die kwaliteit als broer van moederszijde van Cornelis Aerijens Weda, die een zoon was van Aerijen Jacobs Weda, in echte geprocreëerd bij genoemde Neeltgie Cornelisdr., mitsgaders
      - Cornelis Aerijens Weda en
      - Gerrebrandt Claes Pluijmer, getrouwd met Marij Cornelis Weda voor henzelf en vervangende
      - Herreman Pieters Stoocker, getrouwd met Teuntgie Aerijens Weda, en ook voor
      - Aerjaentgie Aerjens Weda en mede voor de nagelaten weeskinderen van de andere Aerjaentgie Aerijens Weda, in echte geprocreëerd bij Jan Marinus,
      - allen kinderen en kindskinderen van wijlen Arijen Jacobs Weda en uit dien hoofde erfgenamen van vaderszijde van de overleden Cornelis Aerjens Weda, hun broer respectivelijk oom.
      De comparanten hebben getransporteerd ten behoeve van Sijbrant Jacobs Baghoven een huis met ‘meljoratie van erve’ staande en gelegen in het dorp Strijen, belend ten zuiden de straat en de Achterweg, ten westen Willem Jans van Es, ten noorden de boomgaard van Dirck Aerijens Spruijt en ten oosten Willem Gielen Gelger, belast met een erfpacht van 13 gulden 15 stuiver per jaar die de heer van Papendrecht daarop competeert.
      Neeltje en haar man Jacob en haar kinderen uit haar eerdere huwelijk, Lijntie en Cornelis, stierven in 1665 in Strijen aan de pest. Cornelis Arijensz. Salij uit Heerjansdam was één van de personen die zorgde voor de afwikkeling van de boedel. Zo tekende hij een akkoord tot betaling van schoonmaaksters, die het huis van het door ’siecte van pestilentie’ geïnfecteerde gezin na hun overlijden grondig schoon maakten.

    × ±1653   Neeltgen Arijensdr , † ±1661.
      Met Neeltgen Arijensdr. had Cornelis de kinderen Grijetgen, Arijen en Pleuntgen.
      Overl. tussen 1658 en 3-5-1664.

    8 kind(eren)


  4. Arie Ariens Salij , *Heerjansdam 1635 , ~Barendrecht 5-4-1635 , † >10-7-1715 .
    Arie Ariens trad op als getuige bij de doop van Arijen Cornelisz ( Salij) (?) , de ondertrouw van Hendrik Danielse (Hendrik Daenen) de Jonge .
      Doopget. Aechtge Ariens en Maritge Jans.

      Adriaen/Arien Ariensz Salij/Saelij/Zalij was wellicht boer te Kleine Lindt.
      Arij Arense Salij kocht op 1-5-1659 een huis, erf en beteling te Kleine Lindt.

    × Heerjansdam 12-5-1658   Aeghien Joosten , *Heer Oudelands Ambacht ±1635 , † >1675.
        Dochter van Joost Cornelisz (?) en Neltgen Adriaans Vliet (?).
      Aeghien Joosten was j.d. van Heeroudelandsambacht.
      Overleden in de periode 1676-1706.

    × Heer Oudelands Ambacht 1706   Barber Abrams van de Mast .
      Otr. op 21-3-1706 in Groote Lindt.
      Barber Abrams van de Mast, wed., die "een tijdt lang onder Pieterman was woonagtigh geweest". Zij was weduwe van Teun Cornelisz Hoogenbergh, ’pieckenier’ te Heeroudelandsambacht.

      Barber was een dochter van Abraham Willemsz van der Mast en mogelijk Maeijke Jacobs van Prooije/Peroije.

      Barber Abrams trad op als getuige bij de doop van Mareijtie de Jong .

    7 kind(eren)


  5. Jan Ariensen Salij , * >1635 , † >2-1706 .
    Jan Ariensen trad op als getuige bij de doop van Jacob Cornelisz Salij (?) , de doop van Volckje Cornelis Salij (?) , de ondertrouw van Pieter Leendertsz Hofflant .

      Jan Ariens Salij alias Donckjes.

    × 25-6-1663   Bastiaentje Pieters , *Kleine Lindt ±1640 , † >5-1679.
      Kinderen: Pieternelle, Arij, Jan (2x), Bastiaen, Neeltje, Leendert.

      Een Neeltje Pieters was op 10-9-1673 in Heerjansdam getuige bij de doop van Bastiaentje’s dochter Neeltje.

    7 kind(eren)


  6. ? Steven Ariensen Saelij , *Heerjansdam >1635 , † >10-2-1698 .

      Heerjansdam, 14-7-1674: "Steven Ariensen Saelij, j.m. van Heerjansdam en aldaer wonende, en Maertje Joris, weduwe van Pieter Paulussen wonende tot Rotterdam, sijn aldaer in den eghten staet bevestigd".

      N.B. Steven kan al overleden zijn geweest, toen Leendert zijn testament opmaakte, dus Steven kan tot dit gezin behoren.

    × Rotterdam 19-2-1675   Maritien Joris (Maertgen Joris) , *Hazerwoude ±1635 .
      Otr. op 27-1-1675 in Heerjansdam.
      Stephen Ariensen was j.m. van en won. te Heerjansdam/won. te Quakernaat te Rotterdam. Maritien Joris, weduwe van Pieter Paulussen, wonende tot Rotterdam.
      Maritien Joris had kinderen uit haar beide eerdere huwelijken, maar haar 3e huwelijk bleef kinderloos.
      Er is in Hazerswoude een Maertgen gedoopt op 17-10-1727 als dochter van Joris Jacobs [van der Beer] & Trincken Jansdr. met getuigen Maertgen Prsdr., Jan Pieterss, Cijtgen Jochemsdr., maar dat kan natuurlijk een andere Maertgen Joris zijn.

      Maertgen Joris was weduwe van (1) Bartel Bartelsen en (2) Pieter Pauwelsen, wedr. van Waddinxveen.

      Maertgen Joris was op 28-4-1658 in Rotterdam samen met Joris Jacobsz en Lijsbet Jans getuige bij de doop van Trijntgen, dochter van Lenaert Isaax en Aeriaentgen Joris.

      Bartel Bartelsz en Maertie Joris waren samen met Annetie Michiels op 13-5-1663 in Rotterdam getuigen bij de remonstrantse doop van Cornelia, dochter van Frans Heijndericksz en Trijntie Bartels.
      Als weduwe woonde Maertjen Joris in 1670 in de Lijnstraat in Rotterdam.


  7. Lenert Ariensz Salij , * 1637 , ~Barendrecht 22-3-1637 , † 1719 .
    Lenert Ariensz trad op als getuige bij de doop van Leendert Jansz Salij (?) .
      Doopget. Lenert Adriaens en Maeijke Willemse.
      Mogelijk was de ene doopgetuige Leendert Adriaensz. Andijck.

      Lenert was boer te Heerjansdam en schepen in de periode 1686-1719. Vanaf 1699 was Lenert leenman van de Lek te Heerjansdam.
      Lenert’s vrouw zal een zuster zijn geweest van de vrouw van zijn broer Adriaen.

      Op 7-1-1713 deed Salij, vanwege het zonder descedenten overlijden van zijn vrouw Joosje Jooste, voor het gerecht te Heerjansdam aangifte van hun onroerende goederen. Deze bestonden uit ruim 17 mr. onder Heerjansdam, 4 mr. en 2 griendakkers onder Kleine Lindt en ruim 3 mr. in de polder de Hoge Nes onder Heinenoord. Dit alles werd begroot op een waarde van 4575 gld.
      Leenden liet op op 10 november 1718 te Dordrecht een opmaken opmaken. Hij herroept daarin het testament van hemzelf en zijn overleden vrouw Joostje Joosten, dd. 2 januari 1671. Hij benoemt tot universeel erfgenaam zijn nicht Pietertje Leendertse Bleijcker, die bij hem in huis woont in de helft van zijn huis, onder conditie uit te reiken aan de kinderen of kindskinderen van zijn zuster van halve bedde, te weten de kinderen van Arij Bastiaense (43 gld. en 14 st.), de kinderen van Jan Bastiaense (6 gld. en 6 st.), Marijtje Cornelis (dochter van Cornelis Ariense, zijn broer van halve bedde, voor 15 gld.) en de kindskinderen van deze Cornelis. te weten de kinderen van Isaac Comelisse (100 gld.), de kinderen of kindskinderen van Aelije Ariens. zijn zuster van halve bedde (10 gld.)-de kinderen of kindskinderen van zijn volle zuster Volckje Ariens (400 gld.)- idem van zijn volle broer Arien Ariense (400 gld.) en van zijn volle broer Jan Ariense (400 gld.).

      Na Lenert’s overlijden werden zijn landerijen, gelegen onder Heerjansdam, Kleine Lindt en inde Hoge Nes onder Heinenoord, in 1719 getaxeerd op 4700 gld.
      Lenert’s boedelhouder en executeur, Sijmon van Brakel, was afkomstig uit Mijnsheerenland en gehuwd met Pietertje Leendertsdr. Bleiker, dochter van Lenert’s nichtje Vlockje Cornelisdr. Salij.

    × Heerjansdam 16-11-1664   Joosje Joosten , *Heer Oudelands Ambacht ±1640 , † ±1712.
        Dochter van Joost en ?
      Joosje Joosten was j.d. van Heeroudelandsambacht, wonend in Heerjansdam.

      Heinenoord, 4-8-1719: Copie van de procuratie van Gijsbert Broelingh, opgemaakt voor schout en schepenen te Heerjansdam op 04-08-1719.
      Genoemd: Lijntje Willems, weduwe van Bastiaan Hendrickse Ruijter en dochter van Willem Joosten, Gijsbert Broelingh en Melis Kool, kinderen van Lijntje Joosten, Joost Pleunen en Willem de Vries, die gehuwd is met Maaijken Pleunen, kinderen van Neeltje Joosten, Cleijs Leenderts, gehuwd met Joosje Ariense Salij en Hendrick de Jongh, gehuwd met Aaltje Ariense Salij, insgelijks het kind of de kinderen van Maaijken Joosten, met name Jan Janse, gehuwd met Neesje Joosten, Hendrick Cornelis Creeck, gehuwd met Maria Leenderts Leegendijck.
      Zij zijn alle erfgenamen van Joosje Joosten, in haar leven huisvrouw van Leendert Salij.

      Joosje Joosten trad op als getuige bij de doop van Joosjen Ariens Salij , de doop van Marijtje Ariens Salij .


  8. Volkje Ariens (Volxjen Arijaens) Salij , *Heerjansdam ±1640 , † <4-1705 .

    × Heerjansdam 3-6-1657   Leendert Cornelisz Snoo , *Ridderkerk ±1635 , † Heerjansdam <4-1705.

    6 kind(eren)


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.