Aert Geerloffse
( Ligthart)
, † Krimpen a/d Lek ±1654.
Zoon van
Geerloff Aertsz
.
Afb. Aert Geerloffse was heemraad in Krimpen a/d Lek
Aert Geerloffse was heemraad in Krimpen a/d Lek. Zijn kinderen gebruikten de achternaam Lichthart.
Op 18 feb. 1641 compareerde voor Schout Bosch, Jan Cornelis Cornelisse ende Jan Jacobse, Heemraden tot Crimpen op de Lecq:
Jan Cornelisse Eerlant ende Jan Cornelisse jonge Jan, zijn broeder, ijder voor de gerechte helft, wonende tot Crimpen voorn.
Welcke hebben getransporteert in vrije eijgendom tot behoeff van Aert Geerlofsse, de nombre van een half weerlant genaempt Jacob Danckenweer, groot int geheel 6 mergen vier en halve hont, ten naeste gelant Jan Ariense, ende Jan Cornelisse Janse c.s. Dat heeft de coper gekost volgens de voorwaarden daaraan gepasseert, de somme van 1450 gld.
Op 21 meij 1685 compareerde voor de stadthouder ende Arijen Huijgen vervangende Walich Maartense, Heemraden deser ambacht. Arijen Pieter Jasperse in huwelijck hebbende Merchje Huijgen, ende Sier Huijgen, kinderen van Huijch Sieren, geprocreeert bij zal. Arijaentie Aerts, mitsgaders Gerrit Janse van Holst, en Jan Dirckse van Bemmel, in huwelijck hebbende Josijntie Gerrits van Holst, geprocreeert bij wijlen Trijntie Aertse, onse inwoonders, samen kinderen ende mede erfgenamen van zal. Merchje Jans, in haar leven wed. ende boedelhoudster van zal. Aert Geerlofse, soo voor haar selve, als haar sterreck makende voor haar respective broeders en susters.
Welcke verclaarde volcomen procuratie te geven Pieter Jacobse wonende in Nieuw Leckerlant, specialijck omme uijt haar comparanten naam te innen ende ontfangen alle soodanige alreede verschenen huijshuijren en lanthuijren van vijer mergen lant in Nieuw Lerckerklant, in het Philip Aelberts weer, als sij hebben te pretenderen van Gijsbert Gerritse, mede wonende in Nieuw Leeckerlant.
Rekening mitsgaders staat, verdeelinge van de boedel van gemelte Grietjen Aerts, die bij dese
doende sijn.
- Geerlof Aertse voor een sesde part.
- Pieter Janse soon van Jan Aertse,
- Annetje Jans,
- Jan Dirckse van Bemmel, in huwelijck hebbende Josijntie Jans,
- Jan Janse Clop in huwelijck hebbende Barber Jans,
- Jannetje Jans,
- Job Janse in huwelijck hebbende Marija Jans, ende
- Gerrit Janse van Holst, alle kinderen van zal. Johannis Gerritse van Holst, geprocreeert bij Trijntie Aerts.
- Arijen Huijgen, Sier Huijgen, ende Merchje Huijgen, kinderen van Huijch Sieren, geprocreeert bij Arijaantie Aerts.
- Aert Leendertse en Arijen Jacobse in huwelijck hebbende Aechje Leenderts, kinderen van Leendert Janse, geprocreeert bij Merchje Aerts.
- Ende Gerrit Gielen, soo in sijn prive als noch als procuratie hebbende van sijn suster, Marija Gielen,
Jacob van Wijngaarden, in huwelijck hebbende Jannetje Gielen, mitsgaders Hendrick van Dijck, in
huwelijck hebbende Claartie Gielen.
- Ende wijders noch den voorn. Gerrit Janse van Holst ende Arijen Huijgen als vooghden over de
naargelaten minderj. weeskinderen van zal. Aert Gielense ende Trijntie Gielens, alle kinderen van
wijlen Michiel Gerritse; geprocreeert bij Ingetjen Aerts, ijder voor een achtste part buijten het voorn. een sesde part van Geerlof Aertse.
Alles in gevolge van de testamentaire dispositie van de voorn. Grietjen Aerts, daarvan op de 13e
maart 1694 voor Not. Maarten Couwenhoven binnen Schiedam gemaackt ende gepasseert.
Op 20 julij 1655 was reeds sprake van "de erfgenamen van Aert Geerloffse", terwijl op 10-8-1653 sprake was van "een weerlant genaempt Cornelis Arie Willemse weer, tegenwoordich toebehoorende Aert Geerloffse".
×
Merchje Jans ( Eerlant)
, * ±1585
, † Krimpen a/d Lek 8-4-1677, [] Krimpen a/d Lek .
Kinderen:
-
Trijntie Aerts ( Ligthart)
, † <1684 .
×
Johannis Gerritse (Jan Gerritsz) van Holst
, † <1679.
6 kind(eren)
-
Arijaentie Aerts Ligthart
, † <1684 .
Arijen-, Sier- en Marchjen Huijgen (gehuwd met Arijn Pietersz.) zijn kinderen van Arijeantien Aerts. Lichthart zalr.
Op 28 Oct. 1684 compareerden
- Arijen Pieter Jasperse, in huewelijck hebbende Merchje Huijgens, ende Sier Huijgense, kinderen van Huijch Sieren, geprocreeert bij zal. Arijaentie Aerts, mitsgaders
- Gerrit Janse en Jan Dirkse van Bemmel, in huewelijck hebbende Josijntie Jans, soon en dochter van sal. Johannes Gerritse van Holst, geprocreeert bij wijlen Trijntie Aerts;
samen kinderen en erfgenamen van sal. Merchje Jans, in haar leven wed. ende boedelhoudster van sal. Aert Geerloffse.
Uijt hoofden eijgenaars van de naargelaten landen ende hofstede, soo voor haar selve, als haar nog
sterck makende voor haar respective susters en broeders. Welcke verclaarde te hebben verhuijrt ter eenre.
Ende Gijsbert Gerritse, wonende in Nieuw Leckerlandt, welcke in huijre heeft aangenomen, seeckere halff huijs, met de nombre van vijer mergen ander half hondt lant in Nieuw Leckerlant, in Philip Aelbertsweer.
×
Huijch Sierense (Huijch Sieren)
.
Kinderen: Sier, Merchje en Arijen Huijgen.
Huijch is een zoon van Sier Cornelisse en Aechje Ariense.
Op 8 meij 1633 compareerde voor ons Schout Bosch, Aert Geerlofse ende Jan Cornelis Janse, Heemraden des ambachte Crimpen op de Lecq, Goris Sierense, Leendert Sierense, Cornelis Sierense de Jonge, Huijch Sierense, Aechje Sierens, ende Neeltje Sierense, mitsgaders Aechje Ariense-dochter, moeder van de voorn. kinderen, die sij alle geteelt hadde bij Sier Cornelisse sal.
Te kennen gevende te sijn veraccordeert, nopende de goederen door Sier Cornelisse metter doot
ontruijmt ende naergelaten.
3 kind(eren)
-
Grietjen Aerts (Grietie Aerts) Ligthart
, † <1702 .
In Krimpen a/d Lek op 14 meij 1696 compareerde Jan Andriesse onse inwoonder, te kennen gevende, dat Gerrit Janse van Holst, mede onse inwoonder, soon van zal. Trijnie Aerts, die een volle suster was van Grietie Aerts, eerder wed. van zal. Bouwen Sentense Vermeulen, nu huijsvrouw van Cornelis Cornelisse Soeteman, in dier qualiteijt hem hedde de helft van de naargenoemde hofstede ende landerijen, bij hem Jan Andriesse van de voorn. Grietie Aerts ende erfgenamen van de voorn. Bouwen Sentense Vermeulen onder de handt gecocht.
Ende ons gebleecken sijnde, dat bij den voorn. van Holst, den dubbelden nacoop aan de Hooch Geb.
Grave en Heere van de Lecq etc. wel aan de rentmeester was voldaan, ende wij geordonneert sijnde omme over het transport van dien te staan, omme bij den voorn. Jan Andriesse deselve halve
hofstede aan hem van Holst te transporteeren.
Soo verclaarde comparant, uijt crachte van de naarstinge, voor hem sijnen erven, gecedeert,
overgegeven te hebben aan van Holst de helft van een hofstede, bestaande int bouwhuijs, schuijr en
erven, met de nombre van 11 mergen 4 hont 81 roeden en 3 voet, binnen dese ambachte int Jan
Bruijnen weer.
Rekening mitsgaders staat, verdeelinge van de boedel van gemelte Grietjen Aerts, die bij dese
doende sijn.
- Geerlof Aertse voor een sesde part.
- Pieter Janse soon van Jan Aertse,
- Annetje Jans,
- Jan Dirckse van Bemmel, in huwelijck hebbende Josijntie Jans,
- Jan Janse Clop in huwelijck hebbende Barber Jans,
- Jannetje Jans,
- Job Janse in huwelijck hebbende Marija Jans, ende
- Gerrit Janse van Holst, alle kinderen van zal. Johannis Gerritse van Holst, geprocreeert bij Trijntie Aerts.
- Arijen Huijgen, Sier Huijgen, ende Merchje Huijgen, kinderen van Huijch Sieren, geprocreeert bij Arijaantie Aerts.
- Aert Leendertse en Arijen Jacobse in huwelijck hebbende Aechje Leenderts, kinderen van Leendert Janse, geprocreeert bij Merchje Aerts.
- Ende Gerrit Gielen, soo in sijn prive als noch als procuratie hebbende van sijn suster, Marija Gielen,
Jacob van Wijngaarden, in huwelijck hebbende Jannetje Gielen, mitsgaders Hendrick van Dijck, in
huwelijck hebbende Claartie Gielen.
- Ende wijders noch den voorn. Gerrit Janse van Holst ende Arijen Huijgen als vooghden over de
naargelaten minderj. weeskinderen van zal. Aert Gielense ende Trijntie Gielens, alle kinderen van
wijlen Michiel Gerritse; geprocreeert bij Ingetjen Aerts, ijder voor een achtste part buijten het voorn. een sesde part van Geerlof Aertse.
Alles in gevolge van de testamentaire dispositie van de voorn. Grietjen Aerts, daarvan op de 13e
maart 1694 voor Not. Maarten Couwenhoven binnen Schiedam gemaackt ende gepasseert.
Krimpen a/d Lek, 25 junij 1684: Comt de gemeene erfgenamen van zal. Marchje Jans wed. van Aert Geerlofse uijt den boedel, dat bij Grietje Aerts was onderhand gehouden: 10-6-0.
Krimpen a/d Lek, 29 jan. 1701: Staat ende inventaris van de goederen als Grietjen Aerts, laetst wed. van Cornelis Cornelisse Soeteman, beijden zal. metter doot ontruijmt ende naargelaten heeft.
×
?
Boudewijn Sentense (Bouwen Centen) Vermeulen
, * ±1618
, † <1696.
Zoon van
Cent Ariens
en
Pleuntje Ariens
.
Bouwen Centen Vermeulen 1618* x Grietje Aarts Ligthart x 1640? geen kk.
Krimpen a/d Lek, 12 meij 1696:
Grietgen Aertse Lichthart, eerder wed. van zal. Boudewijn Sentense Vermeulen, ende nu huijsvrouw van Cornelis Cornelisse Soeteman, als bij huwelijckse voorwaarden, de administratie van haare goederen aan haar hebbende gereserveert, voor de eene helft.
Willem Cornelisse Jongebreur, in huwelijck hebbende Trijntie Cornelis, dochter van Cornelis Senten, ende Cornelis Francken, Arijen Francken, Sendt Francken, Jan Arijense Huijsman, in huwelijck
hebbende Merchje Francken, ende Wouter Bastiaanse, hebbende getrout Claasje Francken,
mitsgaders Pieter Goosen, getrout hebbende Trijntie Francken, alle kinderen van Franck Leendertse, geprocreeert bij Aartie Jans, die een dochter was van Marijtge Senten.
Mitsgaders Aeltie Corsen, wed. ende boedelhoudster van sal. Cors Pieterse, ende Jan Janse Boon, wedr. ende boedelhouder van zal. Marijtge Pieters de Jonge, kinderen van Neeltie Senten, als mede
Sendt Arijense, Teunis Cornelisse van Dam, wedr. ende boedelhouder van zal. Bijchje Arijense,
mitsgaders Cuijn Ploomen in huwelijck hebbende Ploontie Arijens, kinderen van zal. Crijntie Senten;
Zij zijn alle erfgenamen van voorn. Bouwen Sentense Vermeulen, samen voor de weder helft.
Welcke in dier qualiteijt hebben vercocht, ten behoeven van Jan Andriesse onse inwoonder.
Een hofstede, bestaande in een bouhuijs en schuijr en erven, met de nombre van elf mergen vier hondt 81 roeden en drie voet landt, gelegen int Jan Bruijnen weer. Strekkende van de diepte van de
Lecq tot de oude Backweteringe toe. Bel; t.o. Aart Gielen wed. ende t.w. Cornelis Pieterse Boender. Met noch de nombre van vijer mergen een hondt 31 roede 3 voet lants int selve weer. Item noch het landt over de oude wetering en een achtste part van het Jan den Backer weer.
×
? <1697
Cornelis Cornelisse (Cornelis Cornelisz de Jonge) Soeteman
, [] Pernis 12-12-1700.
Zoon van
Cornelis Cornelisz Soetman
en
Saertie Joosten
(?).
Cornelis zou een zoon zijn van Cornelis Cornelisz. de Oude Soeteman en Aeltje Jans [of Saertie Joostne]. Cornelis zou 3 maal gehuwd zijn geweest. Zijn andere vrouwen waren dan Catrina Pieters Tolhooft en Jaapje Jacobs Visser.
Albrandwaard, 25-5-1663:
Schuldbrief verleden door Pieter Huijgen, schipper, wonende in de waard, ten profijte van het weeskind van Catharina Pieters, geprocreerd bij Cornelis Cornelisz. Soeteman. (in marge): 1-11-1683 comp. de voogden van de weeskinderen van Pieter Huijgen zaliger en verklaren dat de schuld is afgelost.
Rijsoord, 30 mei 1667:
Cornelis Cornelisz Soeteman en Pietertie Ariensdr, echtpaar aan de Pruijmendijk, benoemen elkaar tot erfgenaam. Na overlijden van de langstlevende zal de boedel worden verdeeld tussen Cornelis Cornelisz Soeteman de jonge, zijn voorzoon verwekt bij Saertie Joosten, zijn eerste vrouw, de kinderen van Arien Cornelisz Soeteman, Pleun Cornelisz Soeteman, Bastiaen Cornelisz Soeteman en ’t nagelaten weeskind van Pieterken Cornelis Soeteman, hun dochter.
Als evt. erfgenamen worden ook genoemd Neeltie Cornelis Soeteman, de kinderen van Marichen Cornelis Soeteman, nakinderen van Cornelis Cornelisz Soeteman, verwekt bij Pietertie Ariensdr.
Zij vermaken elk 200 gulden aan Bastiaen Cornelisz Soeteman en Neeltie Cornelisdr Soeteman.
Rijsoord, 25-8-1670:
Cornelis Cornelisz Soeteman, de jonge, en Pietertie Bastiaensz (ziek), echtpaar wonende aan de Oostendam onder Hendrik Ido Ambacht, benoemen elkaar tot erfgenaam. Indien hij als langstlevende overblijft en een tweede huwelijk wil aangaan dan dient hij (voor hij dit huwelijk aangaat) de kinderen van haar broers en zussen t.w. Aert Bastiaensz, Cornelis Bastiaensz, Neeltie Bastiaensdr en Leendertie Bastiaensdr een bedrag van 10 gulden uit te keren. Als de testatrice als langstlevende overblijft en een tweede huwelijk zou willen aangaan, dan dient zij aan de erfgenamen van testateurs moeder (voor zij dit huwelijk aangaat) een bedrag van zes gulden uit te keren.
Ridderkerk, 25-9-1679:
Cornelis Cornelisz Soeteman, wonende aan de Oostendam te Hendrik Ido Ambacht, komt met zijn halfbroer Bastiaen Cornelisz Soeteman (wonende aan de Pruimendijk) tot overeenstemming inzake de nagelaten boedel van hun overleden vader Cornelis Soeteman (en overleden stiefmoeder/moeder Pietertie Striens).
--
--
CORNELIS ARIENSZ. VOOGT (alias KNEGT), herbergier in "de Prins van Oranje" te Hoogvliet, armmeester te Hoogvliet 1700, gest. (aang.) Hoogvliet 4- 9-1743, getr. voor 1687 met CATHALIJN CORNELISSE SOETEMAN, geb. Pernis, gest. (aang.) 10- 3, begr. Hoogvliet 11- 3-1747, dr. van Comelis Cornelisz. Soeteman en Jaapje Jacobs.
A(d)riaatje, ged. Hoogvliet 13-5-1696, j.d. van Hoogvliet (1721), lidmate ald. (28-6-1734), overl. onder Hoogvliet (3 gld. impost bet. ald. 26-1) 1756, & tr. le (beiden 3 gld. impost bet. Hoogvliet 7 nov.) 1721 Arijen (Arien) Cornelisz. Voogt, ged. Hoogvliet 22-6-1687, overl. (3 gld. impost bet. Hoogvliet 17-10) 1727, begr. ald. 18-10-1727, zoon van Cornelis Ariensz. Voogt, waard en herbergier te Hoogvliet, kerkmeester en ouderling ald., en Catelijntje Cornelisdr. Soeteman, waardin.
Zie: Ons Voorgeslacht 1995, blz. 201, en "De Parenteel van Doen Beijensz.".
--
-
Geerlof Aertse Ligthart
, † >1696 .
Geerlof Aertse
trad op als getuige bij
de doop van
Aert Gerrits van Holst
.
Geerloff Aertse Lichthaert won. in Kralingen.
Op 19 junij 1666 was sprake van "Geerloff Aertse Lichthart", één van de heemraden tot Crimpen op de Lecke.
Krimpen a/d Lek, 6 jan. 1667:
Ocker Joppense heeft gecedeert aen Geerlof Aertse Lichthaert, alle zoodanige gerechticheijt van landerijen, als hij was competerende int achtalff mergen Geerlof Aertse weer, daer ten oosten een weer van 6 mergen de Pijnsterblom, ende ten westen het Cruijsweer.
Dordrecht, 9-9-1682: Sier Huigen huurt huis van zijn oom Geerlof Aarts, en bek. schuld dd. 25/10/1682.
Krimpen a/d Lek, 26 oct. 1682: Geerloff Aertse Lichthart heeft getransporteert aan Sier Huijgen mede onse inwoonder. Seecker huijsinge ende erve, met de nombre van 5 hondt 66 roede 8 voet, staande int Jan Arijense weer. Strekkende van het huijs aff noort aan tot de kennipwerf van de erfgenamen van Merchje Sijmons, off Cornelis Cornelisse den Blinden toe. Bel; t.o. het Spijcker weer, ende t.w. de Heer Blaacker.
Arijen Dircksz. Coelendouw (won. Kr/L) testeert op 27-4-1688. Stelt tot voogden aan over zijn nalatenschap zijn zoon Dirck Arijensz. Coelendouw en zijn zwager Geerloff Aertsz. Lichthart. Secludeert de weeskamer.
Op 15 junij 1697 was in Krimpen a/d Lek sprake van "Geerloff Aertse Lichthart".
Krimpen a/d Lek, 17-12-1676: Aert Huijgen, Cornelis Jansz. Borsje en Geerloff Aertsz. Lichthart als voogden over de minderj. kinderen van voorn. Aert Huijgen (verwekt bij Marchjen Jans. zal.) reqten contra Coen Jansz. Hallingh gereq.
Reqten zeggen dat zij in 1675 met de gereq.de hadden gegrondcaveld t griendveld, dijk en uitterdijk, wat zij gemeen hadden te Kr/L in het Baarsweer. Hieruit is via het lot reqten toegevallen het middewegenweer, terwijl de gereqde toeviel aan de oost- en westzijde van het weer zijn helft. Deze caveling strekt van de bakwetering tot de Lek toe. Willen de cavelcedulle daarvan nu hebben, doch de gereqde weigerd. Gereqde is niet verschenen, 1e default.
Cap/Y, 20-1-1693: HV. Annigje (Lekkerk) x Geerlof (Kr/L); zij geass. met haar zwager Cent Ariens; geen gemeenschap van goederen.
Geerlof Aarts Ligthart wordt in 1688 genoemd als zwager van Arie Dirks Coelendouw (1x Machteltje Dirks; 2x Ariaantje Jans).
×
Trijntie Jans Borsje
, † <4-1691.
Dochter van
Jan Ariens Borsje
en
Neeltje Cornelisdr
.
Op 17 april 1677 was sprake van "Geerlof Aertse Lichthaert ende Trijntie Jans, sijne huijsvrouw".
Testament van 13-12-1672 van Geerloff Aertsz. Lichthardt, gehuwd met Trijntje Jans., won. te Kr/L, secluderen de weeskamer, de langstlevende is voogd.
Dordt, 13-8-1673: Verkl. tvv de kk. van Herbert Ariens+, dat Leendert Jans Schoutje (KRL) getrouwd is met Marrigje Aarts, nog in leven, die een zuster is van Geerlof Aarts, die getrouwd is met Trijntje Jans, die een dochter is van Jan Ariens Borsje, die een volle broer is van Bastiaan Ariens Borsje+, in zijn leven hoogdijkheemraad van de KRW; er wordt verwezen naar een akte voor notaris Pieter de Weert (Ysselmonde), waarin Bastiaan Ariens Borsje zijn testament revoceert.
Krimpen a/d Lek, rekening van 15 maart 1690: Rekening, mitsgaders staat, scheijdinge ende verdelinge, die bij dese doende sijn Geerlof Aertse
Lichthart, wedr. van zal. Trijntie Jans Borsje, wonende tot Crimpen op de Lecq ter eenre.
Ende Arijen Cornelisse Borsje, Dirck Arijense Coelendouw, in huwelijck hebbende Merchje Cornelis Borsje, wonende tot Crimpen voorn. ende Jacob Verkaeijck, in huwelijck hebbende Cornelia Cornelis Borsje, wonende tot Ouderkerck.
Mitsgaders Neeltie Cornelis Borsje, alle kinderen van wijlen Cornelis Janse Borsje, die een vollen broeder was van de gemelte Trijntie Janse Borsje.
Ende Eeuwit Aertse en Sier Huijgen in huwelijck hebbende Pietertje Aerts, mitsgaders Jan Cornelisse de Jonge, in huwelijck hebbende Arijaantie Aerts, alle kinderen van Aert Huijgens, geprocreeert hij wijlen Mechje Janse Borsje, mitsgaders Arijen Dircxe Coelendouw, als vader voor soo veel dese scheijdinge aan gaat, ende verder niet, als vooght over zijn minderj. soon genaamt Jan Arijense, geprocreeert bij wijlen Arijaantie Janse Borsje, beijde vollen susters van de voorn. Trijntie Janse Borsje, mede wonende
tot Crimpen voorn. Ende in dier qualiteijt erfgenamen adintestato van de voorn. Trijntie Jans Borsje ter andere sijde, ende dat van de gemeenen boedel van de gemelte Geerlof Aertse ende Trijntie Janse Borsje, soodanich die hij deselve in gemeenschap is beseeten.
×
Annigje Claasdr (Annitje Claes)
.
Otr. op 20-1-1693
in Capelle a/d IJssel.
Datum en pl. huw. voorw.; geen kk.
Cap. a/d IJ., 20-1-1693: Huwelijkse voorwaarden tussen Geerlof Aertse, toekomende bruidegom, won. Krimpen a/d Lek, ter eenre, en Annitje Claes, won. Lekkerkerk, toekomende bruid, geassisteerd met Cent Arijensz, haar zwager, ter andere zijde. Geen gemeenschap van goederen.
In Cap. a/d IJ. op 6-3-1693 test. Geerlof x Annigje (Kr/L); zij hebben geen kk., hun erfgen. zijn die ab intestato, behalve dat het erfdeel van de zoon van Jan Aarts in drieën wordt gedeeld: de zoon van Jan Aarts erft maar 1/3 deel, zijn vrouw Annigje Claas 1/3 deel en Gielis Gerrits Clinckerhuijzen (Kr/L) - of diens 2 zoons Gerrit en Aart Gielisz Clinckerhuijzen - 1/3 deel.
Op 18 sep. 1695 compareerde Geerlof Aertse Lichthart, ende Annetje Claas, echte luijden onse inwoonders. Te kennen gevende van hun goederen te legateren, een grientvelt in Dirck Korssen weer, aan de soon van sijn testateur overleden broeder Jan Aertse Lichthaert, voor de eene helft, ende de wederhelft aan Michiel Gerritse Clinckerhuijssen, ende wijders mutueel te willen testeren.
N.B. Mogelijk is Annitje een zus van Aaltje Claasdr. die (naar schatting) rond 1677 trouwde met Cent Ariens van der Meulen en de moeder is van Liedewij Centen, gehuwd met Jacob Joosten Tom.
-
Jan Aertsen (Jan Aerts) Ligthart
.
Jan Aerts Lichthaert had een zoon Pieter Janse.
Rekening mitsgaders staat, verdeelinge van de boedel van gemelte Grietjen Aerts, die bij dese
doende sijn.
- Geerlof Aertse voor een sesde part.
- Pieter Janse soon van Jan Aertse,
- Annetje Jans,
- Jan Dirckse van Bemmel, in huwelijck hebbende Josijntie Jans,
- Jan Janse Clop in huwelijck hebbende Barber Jans,
- Jannetje Jans,
- Job Janse in huwelijck hebbende Marija Jans, ende
- Gerrit Janse van Holst, alle kinderen van zal. Johannis Gerritse van Holst, geprocreeert bij Trijntie Aerts.
- Arijen Huijgen, Sier Huijgen, ende Merchje Huijgen, kinderen van Huijch Sieren, geprocreeert bij Arijaantie Aerts.
- Aert Leendertse en Arijen Jacobse in huwelijck hebbende Aechje Leenderts, kinderen van Leendert Janse, geprocreeert bij Merchje Aerts.
- Ende Gerrit Gielen, soo in sijn prive als noch als procuratie hebbende van sijn suster, Marija Gielen,
Jacob van Wijngaarden, in huwelijck hebbende Jannetje Gielen, mitsgaders Hendrick van Dijck, in
huwelijck hebbende Claartie Gielen.
- Ende wijders noch den voorn. Gerrit Janse van Holst ende Arijen Huijgen als vooghden over de
naargelaten minderj. weeskinderen van zal. Aert Gielense ende Trijntie Gielens, alle kinderen van
wijlen Michiel Gerritse; geprocreeert bij Ingetjen Aerts, ijder voor een achtste part buijten het voorn. een sesde part van Geerlof Aertse.
Alles in gevolge van de testamentaire dispositie van de voorn. Grietjen Aerts, daarvan op de 13e
maart 1694 voor Not. Maarten Couwenhoven binnen Schiedam gemaackt ende gepasseert.
Op 18 sep. 1695 compareerde Geerlof Aertse Lichthart, ende Annetje Claas, echte luijden onse
inwoonders. Te kennen gevende van hun goederen te legateren, een grientvelt in Dirck Korssen weer,
aan de soon van sijn testateur overleden broeder Jan Aertse Lichthaert, voor de eene helft, ende de
wederhelft aan Michiel Gerritse Clinckerhuijssen, ende wijders mutueel te willen testeren.
×
?
Pleuntje Pieters
.
Mogelijk is zij een dochter van Pieter Pieters uit Krimpen en zijn vrouw Ariaentje Cornelisdr. en zij is een zus van Pieter Pieters Oostindienvaarder, gehuwd met Sijgje Lauwen Crom.
2 kind(eren)
-
Ingetjen Aerts Ligthart
, † <1678 .
Gerrit-, Aert- en Marija Michiels. en Willem Teunisz. Gouderiaen gehuwd met Trijntien Gielen en als voogden over Claartie- en Jannitje Michiels. En zo te samen kinderen van zalr. Ingetje Aerts. Lichthart.
×
Michiel Gerritse
.
Kinderen: Gerrit, Marija, Jannetje, Claartie, Aert en Trijntie.
6 kind(eren)
-
Merchje Aerts ( Ligthart)
, † <1678 .
×
Leendert Jans Schoutje
, * ±1626
, † >1701.
Zoon van
Jan Jacobsz Bercouwer
en
Aagje Jans
.
Leendert Jans. Schoutje als voogd van zijn 3 minderjarige kinderen, te weten: Marija-, Jan- en Aert Leendertsz. verwekt bij Marchjen Aerts. Lichthart zalr.
In Krimpen a/d Lek op 24 april 1681 compareerden Leendert Janse Schoutje ende Arijen Pieter Jasperse, vervangende sijn vader Pieter Arijens Jasperse, beijde onse inwoonders als voogden van de minderj. kinderen van sal, Jan Jacobse Roerom ende Annetje Jans, meerderj. dochter van de gemelte Jan Jacobse Roerom. De welcke hebben vercocht in vrije eijgendom aan Neeltie Jans, wed. wijlen Pieter Jacobse sal. Seecker twee stuckjes grientvelt met de steeg daaraan behoorende, leggende int Eeuwout Roelen weer. Bel: t.o. Leendert Janse Schoutje, ende t.w. Arijen Arijense Kroon.
In Krimpen a/d Lek op 21 jan. 1681 compareerde Annetje Coenen, wed. van sal. Jan Leendertse Schoutje, onse inwoonster, sijnde geass. met de eerwaarde Do Huijbertus van Ouveren, predicant, mede wonende alhier, als haar gecoren vooght in dese ter eenre.
Ende Arijen Jacobse, in huwelijck hebbende Aechje Leenderts Schoutje, ende Krijn Claasse, in huwelijck hebbende Marija Leenderts Schoutje, wonende tot Gijssendam, Mitsgaders Geerloff Aertse Lichthart, mede jegenwoordigh regerende Heemraet, in qualiteijt als vooght over Aert Leendertse Schoutje, samen erffgenamen ab intestato van gemelte Jan Leendertse Schoutje, in dier qualiteijt ter andere sijde.
Te kennen gevende, dat over de goederen van Jan Leendertse Schoutje ende Annetje Coenen in
gemeenschap beseten, sijn veraccoordeert, dat de wed. sal behouden alt gunt sij ten tijden vant
aangaen vant huwelijck heeft gecompeteert, off ten huwelijck hadde moeten in brengen. Ende sij
tweede comparanten sullen insgelijck behouden alle tgunt gemelte Jan Leendertse ten tijden vant aan
gaen vant huwelijck heeft gecompeteert.
Op 1 feb. 1702 compareerde Leendert Janse Schoutje. Te kennen gevende tot voogden over minderj. die in zijn testateurs boedel zoude mogen comen te vallen, te stellen Aert Leendertse Schoutje, zijn zoon, ende Gerrit Janse van Holst zijn neeff.
4 kind(eren)
-
Aechjen Aerts Ligthart
.
×
Arijen Jacobsz
.
Krimpen a/d Lek, 27-4-1677: Scheiding van de nagelaten boedel van Marchje Jans. In leven weduwe van Aert Geerlofsz. (won. en overl. te Kr/L) door Jan-, Geerloff-, Trijntien- en Grietjen Aerts. Lichthart (gehuwd met Bouwen Sentensz.) en Arijen-, Sier- en Marchjen Huijgen (gehuwd met Arijn Pietersz.) kinderen van Arijeantien Aerts. Lichthart zalr. alsmede Arijen Jacobsz. gehuwd met Aechjen Aerts. Lichthart, Leendert Jans. Schoutje als voogd van zijn 3 minderjarige kinderen, te weten: Marija-, Jan- en Aert Leendertsz. verwekt bij Marchjen Aerts. Lichthart zalr., mitsgr’s Gerrit-, Aert- en Marija Michiels. en Willem Teunisz. Gouderiaen gehuwd met Trijntien Gielen en als voogden over Claartie- en Jannitje Michiels. En zo te samen kinderen van zalr Ingetje Aerts. Lichthart. Alle kinderen en kleinkinderen van voornoemde Marchje Jans. en elk met zijn staak voor 1/7de part. Betreff. het onroerend goed (land en huizen) te Kr/L, Nieuw Lekkerland en in de Schuwachtpolder te Lekkerkerk: Dit is reeds bij leven van de erflaters vlg’s hun testament (dd 31-1-1654 voor notr. Jac. Delphius te R’dam) verdeeld.