Jan Willems
de Best
, † Langerak 26-8-1620.
Zoon van
Willem Jansz de Best
.
Afb. Jan Willems de Best woonde in Langerak. De kerktoren van Langerak dateert van ca. 1500, het schip uit de 16e eeuw.
Jan was bouwman (landbouwer) en woonde te Langerak. Waarsman 1608, schepen 1600-1617, substituut-schout 1614-1620. Zijn vader heette Willem Jans en woonde te Langerak.
Op 12-1-1602 machtigen voor schout en schepenen van Langerack: Adriaen Symonsz., wonend in Langerack, voor hemzelf als een volle broeder van Sebastiaen Symonsz. zal., en Jan Willem de Best, mede wonend in Langerack, als man en voogd van Marritgen Dirricx, de dochter van Adriaentgen Zymons, zal., die mede een zuster was van voors. Sebastiaen Symonsz. zal., als in die kwaliteit enige erfgenamen van voorn. Sebastiaen Symonsz. zal., Matheus Zagersz., Jan van Leeuw[en] Pietersz. en Henrick Pots, allen wonend in Den Haag, om voor stadhouder en leenmannen van de Leck en Polanen verlij te verzoeken van de helft van zekre 5 morgen land, gelegen in ’Streeflant in den Overstock’ in een weer van 10 morgen, welke tezamen van de voors. leenhof te leen gehouden wordt, belend boven Adriaaentgen Paulus met haar kinderen en beneden Willem Anthonisz. c.s. en alsdan dezelve helft van de 5 morgen land te transporteren aan Willem Anthonisz. voorn., wonend in Streeflant [=Streefkerk].
Op 15-2-1613 getuigt Cornelis Gijsbertsz., oud 55 jaar, op verzoek van Jan Willemsz. de Best, dat hem ca. 17 jaar geleden verzocht is te helpen bij het akkoord over de achtergelaten goederen van Pieter Mertensz., tussen Willem Adriaensz. Bonheer en zijn vrouw als moeder van haar overleden zoon Pieter Meertensz., ter eenre, en Adriaen Sijmonsz. en Jan Willemsz. de Best, requirenant, vervangende Bastiaen Sijmonsz.
Hij is overleden aan de gevolgen van een steekpartij, die hij, volgens de advokaat van de dader, zelf zou hebben uitgelokt. De dader Ningen Jans wordt hiervoor gestraft met levenslange verbanning uit de heerlijkheid Langerak en betaling van een hoge boete.
’Die Staten van den lande van Utrecht doen te weeten allen jegenwoordigen ende toecommende, dat wij ontfangen hebben d’oetmoedige supplicatie van Ningen Jans gebooren tot Langerack. Inhoudende hoe dat hij suppliant alle zijn leeffdaech hem selven in alle stillicheijt ende gehoorsaemheijt onder zijn ouderen ende vrede onder zijn gebueren gedraegen hebbende, sulcx dat hij suppliant noijt zijn leeffdaech mit ijemant ter werelt twist gemaect off gehadt off daer voor geacht zijnde. Soe ist dienvolgende oick gebuert dat hij suppliant in julio anno XVc een ende tnegentich inden dorpe van Langeraeck mit zijn broeder Dierck Jans, Jan d’Best, Claes Rochus ende Claes Helmichs, Jan Cornelis ende Hubert Cornelis Vlaminck alle jonggesellen in Langerak vergeselschapt is geweest ten huijse van eene Wonnitgien, weduwe van wijlen Mathijs Sebastiaens, alwaer zij mitten anderen in alle eerlicke vruntschap ende vroelicheijt in twee parthijen een gelach gehouden hebben, sonder van eenich quaet te weeten. Ende alwast dat eenen Jan Henricx (wesende soe tschijnt een kijver ende twistsoecker) van den gelage niet en was. Soe is nochtans die selve droncken ende vol sijnde gecomen inde voors[chreven] herberge. Ende is aldaer tegens will van de weerdinne inden huijse ingestreecken ende heeft hem datelicken terstondt begeven in tvoors[chreven] geselschap, daer hij suppliant mede in alle vrede was vergadert ende mit twelck hij suppliant tot die tijt toe vrundelick vrolick geweest was ende wesende die voorschreven Jan Henricx alsulcx daer onder gecomen, heeft terstont qualick begonnen te spreecken. Seggende eerst tegens Claes Rochus een vant voorschreven geselschap: Wat doet ghij in ons gelach ende heeft mede voorts twist gemaeckt tegens Claes Helmichs, waermede hij harde kijvende woorden hebbende was tot vechten toe, ende sulcx heeft hij voorts tgeheele geselschap gestoort ende tselve geprovoceert ende de een voor ende dander nae gedreijcht ende qualick toegesproecken, seggende [...] ghij luijden sult noch genoch mit mij te doen hebben ende meer andere scheldige ende kijvelicke woorden. Sulcx dat die suppliant wesende een jonckman ende dese ondaft nijet wel konnende lyden ende verdraegen tegens den selven Jan Henricx seggende wat, ghij sit altijt en kijft ende alst te doen comt en hebt ghij geen handen. Twelck hoe wel den voornoemde Jan Henricx nijet veel en was te nae geseijt, heeft nochtans daerop voor antwoerde gegeven: "een hont en sal mij nijet bijten" ende heeft mitsdien mit een can ofte croes den selven suppliant datelicken nae zijn hooft geworpen, ende heeft voorts zijn mes tegens den suppliant vuijtgetoegen, ende zijn zijluijden aldaer inden gelage voorts over hoop gevallen. Ende eijntelick die voorschreven Jan Henricx vuijten huijse gelopen ende d’ suppliant hem gevolcht wesende zijn voorts buijten den huijse miten anderen hantgemeen geworden. Sulcx dat die suppliant den selven Jan Henricx mit een brootmes een steecke gebrocht heeft daer aen hij etlicke tijt daernae gestorven is. Ter oirsaecke vant welcke die baillu van Langerak den suppliant in rechten heeft doen roepen, ende vermits hij suppliant nijet en dorst compareren, heeft jegens hem voorts [...] sententie verworven daerbij die suppliant vuijt die selve heerlicheijt van Langerak gebannen is ende gecondemneerd in de boete daer toe staende, dwelcke naderhant betaelt is geworden’.
De advokaat merkt verder op dat Ningen Jans:’vuijt enckel jonckheijt tot het voorschreven ongeluck onnoselick is gecommen, sonder dertoe gesint geweest te zijn off meijninge gehadt te hebben. Daert toe bij den voornoemde Jan Henricx grotelicx geirriteert ende geprovoceert sijnde. Te meer soo deselve Jan Henricx hem eerst bevochten ende sulcx mit een can off croes nae zijn hooft geslaegen ende voorts mit een opsteecker geaggresseert heeft. Waerover dat oick die vrunden vanden selven Jan Henricx hem suppliant tselve hebben vergeven ende geremitteert’.
De schout van Langerak, als vertegenwoordiger van het gerecht die de oorspronkelijke straf had opgelegd, Hendrick Dircks als vader van het slachtoffer, voor hem zelf en voor zijn beide andere zonen, Cornelis en Adriaan Hendriks, en Thonis Lenaerts, Philips Sebastiaens en Jan Engberts, als zwagers van het slachtoffer, worden gedagvaard om op 7 januari 1594 voor het Hof te verschijnen. Noch de schout, noch de ’vrunden’ van het slachtoffer verschijnen en laten zich evenmin door een procureur vertegenwoordigen. Dezelfde personen worden weer gedagvaard op de tweede zitting op 28 januari te verschijnen. Zij blijven afwezig. Een dag na de derde zitting op 19 februari 1594 wordt de kwijtschelding van de straf verleend.
Overleden op 26 augustus 1620 te Langerak, begraven in de kerk onder een eigen grafzerk.
×
±1583
Marritgen Dirricx
, † Langerak 25-11-1619.
Kinderen:
-
Willem Jansz de Best
, † >1623 .
×
Geertje Theunisdr
, * ±1586
.
5 kind(eren)
-
Simon Jansz de Best
, † <4-1656 .
Simon trouwde Neeltje Segers Verduin, dochter van Seger Jans Verduin en Maaiken Pieters. Zij werd op 13-11-1668 in Langerak begraven.
Belening met 2 morgen land bij Meerkerk op 16-7-1637: Simon de Best voor Aaltje Zegers Verduin, zijn vrouw, bij dode van haar vader, na loting.
Te Meerkerk op 19-8-1654 comp. Pieterken Hendricks, wede van Pieter Floris Dorchterom won. in Broeck, en belooft aen te nemen etc. de erfenis. Sijmon Jans de Best te Langerak een obligatie van 900 car. guld etc. ten laste van de boedel. zij zal cost en schadeloos houden Cornelis Hendricks de Groot en Cornelis Hendricks de Cleijne haere zwagers [schoonzoons} mitsgaders de kinderen ofte voochden van de onm. kinderen van Floris Pieters hare soon idem bovenstaande personen een acte van schuldbekentenisse.
overl. vóór 18-3-1656
×
Neeltje Segers Verduijn
, [] Langerak 13-11-1668.
Dochter van
Seger Jans Verduijn
en
Maaike Pieters
.
Hun dochter Maritgen trouwde (1) Pieter Jansz. Noomen en (2) Cornelis Jansz. Vuijck en had kinderen uit haar eerste huwelijk.
Zij is dochter van Seger Jansz. Verduijn en Maijcken Pietersdr.
Op 18 maart 1656 verklaart Claes Dircksz. de Best, wonende te Meerkerksebroek, schuldig te zijn aan Neeltje Segersdr., weduwe van Simon Jansz. de Best, wonende te Langerak, 900 car. gld., geleend geld, te nemen uit 3 morgen land over de Nieuwsteeg. In de marge van de akte staat vermeld dat op 7 mei 1660 Maerten Bastiaensz., wonende te Langerak, getrouwd met Neeltje Segersdr., geassisteerd met Peter Jansz., getrouwd met Merrigje Simonsdr., verklaren het geld ontvangen te hebben van de weduwe en kinderen van ‘Claes de Besten’
begraven te Langerak op 13 november 1668
1 kind(eren)
-
Dirk Jans de Best
.
Hij trouwde Ingetje Segers Verduin, dochter van Seger Jans Verduin en Maaike Pieters.
Op 10-12-1628 transporteert Dirck Jansz. de Best aan zijn broer Willem Jansz. de Best ’t rechte 1/6 part van zekere akker, boomgaardje en griendinge buitendijcks voor ’t weer van Bastiaen Sijmonsz. zal., belend O. Mels Cornelisz. en W. Claes Cornelisz. c.s. en nog ’t rechte 1/6 part van 1 hond land of werfje in een weer van 7 morgen, genaamd ’Pleun Fredericxz. weer’ achter de waal.
Dit weer van Bastiaen Sijmonsz. is een weer dat in het uiterste westen van Langerak ligt vlakbij Nieuwpoort [Langerak telde 110 weren, genummerd van oost naar west]. Het werd ook het weer van Symon Jansz. de Best genoemd.
Belening met 2½ morgen land bij Meerkerk op
16-7-1637: Nikolaas Dirksz. de Best voor Gijsbert, zijn broer, bij dode van Zeger Verduin,
diens grootvader, na loting;
26-10-1653: Hulde van Gijsbert Dirksz. de Best, die 26 jaar is.
×
Ingetje Segers Verduijn
.
Dochter van
Seger Jans Verduijn
en
Maaike Pieters
.
2 kind(eren)
-
Adriaantje Jans de Best
, † <1627 .
×
Claas Theunisz (Claes Thonisz) Capiteijn
, † <1639.
Zoon van
Anthonis Aertsz (Theunis Aarts)
en
Maritgen Claesdr
.
Kinderen: Theunis, Bastiaan, Neeltje en Marrigje.
Claes Thonisz., won. Langerak, bouwman (landbouwer).
Op 8-2-1651: Teunis Claes en Bastiaen Claes, mitsgaders Pieter Jacobs x Maritje Claes, als kinderen van Claas Teunis zalgr., eijsers.
4 kind(eren)
-
Heijltje Jans de Best
, *Langerak ±1600
.
Zij trouwde Gijsbert Jans Versteeg in 1622 in Jaarsveld. Hij was een zoon van Jan Barends Versteeg.
-
Marrigje Jans de Best
, * ±1605
.
Zij ging op 27-8-1627 in Nieuwpoort in ondertrouw met Adriaan Cools. In 1639 woonde zij in Nieuwpoort.