Goeswijn (Goessen Laureijsz) inden Acker , † ±1539.
Zoon van ? .



×
    Heijlwich Jacobsdr van den Breckel , † <4-1547.
Kinderen:
  1. Ghijsbrecht (Ghijsbert Goessens) in den Acker , † <10-1576 .

    ×   Agneesken Wouter Willem Zegerszdr (Agneesken Woutersdr) .

    × ±1540   Margrieten Thonis Meeuss van Beurden , † <12-1565.

      Margriet was weduwe van Ariaen van Yerssel. Margriet’s vader is Anthonis Meeusz. Biekens alias Van Beurden.

    4 kind(eren)


  2. Danielken Gosewijndr (Danielken Goossen Laureijs) in den Acker .

      Danielken Goessen inden Acker - 1x ook ’Arijken’ genoemd.

      Laureijs, zoon van wijlen Goessen inden Acker, verkoopt op 28-1-1540 aan Ariaen, Aert en Ghijsbrecht, gebroeders, en aan Arijken, hun zuster, kinderen van wijlen Goessen inden Acker, en aan Gherit Vranck Lemmens, zijn zwager, 1/6 deel
      in alle erfgoederen hem verstorven van Goessen zijn vader en hem aangekomen van Heijlwich zijn moeder.
      Hieruit te gelden alle oude commer:
      - 31 stuivers en 1 oertstuiver erfcijns aan Jan Goijaerts te los met 25 karolus gulden;
      - ½ mud rogge erfpacht aan Aert Jan Melis, ook te los met 25 karolus gulden.

      In 1583 werd er een proces gevoerd tussen de kinderen van wijlen Gerit Vrancken en wijlen Danielken, dochter van wijlen Goossewijn van den Acker tegen Adriaen Jansz. Bogaert, gehuwd met Lijsken, dochter van wijlen Henrick Wouter Adriaensz. Het betrof het al of niet kwijtschelden van een schuld door Truijken, huisvrouw van Henrick Wouter Adriaensz. op de Cauwenbergh, aan genoemde kinderen. Truijcken had 8 of 9 jaar geleden aan de naburen van de Heijdzijde verzocht de wacht te houden voor haar huis tegen de ‘knevelaars’. Die hadden Cornelis Gerit Vrancken en meer anderen gevangen genomen en weggevoerd en zij hadden een losprijs moeten betalen om in vrijheid gesteld te worden.
      Wat hier aan de hand was geweest, werd uit de doeken gedaan door wijlen Leo Adriaenssen in zijn dissertatie: op 12 april 1580 werden twee soldaten van het regiment Haultepenne, dat te Oisterwijk was gelegerd, doodgeslagen door twee soldaten uit hetzelfde regiment die naar het regiment te Heusden wilden overlopen. Dat gebeurde aan de Heijdzijde en de boeren die daar woonden, begroeven de doden op de heide. Op 16 april kwamen 80 Waalse soldaten wraak nemen. Ze namen een aantal omwonenden gevangen, mishandelden hen, verkrachtten de vrouwen en roofden hun huizen leeg. Tien gevangen inwoners werden naar Oisterwijk gebracht. Twee van hen werden op beestachtige wijze vermoord: Adriaen Daniel Gherit Hermansz. en Gijsbert Henrick Wouter Adriaensz. De overigen werden tegen losgeld vrijgelaten.

    × <1540   Gherit Vrancken (Gherit Vranck Lemmens) .
        Zoon van Vranck Gheritsz Lemmens en Elisabeth Jan Willemsdr Mutsaerts (?).
      Het ligt voor de hand dat Danielken de moeder is van Gerit’s zoon Goossen.

      "Gherit Vranck Gherit Lemmens" is de vader zijn van Heijlwich, Goossen, Adriana, Cornelis, Marij en Adriaen. Hij is 3 maal getrouwd geweest.
      Zie: http://www.dehasseltvoor1832.nl/Namen/263.html en https://www.genealogieonline.nl/stamboom-van-osch/I20871.php

      Tilburg, 3 april 1542, na pasen: Gekomen zijn voor schepenen
      - Gherit Vranck Lemmens, voor hem zelf en als man en momber van Daniëlle, zijn 3e vrouw, dochter van wijlen Goessen inden Acker, ter ener zjde, en
      - Jan, IJke en Heijlke, broer en zusters, kinderen van Gherit voors. van het eerste huwelijk, verwekt bij wijlen Anna, zijn eerste vrouw, dochter van wijlen Jan Meeus, met Wouter Vranck Lemmens en Joest, zoon van wijlen Jan
      Meeus, hun ooms, als momber en toeziener, en
      - Wouter, ook als momber, en Pauwels, zoon van wijlen Cornelis Hermans, als toeziener van Cornelis en Adriaen, gebroeders, Anneke, Bartelke en Peterke, gezusters, onmondige kinderen van Gherit voors en diens tweede vrouw, wijlen Margriet, dochter van wijlen Cornelis Hermans, ter anderer zijde,
      en ze hebben in tegenwoordigheid van Vranck Lemmens, Gherits vader en grootvader van de kinderen, raad en toestemming gevende voor wat hierna volgt, om beters wil om twist en onmin te voorkomen, die tussen enigen van hen in de toekomst mocht ontstaan, een minnelijk accoord en deling gemaakt van de goederen, die Gherit veroverd had en verkregen heeft en verkrijgen zal en na zijn dood zal achterlaten en wat van zijn kant is gekomen, dat deze goederen na zijn dood zijn kinderen van het eerste, tweede of derde huwelijk verwekt en te verwekken bij zijn tegenwoordige vrouw of bij een andere, die hij na deze nog zal trouwen, gelijk en minnelijk zullen delen, even diep, niettegenstaande van het ene bed daar meer ware dan van het andere, behalve dat de nakinderen van het derde en laatste bed alsdan samen en vooruit zullen hebben 40 karolus gulden eens, als Gherit voors. de voorkinderen van de 2 bedden aan hun goederen, van hun moeders zijde gekomen, aangelegd heeft en daarmee verbeterd heeft, en dan verder met elkaar te delen.

    2 kind(eren)


  3. Laureijs Goessen in den Acker .

      Laureijs was gehuwd met Margriet Pauwel Petersdr. [de Decker].

      Laureijs, zoon van Goessen Laureijs vanden Acker, neemt de cijns op 5 juni 1537 over en betaalt die ten behoeve van zijn vader. Ingeval nog niet gelost bij overlijden van Goessen, zijn vader, dan zullen zijn broers en zusters evenredig aan de aflossing mee betalen.

      In Tilburg op 3-2-1536 comp.
      - Marten en Denijs, gebroeders, zonen van wijlen Pauwels Peters,
      - Laureijs Goessen vanden Acker, als man en momber van Margriet zijn huisvrouw, dochter van wijlen Pauwels Peters, die Pauwels gewonnen had bij wijlen Oeijke zijn huisvrouw;
      - Heijlwich, de weduwe van Henrick Willem sBeren, met Arijaen Goessen vanden Acker, haar huidige man; Cornelis zoon van wijlen Peter sBeeren, als momber, en Marten Pauwels Peters, als toeziener, voor de vier kinderen van wijlen Henrick Willem sBeeren en Heijlwich zijn huisvrouw;
      - Aert Pauwels Peters en Peter zijn dochter voor henzelf en met Marten Pauwels Peters, zijn broer, voor IJke en Marija, gezusters, dochters van Aert voors, nog onmondig zijnde;
      Zij hebben wettelijk en erfelijk verkocht en overgegeven aan Cornelis zoon van wijlen Jan van Spaendonck hun zwager elk hun recht en deel in een stuk beemd, de gehele beemd gelegen in de parochie van Tilburg ter plaatse genaamd in die Bloeck, aldaar tussen: erfenis van Henrick Canters een zijde; erfenis van de kinderen van Jan Rugdijcks en meer anderen ander zijde; erfenis van Andries Sprengers een einde; erfenis van de kinderen van Peter Gerit Eelkens ander einde. Welk stuk beemd hun verstorven was van wijlen Pauwels Peters en Oeijke zijn huisvrouw.
      Uit de gehele beemd moet jaarlijks betaald worden: 5 blanck erfcijns aan Peter Diekens in Breda; een halve braspenning erfcijns aan de Heer van Breda.
      Als Cornelis, koper voors, nader vastigheid wil hebben in het Land van Breda zo hebben verkopers voors beloofd met hem mee te gaan en daar kamer recht te doen op zijn kosten.

      Heijlwich, weduwe van Goessen inden Acker, draagt op 28-1-1540 over har tocht en recht van tocht, dat ze bezat na de dood van haar man in de helft van 1/6 deel van alle goederen, die ze samen bezaten, aan haar zoon Laureijs, zoon van wijlen Goessen inden Acker.

    ×   Margriet Pauwel Petersdr .
        Dochter van Pauwels Peterss en Oeijke .

      In Tilburg op 2-2-1536 comp.
      - Marten, Aert en Denijs, gebroeders, zonen van wijlen Pauwels Peters;
      - Cornelis, zoon van wijlen Jan van Spaendonck, als man en momber van Marija, zijn huisvrouw,
      - Laureijs Goessen vanden Acker, als man en momber van Margriet, dochters van wijlen Pauwels Peters, die Pauwels verkregen had bij Oeijke zijn huisvrouw;
      - Heijlwich, weduwe van Henrick Willem sBeeren, dochter van wijlen Pauwels voors., met Arijaen Goessen vanden Acker haar huidige man; Cornelis zoon van wijlen Peter sBeeren, als momber, en Marten Pauwels Peters, als toeziener, van de 4 kinderen van wijlen Henrick Willem sBeeren en Heijlwich voors.;
      Zij hebben wettelijk en erfelijk verkocht en overgegeven aan Joest, zoon van wijlen Beerijs Eelkens, een jaarlijkse en erfelijke pacht van 10 lopen rogge uit een pacht van 2 mud en 10 lopen rogge uit een huis, hof met de grond en de erfenis daaraan liggtende en daartoe behorende met de Cromme Acker, groot samen ongeveer 3 mudsaet min 2 lopensaet, gelegen in de parochie van Tilburg ter plaatse genaamd in die Heijdsijde, aldaar tussen:
      erfenis van Margriet weduwe van Jan Martens een zijde; erfenis van Peter Jan Zomers ander zijde; het Onmaten Heike een einde; een gemeijn straatke ander einde.
      Welke erfpacht van de 2 mud en 10 lopen rogge Marten Pauwels Peters en Henrick Willem sBeeren beloofd hadden aan Oeijke weduwe van Pauwels Peters anders genaamd die Decker, haar te tochten en voor haar kinderen ten erve te blijven.


  4. Aerdt Goessen Laureijsz in den Acker , † <12-1588 .

      Aert was gehuwd met Marie Daniel Cornelis Hermans en had kinderen Goessen, Jan en Janneken.

      Tilburg, 31 jan. 1547:
      Aerdt, zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker, verkoopt aan Ghijsbrecht, zijn broer, alle versterf, recht en deel, dat hem verstorven is van wijlen Goessen zijn vader en van wijlen Heijlwig zijn moeder, in de erfelijke goederen hierna verklaard, te weten in huizing, hovingo land, zand, weiden en heiden, moervelden en beemden, waar die ook gelegen zijn binnen de parochie van Tilburg of daarbuiten. Nog hiertoe het versterf, recht en deel, als dezelfde Aerdt destijds gekocht had van Adriaen zijn broer in alle erfelijke goederen als voor gespecificeerd vol gens schepenbrieven van Tilburg die daarvan zijn.
      Aerdt voors. heeft geloofd super se et bona sua etc. dit verkopen, overgeven, opdragen afgaan en vertijen altijd vast etc. en nooit meer naar het voors. versterf, recht en deel te talen of te doen talen etc. en alle kommer en calangie van zijnentwege daarop komende af te doen, behalve dat Aerdt voors. heeft behouden zijn deel in de havelijke goederen en ook in de erfpachten, erfrenten, lospachten en losrenten, zo die daar enige bevonden mochten worden.

      Tilburg, 31 jan. 1547:
      Willem, zoon van wijlen Henrick van Dijck, heeft geloofd als schuldenaar te betalen aan Aerd, zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker, een jaarlijkse en erfelijke cijns van 60 stuivers uit huis, hof en erfenis daaraan liggende, groot ca 2 lopensaet, gelegen te Tilburg aan het Creijenven tussen: Cornelis Jan van Spaendonck een zijde; Peter Peter Reijnen ander zijde en een einde; die gemeijn straat ander einde.
      Toegevoegd: Traditur Corneliae viduae Cornelii Cornelis Daniels en kinderen ex supportatione. (Overgegeven aan Cornelia de weduwe van Cornelis Cornelis Daniels en kinderen uit overdracht.)
      In margine: Vacat ex consensu Corneliae viduae infrascriptae (vervallen met goedvinden van Cornelia bovengeschreven).
      Te mogen lossen met 50 karolus gulden van 20 stuivers samen met de jaarcijns en achterstel, met Sint Jansmis tevoren op te zeggen.

      Tilburg, 17-1-1548:
      Aerdt, zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker, verkoopt aan Cornelia, de weduwe van Cornelis Cornelis Daniëls, haar te tochten en haar wettige kinderen door wijlen Cornelis Cornelis Daniëls uit haar verwekt ten erve, met afgaan en vertijen een jaarlijkse en erfelijke cijns van 60 stuivers, te betalen elk jaar met lichtmis uit een huis, hof en erfenis daaraan liggende, groot ca 2 lopensaet, gelegen in de parochie van Tilburg aan het Creijenven.

      Op 25 juni 1549 was sprake van een belending aan de "erfenis van Aerdt zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker".

    ×   Marija Daniel Cornelis Hermansdr .

      Op 6 nov. 1558 was sprake van "Adriaen zoon van
      wijlen Daniël Cornelis Hermans als toeziener van Goessen en Jan, gebroeders, en Jenneke, hun zuster,
      onmondige kinderen van wijlen Aerdt en Marie voornoemd’.

      Tilburg, 25 mei 1549:
      Aerdt, zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker, als man van Marija, dochter van Daniël, zoon van wijlen Cornelis Hermans, heeft wettelijk en erfelijk vertegen ten behoeve van Jan zoon van wijlen Wouter Gherits op alle naarderschappen en recht als hij zei gedaan te hebben en wat hem toebehoort in een half mud rogge jaarlijke en erfelijke pacht, welk half mud rogge eertijds Wouter zoon en Peter zijn dochter als schuldenaars geloofd en gevest hadden aan Huijbrecht zoon van wijlen Jan sBonten, te betalen elk jaar erfelijks op Onze Lieve Vrouwedag Lichtmis, uit en van een huis en hove met zijn gronden en toebehoren gelegen in de parochie van Tilburg in een plaats genaamd die Heijdsijde nabij de lijcwech.
      Welk half mud rogge erfpacht voors. Daniël zoon van wijlen Cornelis Hermans verkocht en gevest heeft gehad aan Jan zoon van wijlen Wouter Gherits zoals blijkt uit brieven van Tilburg.
      Hij heeft dit overgegeven en afgegaan samen met de schepenbrieven voors. en meer andere schepenbrieven, die daarvan gewag maken, en met al het recht, dat hem enigszins daarin toebehoort, op de wijze zoals gewoonlijk is, belovende super se et bona sua etc. dit vertijen, overgeven en afgaan altijd vast en stendig te houden en nooit meer naar het voors. half mud rogge erfpacht te talen noch te doen talen etc. en alle kommer en calangies van zijnentwege daarop komende allemaal af te doen.

      Tilburg, 20 nov. 1550:
      Aerdt, zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker, als man van Marie, dochter van Daniël, zoon van wijlen Cornelis Hermans, heeft geboden zijn blijkende penningen, die hij zeide zijn eigenste te zijn, te weten Godspenning, wijnkoop, briefgeld en hoofdpenningen om met recht van naarderschap te lossen en te kwijten een huis, hof met de grond en erfenis daaraan liggende en daartoe behorende, dat de voornoemde Daniël, zoon van wijlen Cornelis Hermans, verkocht had aan Willem, zoon van wijlen Jan Aben, gelegen in de parochie van Tilburg ter plaatse genaamd die Heijdsijde buiten de Dreijboem aldaar tussen: erfenis van Guldeke en Ariaenke, gezusters, dochters van wijlen Jan Mathijs Oeijen uit zijn 2e huwelijk een zijde die gemeijnt van Tilburg ander zijde en een einde erfenis van Marcelis Haermans ander einde, zoals blijkt uit brieven van Tilburg.
      Aerdt voors. heeft voorts geboden in de naam als voor en heeft geloofd daartoe te doen, al hetgeen een naarderman of naarder persoon daartoe van rechtswege schuldig is te doen al de tijd als hij het van rechtswege schuldig zal zijn te doen, zonder arglist.

      Tilburg, 6 nov. 1588:
      Marie, weduwe van wijlen Aerdt Goessens inden Acker, dochter van wijlen Daniël Cornelis Hermans, cum tutore (met haar voogd) etc., legitime et hereditarie supportavit (heeft wettelijk en erfelijk overgegeven) aan haar wettige kinderen door de voors wijlen Aerdt uit haar verwekt, simul cum dictis litteris et jure (samen met de genoemde brieven en het recht) etc, het vruchtgebruik en al het recht dat ze had en bezat in een grond en erfenis gelegen in de parochie van Tilborch ter plaatse genaamd die Heijdsijde buiten den Dreijboom, aldaar tussen: erfenis van Guldeke en Ariaenke, gezusters, dochters van wijlen Jan Mathijs Oeijen uit het tweede huwelijk een zijde
      de gemeijnt van Tilborch ander zijde en een einde erfenis van Marcelis Haermans ander einde.
      Welke grond en erfenis voors met een huis daar toentertijd opstaande de voornoemde Aerdt zoon van wijlen Goessen Laureijs inden Acker als man en momber van Marie suae uxoris (zijn huisvrouw) ook voornoemd toen hij leefde verkregen had met het recht van naarderschap van Willem zoon van wijlen Jan Aben, wat Willem voors gekocht en verkregen had van Daniël zoon van wijlen Cornelis Hermans, pro ut in literis de Tilborch (zoals in brieven van Tilborch [staat]), promittens cum tutore prescripto (belovende met haar voornoemde momber) dit overgeven, opdragen, afgaan en vertijen voors altijd vast en stendig etc en vanwege vruchtgebruik daarop nooit meer aanspraak te maken etc en alle kommer en calangies van harentwege af etc.

    3 kind(eren)


  5. Adriaen Goessen in den Acker .

      Ariaen, Aert, Ghijsbrecht en Arijken, kinderen van wijlen Goessen inden Acker en van Heijlwich voors., met Gherit Vranck Lemmens, hun zwager, comp. op 28-1-1540 en hebben toegestaan dat Heijlwich, hun moeder, haar leven lang haar tocht zal hebben in het erfdeel.

      Heijlwich, weduwe van Goessen inden Acker, heeft op 21-11-1541 overgegeven aan Adriaen, haar zoon verwekt door wijlen Goessen haar man, en dat tot Adriaens portie en kinds deel en niet meer alle tocht en recht van tochtenwege, dat ze bezat na de dood van haar man in alle havelijke erfelijke goederen.
      Adriaen, zoon van wijlen Goessen inden Acker, heeft wettelijk en erfelijk verkocht en overgegeven aan Aert, zoon van wijlen Goessen en Heijlwichs voors., zijn broer, zijn versterf, recht en deel, wat hem toebehoorde in alle havelijke en erfelijke goederen, hem verstorven van wijlen Goessen, zijn vader, en wat hem nog versterven zal van Heijlwich, weduwe van Goessen voors., zijn moeder.
      Aert voors. en heeft toegestaan als schuldenaar en heeft geloofd aan Heijlwich, zijn moeder, dat ze rastelijk en vredelijk zal blijven bezitten haar leven lang tocht en gebruik de helft van het versterf en de havelijke en erfelijke goederen hem heden door Adriaen zijn broer verkocht, niettegenstaande, dat zij haar tocht hierin overgegeven had.
      Aert voors. heeft beloofd op al zijn goederen hebbende en verkrijgende aan Adriaen voors. zijn broer te betalen de som van 92½ karolus gulden van 20 stuivers, de enen helft te betalen op lichtmis a.s. en de ander helft de 1e lichtmis na de dood van Heijlwich, weduwe van Goessen inden Acker, zijn moeder.

    ×   Heijlwich Pauwelss .
        Dochter van Pauwels Peterss en Oeijke .
      Heijlwich was wed.we van Henrick sBeeren met wie zij kinderen had.

      Heijlwich tr.
      1. Henrick sBeeren;
      2. Arijaen Goessen vanden Acker.

      Heijlwich, de weduwe van Henrick Jacop sBeren, met Adriaen, zoon van wijlen Goessen inden Acker, haar huidige man, draagt over aan Peter en Cornelis, gebroeders, en Heeske hun zuster, kinderen van wijlen Henrick Jacop
      sBeren en Heijlwich voors., en aan Denijs Jan van Schie, als man van Willem[ke], dochter van wijlen Henrick en van Heijlwich voors., haar tocht en recht van tochtenwege, wat ze bezat na de dood van Henrick haar man
      in een huis, hof met grond en erf daaraan liggende gelegen te Tilburg in die Heijdsijde tussen: Marten Pauwels Deckers een zijde; Heijlwich voors., wat ze alsnog in tocht zal blijven bezitten, hier tegen gedeeld ander zijde; Marcelis Haermans een einde; die gemeijnt van Tilburg ander einde.
      Nog in een stuk land gelegen als voor tussen: Marten Pauwels Deckers, zuidwaarts een zijde; Heijlwich voors, dat ze in tocht zal blijven bezitten, hier afgedeeld, noordwaarts ander zijde; Marcelis Haermans beide einden.
      Nog in een stuk land gelegen als voor tusssen: Marcelis Haermans, noordwaarts een zijde; Heijlwich voors, dat ze in tocht zal blijven bezitten, hier afgedeeld, zuidwaarts ander zijde; Henrick van Diest een einde; Corneliske de weduwe van Ariaen Loers ander einde.
      Nog in een stuk land, gelegen als voor, tussen: Herman Peter Ghijben, noordwaarts een zijde; Heijlwich voors., dat ze in tocht zal blijven bezitten en hier afgedeeld, zuidwaarts ander zijde; Marcelis Haermans een einde; die gemeijnt van Tilburg ander einde.


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.