Willem Herberen , *Leerbroek ±1440 , † Leerbroek <1485.
Zoon van ? .



× Leerbroek ±1463
    Aeff ("Aeff Willem Herberens weduwe") , † <1505.
Kinderen:
  1. Jan Willemss .

      Mogelijk was níet Jan een zoon, maar een SCHOONzoon van Willem Herberen en Aeff.

      Gorkum, 7-10-1504: Scepenen Thonis meyster VII octobrij.
      Dat Louwens Ghijsbertss draecht op als recht is Jan Willemss, alle alsulke goederen als hem als vocht ende man van Jacop Willems dochter sijn geechte wijff, aengecomen ende bestorven mogen sijn bij dode Willem Herberens ende Aeff Willems vrs. wijff was ende verteech dair op als recht is tot behoeff Jans vrs. ende geloefde hem dat te waren van alle commer die van sijnder wegen dair op comen mach.

      Gorkum, 3-2-1488:
      Aernt, Aeff Willem Herberens weduwe, Jan Willems ende Marie Willems dochter, hoir kijnderen, draechen op Aernt Willems VI scilden, XIIII stuver voir den scildt, sjairs, erflic ende ewelic, jairlicx op datum sbrieffs te betalen ende te nemen op die helft van seven mergen ende twee hont lants ende voirt op die tweedeel vande ander helft, onderdeilt mit Willem Willems, gelegen in Middelcoop, tusschen Peter Geryts erfgenamen ex uno ende Jan Vastrits erfgenamen ex altro, streckende van den Hubertscher wetering ten Leerbroexen lande toe ende voirt op alder goederen die sij hebben gelegen inden scependom van Gorinchem ende vertegen ende geloven dat te waren etc., mit voirwairden dat sij dit voirs. jaergelt lossen mogen teynden vier jair naestcomende binnen vier jair dair nae, elke penninc mit XI ende mitter voller pacht.


  2. Marie Willemsdr (Maij Willemsdr) .

      Vorkum, 3-2-1488:
      Aernt, Aeff Willem Herberens weduwe, Jan Willems ende Marie Willems dochter, hoir kijnderen, draechen op Aernt Willems VI scilden, XIIII stuver voir den scildt, sjairs, erflic ende ewelic, jairlicx op datum sbrieffs te betalen ende te nemen op die helft van seven mergen ende twee hont lants ende voirt op die tweedeel vande ander helft, onderdeilt mit Willem Willems, gelegen in Middelcoop, tusschen Peter Geryts erfgenamen ex uno ende Jan Vastrits erfgenamen ex altro, streckende van den Hubertscher wetering ten Leerbroexen lande toe ende voirt op alder goederen die sij hebben gelegen inden scependom van Gorinchem, enz.

    ×   Floris Henrixs .

      Gorkum, 10-6-1505: Scepenen Merten Aelbert datum X juni.
      Dat Floris Henrixs als voecht van Maij Willems dochter, sijn geechte wijff ende Jan Willemss voir hem selven ex uno ende Ghertuit Willemss weduwe, Willem Willemss, Herberen Willemss ende Willem Willemss als voocht van sinen onmondige broeder ende suster ex altero, ghekennen ende liden dat sij gescift, geloet ende gedeelt hebben alsulke goederen als hem aengecomen ende bestorven mogen sijn van Willem Herberss ende Aeff sijn huisvrou, gelegen inden Scependom van Gorinchem in manieren ende vorwerden hierna bescreven.
      Inden den ersten dat Floris Henrixcs hebben ende behouden sal 1½ mergen lants gelegen in Middelcoop in Willem Willemss huisweer vrij, behoudelick dat Floris daer van dien in gerecht is, dat sal men hem mit gelde opleggen.
      Item Jan Willemss sal hebben ende behouden eenen brieff van IIII½ mergen lans gelegen op Lerbroeck, in alre manieren alsoe den brieff die Peter Harmanss dairaff gegheven heft van den datum MCCCC ende LXXVII [1477] dat uutwijst ende begrijpt, behoudelick dat hij dair uutreyken sal Willem Willemss weduwe mit haire kinderen X hont lants aen een campken up hem selven nae inhout der selver briefs, behoudelik dat die vrs. X hont lants hairen uutganck ende inganck hebben ende behouden sullen over die vrs. IIII½ mergen lants buyten Jans vrs. scaeij. Noch sal Jan vrs. hebben XXIX scilden aen reden gelden, die Willem Janss vrs. heft.
      Item Ghertut Willemss weduwe, Willem Willemss, Herberen Willemss ende Willem Willemss, als vocht van sinen unmundige broederen ende susteren, sullen tesamen hebben ende behouden andere goederen, rurende ende unrurende, sculden ende onsculden, als Willem Herberss ende Aeff, Willems huisvrou, hadden ende besaten in t laeste van Willems ende Aeff vrs. [leven], Ende hier na in gespesijgert en s[...??], hiermede vertegen sij die een van den anderen als recht is ende geloeffen hem dat te waren als recht is.
      Ende Willem Willemss ende Gherit Ottenss geloven die onmondige kinderen te doen verteren tot hairen mundigen dagen.


  3. Harbaren Willemsz , * ±1465 .

    1 kind(eren)


  4. Willem Willemsz (Willem Willem Herberensz) , *Leerbroek ±1467 , † <1505 .

      Op 8-3-1495 was in Gorkum sprake van
      "Dat vonnis vanden aenvanc tusschen Aeff Willem Herberenss ende Willem hoiren zoen".

      Gorkum, 6-4-1495:
      Dat Aeff Willem Herberens weduwe aengevangen heeft tegen Henric Dircs die helft van Willem Herberens after gelaten goederen ende Willem Willems sijn kijntsdeel in die selver goederen etc.

    ×   Gheertruijt Gheritsdr (Geertruijdt Gerit Ottendr) , * ±1460 , † <6-1540.
        Dochter van Geryt Ottenzn (Gherit Ottens) en NN. Peter Henricxsendr .

      Geertruijdt Gerit Ottenz.dr = Ghertruit Willemss weduwe.

      Uit de boedel van haar vader erft ze 200 scilden.

      Ze huwt 1e met Willem Willemsen.
      Op 10-6-1505 krijgt Gheertruit uit de nalatenschap van de ouders van Willem Willemsen (nl. Willem Herberen en Aeff) 10 hond land en 4½ mergen en alle schulden en onschulden. Willem Willemsen overlijdt voor 7-12-1504; want bij de boedelverdeling krijgt Gheertruit de helft van een huis en hofstad met 10 mergen in Nulant, de helft van 4½ mergen land in Middelkoop en de helft van 1½ mergen in Leerbroek. De kinderen uit dit huwelijk krijgen de andere helft.

      Geertruyt huwt 2e voor 1511 met Heynrick de Groot Janssen (Heijnrick die Groot Jansz). De zoons van Willem Ottensen hebben veel te maken met deze Heynrick. Op 11-6-1525 hadden zij land naast Adriaen Willemsen den Hartoch in Lang Nulant.
      Heynrick overlijdt ná 1540. Hij en Geertruyt blijken dan te wonen in het Leecheijndt van Middelkoop.

      Middelkoop, 7-12-1504:
      Ghertruijt Willem Willemsz’ wed. en Willem Willemsz, Harberen Willemsz en Gherit Ottensz, als voogd van Barbera Willemsdr, Thonis Willemsz, Ariaen Willemsz, Jan Willemsz, Marij Willemsdr en Willem Willemsz, Willem Willemsz’ onmondige kinderen, verklaren dat zij de goederen gedeeld hebben die Willem Willemsz en Ghertruijt Willemsdr samen bezaten in ‘t laatst van Willems leven. Ghertruijt behoudt huis en hofstad en 10 mg waarvan 4 mg in Nuland, 4½ mg in Middelkoop en 1½ mg in Leerbroek, onverdeeld met voornoemde kinderen, alle gerede goederen, schulden en onschulden. Zij zal Willem Willemsz en Harberen Willemsz elk 11½ schild 1 st. uitreiken voor hun deel van de gerede goederen binnen het jaar nadat een van hen van hun moeder scheidt etc.

      Kinderen uit het eerste huwelijk:
      a. Willem Willemsen, mondig in 1504.
      b. Harberen Willems, mondig in 1504.
      c. Jan Willemsen, onmondig in 1504.
      d. Anthonia Willemsdr., onmondig in 1504. Ze huwt met Jan Aertsen uit Heycoop.
      e. Mary Willemsdr., onmondig in 1504. Ze huwt met Bruynen Pelgrims.
      f. Willemken Willemsdr., onmondig in 1504. Ze huwt met Willem Vredericxsen.
      g. Adriana Willemsdr., onmondig in 1504. Ze huwt met Adriaen Anthonissen.
      h. Barbera Willem Willemsdr., onmondig in 1504. Ze is overleden voor 21-5-1540 en was gehuwd met Scalck Ottens. Kinderen uit dit huwelijk: Lijsbet, Willem en Ot.

      Kinderen uit het tweede huwelijk:
      i. Cornelis die Groot Heynricxsen, alias ’t Kint. Zijn beroep is waard, wonende aan de Huel in Middelkoop. Geboren ca. 1511, volgens een akte van 17-9-1571.
      j. Jan die Groot Heynricxsen.

      In Middelkoop op 11-6-1525 comp.
      - Heijnrick die Groot Jansz, gehuwd met Geertruijdt Gerit Ottenz.dr, wed. Willem Willemsz., ter eenre, en
      - Herberen Willemsz, Jan Willemsz, Marij Willem Willemsz.dr en Willem Willemsdr en Heijnrick mede vanwege Adriana Willem Willemsz.dr.
      Zij hebben de goederen gedeeld die Willem Willemsz heeft nagelaten en samen met Geertruijdt Gerit Ottenz.dr bezat. Heijnrick zal alleen het huisweer hebben. [..]
      Vervolgens dragen Heijnrick die Groot Jansz, Jan Willemsz, Marij Willem Willemsz.dr en Willem Willemsdr aan Herberen Willemsz elkhun aandeel over in 2 mg in twee kampen in Lang-Nuland, onverdeeld met de kerk in Lang-Nuland, west Adriaen Willemsz den Hartoch in Utrecht, oost Vinck Goevertsz’ erfgenamen.

      Middelkoop, 13-11-1525:
      Herberen Willemsz, mede voor broer Willem Willemsz, draagt Heijnrick die Groot Jansz alle goederen over die hen zijn aangekomen na het overlijden van hun vader Willem Willemsz.

      Middelkoop, 17-3-1529:
      Adriaen Anthoenisz van Woudrichem en Anthonia Willemsdr, zijn huisvrouw, dragen Heijnrick die Groot Jansz alle goederen over, hen aangekomen na het overlijden van haar vader Willem Willemsz.

      In Middelkoop op 21-5-1540 comp.
      - Heijnrick die Groot Jansz, wedr Geertruijdt Gherit Ottendr, ter eenre, en
      - Herberen Willemsz, Jan Willemsz, Cornelis die Groot Heijnricxsz, Jan die Groot Heijnricxsz, Jan Aertsz, gehuwd met Anthonia Willemsdr, Bruijn Pelgrumsz, gehuwd met Marij Willemsdr, Willem Vredericxsz, gehuwd met Willemke Willemsdr, Cornelis die Groot Heijnricxsz mede vanwege zijn broer Willem Willemsz en Heijnrick die Groot vanwege Adriaen Anthoenisz, gehuwd met Adriana Willemsz, Scalck Otten als voogd van Lijsbeth, Willem en Ot, zijn onmondige kinderen bij Barbara Willem Willemsdr, zijn overleden huisvrouw, allen erfgenamen van Geertruijdt Gerit Ottendr, hun moeder.
      Zij hebben een huis en hofstad met een weer van 7 mg op Laageind, waar Heijnrick die Groot tijdens het leven van Geertruijdt woonde, gedeeld. Heijnrick die Groot behoudt huis en hofstad met twee kampen land daaraan op Laageind, groot 3 mg 4 hond, strekkend van het Leerbroekse land tot de middelwetering. De erfgenamen krijgen 3½ mg 1 hond in het huisweer van Heijnrick die Groot op Laageind, strekkend van de middelwetering tot de Hubertse wetering.
      Overl. tussen 10-6-1505 en 21-5-1540.

    8 kind(eren)


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.