Oede Lenaertsdr
, † ±1621.
Dochter van
?
.
De weduw. Oede Leenderts was op 1-7-1611 in Delft betrokken bij een verkoop. Op 24-12-1620 ald. trad zij op als borg.
Belening met 4 morgen land in de Hoeve van Warmond (in 1431 in de Vrijenban, in 1510 in Ruiven) op
26-2-1607: Jan Crijnsz. van Dijck bij dode van zijn vader Crijn Jansz. van Dijck;
1-7-1608: Oede Lenaertsdochter, weduwe van Crijn Jans van Dijck te Ackersdijck, hulde door
haar zoon Pieter Crijnsz. van Dijck, na overdracht door haar zoon Jan Crijnsz. van Dijck;
30-5-1610: Pieter Quirijnsz. van Dijck na overdracht door Jan Wormbrechtsz., neef, en namens zijn moeder Oede Lenaertsdochter;
7-8-1645: Quirijn Pietersz. van Dijck bij dode van zijn vader Pieter Quirijnsz. van Dijck.
Schiedam, d.d. 25-05-1608:
T.v.v. Oede Lenerstdr., weduwe en boedelhoudster van za. Crijn Jansz. van Dijck wonende op Ackersdijk, hebben Jacob Vasz., oud ca. 68 jr., en Maartgen Cornelisdr., zijn huisvrouw oud ca. 58 j., verklaard waarachtig te zijn t gunt volgt te weten eerst Jacob Vasz. dat hij geleden omtrent 48 jr gewoond heeft als bouwknecht ten huize van Hillebrand Matheusz. in zijn leven schout van de Hogenban is geweest en dat er te zelfder tijde de waal gelegen aan de westzijde van de boomgaard genaamd de Doel bij de voorsz. Hillebrand Matheusz. vredig en zonder iemand tegenzeggen gebruikt, gepossideerd in het midden van dien palen gesmeten eendennesten gesteld werden in voegen dat hij deposant te dien tijd of ook daarna anders niet geweten of gehoord heeft of dezelfde wal was aan de voorsz. woning behorend en de voorsz. Maartgen Cornelisdr. verklaart in haar jonkheid de tijd van ca. 12 jaar garen spinnen te hebben op een lijnbaan responderende aan het noordeinde van de voorsz. waal en overzulks insgelijks goede kennisse en wetenschappen te hebben dat niemand de voorsz. waal als eigen toebehorende gebruikter dan degene die op de voorsz. woning van Doelen wonende was.
×
Quirijn Jansz (Crijn Jansz) van Dijck
, † <3-1607.
Kinderen:
-
Pieter Quirijnsz (Pieter Crijnsz) van Dijck
, † <9-1645 .
Pieter Crijnsz. van Dijck, j.m. won. Ackersdijck, tr. op 14-10-1609 in Delft met Marritgen Arents Touwen, j.d. won. Delfgauw.
Pieter had i.e.g. een zoon Quirijn.
Schout Pieter Crijnsz. van Dijck tradt op als getuige op 26-1-1624 en op 19-4-1640.
Belening met 4 morgen land in de Hoeve van Warmond (in 1431 in de Vrijenban) op
26-2-1607: Jan Crijnsz. van Dijck bij dode van zijn vader Crijn Jansz. van Dijck;
1-7-1608: Oede Lenaertsdochter, weduwe van Crijn Jans van Dijck te Ackersdijck, hulde door
haar zoon Pieter Crijnsz. van Dijck, na overdracht door haar zoon Jan Crijnsz. van Dijck;
30-5-1610: Pieter Quirijnsz. van Dijck na overdracht door Jan Wormbrechtsz., neef, en namens zijn moeder Oede Lenaertsdochter;
7-8-1645: Quirijn Pietersz. van Dijck bij dode van zijn vader Pieter Quirijnsz. van Dijck.
×
Delft 14-10-1609
Marritgen Arents Touwen
, * ±1585
.
Arent Dirxz. Touw had op 25-9-1612 in Delft een schuld bij Joris Adriaensz., waarbij ook Pieter Crijnsz. van Dijck wordt vermeld.
1 kind(eren)
-
Jan Quirijnsz (Jan Crijnsz) van Dijck
.
Bij dode van zijn vader Crijn Jansz. van Dijck werd Jan Crijnsz. van Dijck op 26-2-1607 beleend met 4 morgen land in de hoeve van Warmond (in 1510 in Ruiven). Jan droeg dit op 1-7-1608 op aan zijn moeder voor zijn broer Pieter Crijnsz. van Dijck.
Jan Quirijnsz. van Dijck, schout van Ackersdijck, liet op 2-9-1608 in Delft een testament opmaken en opnieuw aldaar op 3-5-1609.
-
Jannitge Crijnen van Dijck
.
×
Pieter Jansz
.
-
Neeltgen Crijnen van Dijck
.
Neeltgen Crijnen van Dijck huwt Jan Hendricx. in Pernis.
×
Jan Hendricx
.
-
Maria Crijnen van Dijck
, * ±1581
, † ±1652 .
×
<1635
Cornelis Hendricksz Vrijlant
, * ±1581
, † Pernis <7-1641.
5 kind(eren)