Marinus
.
Zoon van
?
.
Afb. Watou in Vlaanderen had een kasteel tot in 1793, toen het afbrandde.
Marinus woonde in Vlaanderen in Watuwe - ook Watou genoemd. Aanvankelijk was het een heerlijkheid, maar in 1629 werd het tot graafschap verheven. Watou ligt vlakbij de huidige Franse grens in de omgeving van Poperingen.
Vanaf het midden van de 16de eeuw maakte Watou, overgeleverd aan de beeldenstorm, beroerde tijden door. Brand, plunderingen en verwoestingen volgden elkaar op.
Op het eiland De Hoeksche Waard waren er in in de 17e eeuw - naast enige afzonderlijke figuren zoals de in 1560 in Gent geboren predikant Lieven Jansz. de Raedt, die in 1603 te Westmaas was beroepen- 2 familiegroepen De Raet te onderscheiden. De eerste groep wordt gevormd door in die Waard terecht gekomen afstammelingen van de rond 1500 geboren gezeten Rhoonse boer Pieter Jansz. de Raedt. Daarnaast was er de groep die stamt van de rond 1541 in Watuwe - het huidige Watou in West-Vlaanderen- geboren kleermaker Moysis Marinisz., die in of rond 1576 - ongetwijfeld ten gevolge van de hevige in Vlaanderen woedende godsdiensttroebelen onder het Spaanse juk- in het havenplaatsje Puttershoek neerstreek en wiens nakomelingen onder de naam de Raet (de Raed, Raedt etc.) aldaar tot in de jaren 1670 leefden.
Kinderen:
-
Jan Marinisz
.
De stedehouder en heemraden van Puttershoek lieten op 21 mei 1596 een bewijs van goed gedrag op schrift stellen over hun dorpsgenoot Jan Maerinisz.
Te Leiden werd op 18 juni 1590 een Jan
de Raet ’van Waetoe in Vlaenderen’ poorter, alwaar hij in 1596 nog als meester (wol) kammer is vermeld3. Het is niet duidelijk of hij identiek was met de in 1596 te Puttershoek genoemde. Jan Maerinisz. (de Raet), die daar toen niet perse meer gewoond moet hebben. De Leidse poorter Jan de Raet zou eventueel de vader kunnen zijn geweest van de in de bijlage genoemde kinderschaar de Raet te Leiden.
-
Moijsis Marinisz (Moijsis Marinisz Kleermaecker)
, *Watou, Vlaanderen, België ±1541
, † <1627 .
×
Lijsbeth
, † >1626.
2 kind(eren)