Maritgen Jan Herbertsdr (Marichje Jans) , † 8-1-1626.
Dochter van Jan Herbertsz ( Oudejan) en Grietje .



×
    Jacob Danckertsz , * ±1550 , † Lekkerkerk >1625.
Kinderen:
  1. Meijnsje Jacobse .

    × ±1580   Cornelis Jan Eerlantsz , † >1645.

    2 kind(eren)


  2. Jannetgen Jacobs .

      Rotterdam, 22-9-1618:
      - Gerrit Meeus, won. Leckerkerck, geassisteerd door Adriaen Jacobsz Cappetein, zijn stiefvader, won. Leckerkerck, sluiten een contract van huw. voorwaarden met
      - Janneken Jacobsdr., won. Crimpen, geassisteerd door Jacob Danckerts, haar vader, won. Crimpen.
      Gepasseerd ten huize van Claes Maertensz, waert in het Goude Laecken op de Marckt.

      Gerrit Bartholomeuse en de 2 zonen van zijn schoonzus Meijnsje Jacobse verdeelden op 4-11-1640 een erfenis.

      Rotterdam, 5 mei 1672:
      Jannetge Jacobs, weduwe van Victor Jan Egbertsz, wonende in het boveneinde van Lekkerkerk, laat haar testament opstellen, waarbij nadrukkelijk het oude testament van 10 februari 1665, opgemaakt met haar man bij de inmiddels overleden notaris Jacob Adriaensz Schildtman (Schiltman) in Lekkerkerk, ongeldig verklaard wordt.
      Er zijn enkele legaten voor de armen van Lekkerkerk en Krimpen aan de Lek.
      Voorts zijn er prelegaten voor:
      - Meijnsje Jans, de nagelaten dochter van Jan Cornelis Neerlandt de jonge, uit Vlaardingen, zoon van Meijnsje Jacobs, haar overleden zuster. Het gaat hierbij om land en toebehoren, en de inboedel. Van de inboedel moet ze wel het nodige aan haar vier zusters overdragen.
      - De nagelaten kinderen van Jan Cornelisz Neerlandt de oude, ook uit Vlaardingen, krijgen enkele zilveren lepels.
      De erfgenamen zijn:
      - Tien nagelaten kinderen van Jan Cornelisz Neerlandt de oude, zaliger, en
      - Vijf nagelaten kinderen van Jan Cornelisz Neerlandt de jonge, zaliger.
      Met de opmerking dat de weduwen van beide Jan Corneliszen, respectievelijk Trijntge Gerrits en Huijbertge Jans van Westerhout mogen blijven wonen zolang de kinderen nog onder 25 jaar zijn.
      Tot voogden voor de minderjarige kinderen worden benoemd Arij Cornelisz Neerlandt en Gerrit Jansz Neerlandt.
      De akte is opgemaakt in het huis van Jan Barentsz Westerhout, aan de oostzijde van de Oostmolestraet.

      Dordt, 7-3-1673: Overeenkomst tussen Jannigje Jacobs, wed. Pieter Jan Egberts (boveneind LKK), en Meijnsje Jans; Meijnsje Jans zal Jannigje Jacobs verzorgen en krijgt daarvoor alle goederen van Jannigje, inclusief het huis, dat Meijnsje van Jannigje huurt.

      In Dordt op 7-3-1673 test. Jannigje Jacobs, wed. van Pieter Jan Egberts (boveneind van LKK); zij legateert aan de 10 kk. van Jan Cornelisz Eerland de oude samen 3000 gld. en ook aan de 5 kk. van Jan Cornelisz Eerland de jonge samen 3000 gld.; haar enig erfgenaam is Meijnsje Jans, dr. van Jan Cornelisz Eerland de jonge+; voogden zijn Arie Cornelisz Eerland en Gerrit Jans Eerland.

      Dordt, 16-11-1679: Bouwen Centen (Kr/L), 61jr., en Huig Jans (Kr/L), 71jr., get. tvv Joost Jacobs Tom (LKK), dat Jacob Danckertsz x Marrigje Jans in KRL gewoond hebben en dat Jacob Danckertsz na de dood van zijn vrouw naar LLK is vertrokken en daar ten huize van zijn dochter [Jannigje] is overleden.

      Op 2 oct. 1679 (in Kr/L) compareerde Gerrit Tonisse, out omtrent 76 jaar ende Marija Luijten, wed. van sal. Cornelis Pieterse Groen, in sijn leven Hoogdijck Heemraet, out 62 jaaren, onse inwoonders. Welcke verclaarde bij ware woorden, in plaatse van solemneele eede, ter requisitie van Jan Pieterse de Zeeuw, ende Mees Foppen, hoe waar is, dat sij deposanten van Jacob Dancken en sijn huijsvrouw Maartie Jans, de welcke in haar leven hebben gewoont binnen dese ambacht. In seecker huijs, daar naderhandt den persoon van Gijdion den Wever heeft in gewoont, ende dat Maartie Jans int selve huijs is overleden.
      Ende naar dat die overleden was, is Jacob Dancker van Crimpen metter woon van daer getrocken naar Leckerkerck, bij sijn als doen eenige dochter genaamt Jannetje Jacobs. Alwaar hij soo lange bij heeft gewoont, tot dat hij bij deselve in haar huijs is gestorven. Voorts verclaarde sij deposanten, dat Mensgen Jans, de tegenwoordige huijsvrouw van Joost Jacobse Tom, naar dat hij eenige jaaren bij de voorn. Jannetje Jacobs hadde gewoont, met den gemelte Joost Jacobse Tom is getrout, en dat als doen Joost Jacobse Tom, mede bij de voorn. Jannetje Jacobs in huijs metter woon is gecomen, ende over sulcx, dat de voorn. Joost Jacobse Tom, met sijne huijsvrouw Meijnsgen Jans bij de gemelte Jannetje Jacobs soo lange sij getrout sijn geweest, hebben gewoont, tot dat Jannetje Jacobs nu in den winter aldaar is overleden. Verclaarde wijders, noijt gehoort te hebben van scheijdinge, gedaan van de boedels, soo van Maartie Jans, als Jacob Danckers, off tusschen de kinderen van Meijnsgen Jacobs en Jannetje Jans.
      Laatstelijck verclaarde sij deposanten dat Jacob Danckers, doen hij hier nogh woonde, een van de rijckste was, die doen hier woonde, dogh dat sijne rijckdom meest bestondt in obligatien, contracten en uijtgesetten penn.
      Janneken Jacobsdr. uit Krimpen a/d Lek is kinderloos overleden.

    ×   Gerrit Bartholomeuse (Gerrit Meeusz) , † ±1643.
        Zoon van Meeus Gorisz en ?
      Otr. op 22-9-1618 in Rotterdam.
      Get. bij het huwelijk: Herbert Jansz en Jacob Danckertsz .

      Huw. voorw. 22-9-1618 in R’dam. Geen kinderen.

      Gerrit Meeusz., boer te Lekkerkerk, overl. kort vóór 7-3-1644.

      R’dam, 18 en 22 sept. 1618: HV.
      Gerrit Meesz x Jannigje Jacobs; hij met zijn stiefvader Arie Jacobs Capiteijn (LKK), zij met haar vader Jacob Danckerts (Kr/L) en haar oom Herbert Jans (Kr/L).

      Rotterdam, 29-3-1629:
      Gerrit Meesz en zijn vrouw Janneken Jacobsdr. te Leckerkerck benoemen elkaar over en weer tot algeheel erfgenaam, met legaten aan zijn neef en nichten Mees Gorisz te Leckerkerck, Geertgen Gorisdr te Leckerkerck, Hillegont Gorisdr te Leckerkerck, en sluit van zijn erfenis uit, zijn broer en vader van bovengenoemde Goris Meesz. te Leckerkerck.

      Op huijden 4 nov. 1640 [in Krimpen a/d Lek] soo heeft Gerrit Bartholomeuse als man ende voocht van Jannetgen Jacobsd., wonende tot Leckerkerck ter eenre.
      Jan Cornelisse Eerlant ende Jan Cornelisse Jonge Jan sijn broeder, beijde ende elcx apart, wonende alhier, gemaeckt een euwigdurende ende onwederroepelijcke gront cavelinghe.
      Gerrit Bartholomeus sijn lodt is gevallen int Smalweer met een hont 75 roeden, gemeen ende onverdeelt met Pieter Jacobse c.s. ten oosten de Steenepijp, t.w. de Oosterse Buijrgraaff. Item inde Steenepijp met drie hont oock gemeen met voorn. Pieter Jacobse c.s. t.o. Arien Ariense, t.w. Arien Jasperseweer. Noch is voorn. Gerrit gevallen int Jacob Bouwense weer met een hont 3 roeden 8 voet t.o. naest Huijch Cornelis Janse weer, t.w. Arie Jan Cornelisse weer.
      Jan Cornelisse Eerlant met sijn broeder sijn gevallen met hun Lodt int Jacob Danckense weer, met een mergen een hont 50 roede lant, mitsgaders int huijs ende erve, t.w. belendt Adriaen Luijtense, t.o.
      den Pillaert.
      Aldus sijn dese kavelaers met alle vrintschap ende minne met malcander veraccordeert.

    × <3-1665   Pieter Jan Egbertsz , † <6-1672.
        Zoon van Jan Egbertsz en Marrigje Willems .

      Pieter Jan Egberts huwt Jannigje Jacobs (KRL).
      Soms wordt hij ’Victor Jan Egbertsz’ genoemd.
      Kinderloos overl. tussen 10 feb. 1665 en 5 mei 1672.

      DDT, 20/9/75: Jacob Gorisz (LKK) stelt zich borg voor zijn broer Simon Gorisz (BLG) voor diens schuld aan Pieter Jan Egberts van dato 19/5/63 of nu aan diens weduwe.


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.