Lijntje Geerlofs , *Lopik ±1550 , [] Lopik 12-3-1619.
Dochter van Geerlof Cornelisz en Lijsbet .

Afb. Het dorp Lopik in 1745. De kerk dateert uit 1425.   



×
    Jacob Reijers , † <4-1619.
Kinderen:
  1. Cornelis Jacobsz .


  2. Geerlof Jacobsz Goethart .
    Geerlof Jacobsz trad op als getuige bij de ondertrouw van Floris Cornelis Ariensz (Floris Cornelisz) , de ondertrouw van Cornelis Cornelis Ariensz (Cornelis Cornelisz) .

      Lopik, 9-6-1634:
      Geerloff Jacobsz Goethert, voor hem selven, Jan Jansz Straver, als man ende voocht van Janneken Jacobs sijne huijsvrou, Mr. Cornelis Cornelisz, als vader, ende den voorsz. Geerloff Jacobsz Goethert, als oom ende bloetvoocht van de kinderen van Beertgen Jacobs, ende henl. sterck maeckende voor de selve onmundige weeskinderen van voorn. Beertgen Jacobs, tsamen kinderen en mede erfgenamen van Jacob Reijersz en Lijntgen Geerloffs, transporteerden ten behoeve van Reijer Jacobsz, haerl. broeder ende swager, 8 morgen 1 hont ende 10 roeden lants in Loopick beneden den Damwech, genaemt de Syduwe, strekkende van de heerlijkheid van Cabauw tot de halve landscheiding van Polsbroek, in twee weren elcx van 8 morgen lants, enz., ten oosten van Joost Gijsbert Brenincxs, ten westen belend door Johan Wachtelaer, kanunnik van St. Marie te Utrecht.

      Schoonhoven, 2-11-1647:
      - Cornelis Cornelisz, jm, wonende aan de Vlist, toekomende bruidegom, vergeselschapt met Cornelis Ariensz, zijn vader, Jan Ariensz en Roeloff Luijtten, zijn omen, mitsgaders Jan Eeuwoutsz, zijn neef, ter eenre, en
      - de eerbare Ariaentgen Geerloffs, jd, mede wonende aan de Vlist, aantsaande bruid, geassisteerd met Geerloff Jacobsz Goethardt en Merrichgen Claes, haar vader en moeder, item Reijer Jacobsz, Claes Dircxsz Vlist en Leendert Jacobsz Kaets.
      Hij brengt in:
      - 3 mr 2 h in een weer van 5 mr 2 h, gelegen op de Oostzijde van de Vlist. Naastgeland aan de noordzijde: voorst. Cornelis Arien (doorgehaald: Martensz) zelf; aan de zuidzijde: Willern Cubbe;
      -1000 car.gld. aan geld op mei 1648. Samen met de voorst. 3 mr 2 h begroot op 4000 car.gld.
      - een bede met zijn toebehoren. E.e.a. in voldoening van zijn moeders erfenis. Daarnaast geeft Cornelis Ariensz zijn zoon mee 300 car.gld. ter verbetering van zijn voorst. moeders erfenis.
      Zij brengt in:
      - helft van de hofstede, groot 10 mr 3 h, mitsgaders van de huijsinge, berg enz., gelegen in BenedenHaestrecht, waarvan de wederhelft ten huwelijk is gegeven aan Lijntge Geerloffs, de eerst uitgehuwelijkte dochter van voorst. Geerloff Jacobsz Goethardt.
      Gedaan aan de Vlist ten huize van voorst. Geerloff Jacobsz Goethart.

    × ?   Merrichgen Claes .
      Kinderen: Lijntgen (de oudste) en Ariaentgen.

      Schoonhoven, 26-12-1643:
      - Floris Cornelisz, jm, wonende aan de Vlist, toekomende bruidegom, vergeselschapt met Cornelis Ariensz,
      zijn vader, Jan Ariensz, zijn oom, en Cornelis Dircxsz, zijn neef, ter eenre, en
      - Lijntgen Geerloffs, jd, mede wonende aan de Vlist, aanstaande bruid, geassisteerd met Geerloff Jacobsz Goethardt en Merrichgen Claes, haar vader en moeder, mitsgaders Reijer Jacobsz en Claes Dircxsz Vlist, haar omen, ter andere zijde.
      Hij brengt in 4000 car.gld. aan geld, rentebrieven of obligaties, en een bed met zijn toebehoren, in voldoening van zijn moeders erfenisse.
      Zij brengt in de helft van een hofstede, groot 10 mr 3 h, mitsgaders van de huijsinge, bergh enz., gelegen in
      Beneden Haestrecht. Gedaan ten huize van voorn. Geerloff Jacobsz aan de Vlist.
      Getekend o.a.: bij mij Cornelis Aerentsz Snoeck, Jan Aeriensz Snoeck.

      Merrichgen Claes trad op als getuige bij de ondertrouw van Floris Cornelis Ariensz (Floris Cornelisz) , de ondertrouw van Cornelis Cornelis Ariensz (Cornelis Cornelisz) .

    2 kind(eren)


  3. Jannigje Jacobs (Janneken Jacobs) .
    Janneken Jacobs trad op als getuige bij de doop van Marrigje Reijers (?) .

    ×   Jan Jansz Straver .
      Jan Jansz Straver, als man ende voocht van Janneken Jacobs sijne huijsvrou. Mogelijk hadden zij een zoon Jacobus??

      De oorsprong van de familie Straver zou rond 1400 in Lopik liggen. De naam Straver komt in Lopik in 1584 voor het eerst voor in een waterschapsarchief.

      Wsl. is Jan Jansz Straver een zoon van Jan Gerrits Straver en heeft hij een broer Hendrick Jans en een zus Dirckgen Jans Straver, die op 20-10-1623 in Lopik trouwde met Bart Cornelisz Maker uit Lopikerkapel. In dat geval had Jan Jansz Straver ook nog een broer Cornelis Gerrits Straver (†±1625), gehuwd met Maeijcke Willems. Zie: http://www.wistra.be/genea/straver/indexstraver2.html

      Getrouwd voor de schepenen van Lopik op 20-10-1623: Bart Cornelisz., wedr. van Maeijcken Jansdr., wonende in Cabau, geass. m. Cornelis Jansz., zijn vader, met Dirckgen Jans, j.d. uit Lopick, geass. m. Jan Jansz. Straver, haar broeder.

      Gijsbert Glaudensz. van Homburg, ged. Benschop (geref.) 10-10-1657, tr. Benschop (geref.)
      19-11-1699 DirckjejanseStraver, jd. van Lopik, overl. Benschop (beluid 1-10-1701, begr. 5-10-
      1701).


  4. Beertgen Jacobs .

      Mr. Cornelis Cornelisz, als vader, ende den voorsz. Geerloff Jacobsz Goethert, als oom ende bloetvoocht van de kinderen van Beertgen Jacob.


  5. Reijer Jacobsz ( Goethart) , † >4-1654 .
    Reijer Jacobsz trad op als getuige bij de doop van Adriaantje Ariens Maat , de ondertrouw van Floris Cornelis Ariensz (Floris Cornelisz) , de ondertrouw van Cornelis Cornelis Ariensz (Cornelis Cornelisz) , de doop van Mariken Cornelis (Marrigje Cornelis) .

      Reijer Jacobsz won. in Lopik. Hij was lidmaat van de NH Kerk te Lopik.
      Zijn jongste kinderen gebruikten de achternaam Goedhart.

      Goudriaan, 28-1-1627: Neeltgen Ariens wede van Cornelis Jacobs geass. met Pouwels Ariens haar broeder ter eenre Geerloff Jacobs won. op de Vlist en Reijer Jacobs won. Lopik als bloetvoogden van de weeskinderen Arien Cornelis ca 16 jaar, Jacob Cornelis ca 12 jaar, Marichgen Cornelis ca 8 jaar (Lijntje?).

      Lopik, 1-2-1630: Reijer Jacobsz, wonende in den gerechte van Lopick, als weduwenaer ende boedelheerder van za. Marichgen Aerts, sijne overledene huijsvrou, geassisteert met Geerloff Jacobsz, sijn broeder, Mr. Cornelis Cornelisz ende Jan Jansz, sijne swagers, ter eenre, ende Adriaen Aertsz met Claes Aertsz, als omen ende bloetvoochden van de kinderen van de voorn. Marichgen Aerts bij Reijer Jacobsz verweckt, sijnde selve kinderen 4 int getall met namen Weijntgen Reijers, out 13, Aert Reijersz, oudt 9, Laurens Reijersz, out 7, ende Cornelis Reijersz, out 4 jaren ofte elcx daer omtrent, sijnde de voorn. 2 voochden geassisteert met Daniell Sebastiaensz, der voorsz. kinderen outoom, ter anderen sijde, bekennen met malcanderen opgerecht te hebben een maeckgescheijt belangende der voorn. kinderen moederlicke erffenisse.

      Op 27-5-1654 comp. Cornelis- en Claes Jansz. Stout, Reijnier Jacobsz., getr. met Lijntgen Jans Stout, Adriaen Jans Nomen, getr. met Sijtgen Pleunen, mede namens zijn swagers en schoonsusters Jan Eeuwitsz., getr. met Lijntgen Pleunen, en Aert Willemsz., getr. met Maritgen Pleunen, Cornelis Cornelisz. de Groot, te Ammers Gravelant, getr. met Anneken Dircx, mede namens zijn schoonsuster Niesken Dircx, weduwe van Thonis Aertsz. Corevaer, en Trijntgen Claes, dochter van zalr. Claes Claesz., geass. met haer oom Jan Hendricxz. de Lucht, allen erfgenamen van Jan Sijmonsz. Zij tr. aan Sander Adriaensz. 4 morgen 4 hont land, wesende de westzij van een weer, groot 9 morgen 1 hont, waervan ’t vorder erfpacht is, den Armen van Langerack competerende, wat beneden de wael.

    × <1618   Marrigje Aart Bastiaansdr (Marrigje Aerts) .
        Dochter van Aert Bastiaensz en Wijntje Adriaen Pietersdr (Wijntje Adriaens) .

      Marrigje is een dochter van Aart Bastiaans en Wijntje Adriaans en een kleindochter van Bastiaan Claasz., Hendrikje Corsdr. en Adriaan Pieters.

    ×   Lijntje Jan Cornelisse (Lijntje Jans) Stout , *Langerak ±1610 .
        Dochter van Jan Cornelisz Stout en Adriaentgen Claesdr .
      Otr. op 13-2-1631 in Lopik.
      Geschat geboortejaar.

      Lijntje Jan Cornelisse Stout, jd. van Langerak.

      De predikant van Langerak, ter eenre, en Reijer Jacobs uijt Lopick, man en voogd van Lijntgen Jans (STOUT), deden een loting op 16-11-1650.

      Weeskamer Langerak, 20-5-1639:
      - Cornelis Jansz;
      - Claes Janszn;
      - Aelbert Claeszn, als vader en voogd van zijn kinderen geprocreert bij Maritgen Jans, zijn huisvrouw zaliger;
      - Reijer Jacobszn, als man en voogd van Lijntgen Jans; en
      - Adriaen Herbertszn, als man en voogd van Engeltgen Jans;
      Zij zijn allen te samen kinderen en erfgenamen van Jan Cornelisz en Adriaentgen Claes, beide zaliger.
      Zij verdelen de boedel, conform de wens die Jan Cornelisz op zijn sterfbed heeft gedaan. Cornelis Jansz krijgt de helft van een weer land van 5 mergen en 5,5 hond, waar hij op woont, liggend beneden de Waal te Langerak strekkend tot de diepte van de Lek, zuidwaarts half onderde landscheiding van Goudriaan. Nog 10 hont land liggend in het weer boven ’t Kercke Weer. Claes Jansz krijgt een derde deel van een weer van 12,5 morgen met de betimmeringen, waar Jan Cornelisz heeft gewoond en waar Claes Jansz nu op woont, strekkend van de Scheijsloot ten noorden, zuidwaarts tot halverwege de landscheiding, gemeen met het voornoemde weer. Een ander derde deel gaat naar de kinderen van Aelbert Claeszn, van het voorhof van een weer genaamd Backers Houck op de Waal, strekkend van de diepte van de Lek tot de eerste grient toe, met nog een grient en boomgaardje. Ander land dat nog verdeeld wordt: een akker, genaamd Den Brejen Acker, strekkend van de grient, aan de westzijde van de halve Tiendewech, zuidwaarts e.a.

      Lijntje Jans trad op als getuige bij de doop van Jan Jillisz (van) Vuuren (?) , de doop van Mariken Cornelis (Marrigje Cornelis) .

    9 kind(eren)


  6. Adriaantje Jacobs , *Lopik ±1575 , † <9-1619 .

    × <1600   Adriaen Claesz (Arien Claasz) Maat , * ±1570 , † <4-1627.

    6 kind(eren)


Samengesteld door Joan Bos.
Voor meer informatie zie de introduktie of de FAQ.