Margaretha Japhetsdr
(Grijettgen Japhitten)
, *Oost-IJsselmonde ±1550
, [] Barendrecht ±1636.
Dochter van
Jaefet Andriesz (Joffijt Andriesz)
en
Sebastiana Cornelis (Sebastiaentgen Cornelis)
(?)
.
Grijettgen Japhitten
trad op als getuige bij
de doop van
Huijch Gerrits Mijnlieff
.
Margrieta Japhetsdr., dochter van Jafet Andriesz uit Ridderkerk.
Zij bezit ouderlijk erfgoed in het Oude Land van Ridderkerk.
In 1626 werd zij als weduwe vermeld bij de 1000e Penning van Barendrecht.
Overleden ná 2-4-1623, begr. in Barendrecht.
×
±1570
Adriaen Jacobsz ( Hordijck)
, *Oost-Barendrecht ±1545
, † Oost-Barendrecht 1598, [] Barendrecht .
Kinderen:
- ?
Grietje Ariaensdr
, † <1609 .
"Jacob Adriaensz. Hordijck doet in plaetse van za. Jacob Maertensz. in sijn leven voigt geweest met Lourens Jacobsz. Maescant, als mede voigt van naerghelaten kinderen van za. Grietje Ariaensdr., geprocureert bij Jacob Jansz., pencionaris, woonende te Mijnsheerenlandt van Moerkercken."
Mijnsheerenland, 1 november 1621:
Rekening, reliqua en bewijs, overgeleverd door Jacob Adriaansz. Hordijk, voogd van het nagelaten weeskind van Grietje Adriaansdr., in haar leven huisvrouw van Jacob Jansz. Pentionaris.
Genoemd: Coen Pietersz. van ’s Gravendeel, mede-voogd van het weeskind, Lauw Cornelisz. Barendrecht, Simon Gerritsz., Lenert Cornelisz. Cleijnen, Pieter Cornelisz. Romeijn, Pouwels Pietersz. in Barendrecht, Adriaan Cornelisz. tot Barendrecht, de (over?) grootmoeder van Anneke Jacob Jansdr., Wouter Jacobsz. Boender, Goris Lenertsz., Gerrit Heijndricksz. timmerman.
Met onderschrift van o.a. Jacob Jansz., Coen Pietersze en Laurens Coernelysz. Verder worden nog genoemd de weduwe van Simon Gerritsz. (1.11.1626) en Lenert Cornelisz. Cleijnen, “nasaet” van zal. Jacob Maartensz.
Op 1 november 1621 was er sprake van "het nagelaten weeskind van Grietje Adriaensdr" en daarbij is ook sprake van de grootmoeder van Annke Jacob Jansdr., dus zij moet het nagelaten weeskind zijn, het enige (overlevende) kind uit het 1e huwelijk van Jacob Jansz Heijsen.
×
Jacob Jansz Heijsen
, † <1660.
Zoon van
Jan Jacobsz (geseijt) Pentionaris
en
Anna Pieters Cors Pieterszdr (Annichgen Pieter Cors Pietersdochter)
.
Jacob is de oudste zoon. Hij wordt zowel Pentionaris als Heijsen genoemd.
Op 9 februari 1641 is Jacob Jansz. - genaamd Pentionaris - present bij de afsluiting van de rekening verponding van 1639. Nog in 1644 betaalt hij in de verponding 1 gulden en 4 stuivers voor zijn huis aan de Blaak en 34 gulden en 13 stuivers voor zeven morgen zaailand, dat hij in pacht heeft van het Heilig Sacramentsgasthuis te Dordrecht.
Op 20 juni 1646 betaalt hij nog aan belasting een bedrag van 9 gulden en in september 1648 zal hij -ofschoon hij beweert reeds te hebben betaald - de belasting ,,soe haest hij can” betalen.
1 kind(eren)
-
Aechtien Adriaens (Agaetken Ariens) Hordijk
, *Barendrecht ±1570
.
Toen Aechtien tr. met Cornelis was hij weduwnaar van Jannetje Gerritsd. en had uit zijn eerste huwelijk een zoon Jacob en 3 dochters.
×
Ridderkerk 7-3-1593
Cornelis Jacobs
, *Sint Anthoniepolder ±1562
.
Aechtien is de moeder van o.a. Gerrit.
Cornelis Jacobs wordt met zijn schoondochter Teuntie Pieters en haar echtgenoot, Jacob Cornelis Polderman, genoemd op de lidmatenlijst van 1635.
Ridderkerk, 21-6-1587:
- Cornelisz Jacopsz. van St Antheunispolder &
- Janneken Geeritsdr. van Ridderkerk
op 9-7 "getroudt bij Adriaen Allaert voor Johannes Bisschop".
Ridderkerk, 7-3-1593:
- Cornelis Jacobsz, wd. van Janneken Geerritsdr., van Ridderkerk, &
- Aechtijen Adriaensdr. van Barendrecht.
Cornelis’ beide zonen hebben een dochter met de naam Aechie.
Van Cornelis stamt het geslacht Polderman te Sint-Anthoniepolder.
3 kind(eren)
-
Ingen Adriaansz Hordijck
, *Barendrecht ±1575
, † ±1618 , [] Barendrecht .
Inge Hordijk had een zoon Adriaan en een zoon Pieter. Pieter trouwde op 28-6-1637 in Barendrecht met Marijtje Dirks. Pieter kreeg een zoon Inge, die 2 maal trouwde en weer een zoon Pieter kreeg, die trouwde met Lijntje Ariens Hoogvliet uit Barendrecht.
Overl. 1617/1618: Inge Adriaansz. Hordijk , begraven te Barendrecht, die uit zijn huwelijk met Neeltje Maartensdr. 5 kinderen naliet.
×
±1600
Neeltje Maertens
, * ±1580
, † <1637, [] Barendrecht .
Vóór 1606 getrouwd.
Kinderen: Adriaan, Pieter, Gerrit, Willem, Jacob en Ingetken Ingens Hordijck.
Neeltje Maartensdr., overl. in of voor 1636, huwt
1) Inge Adriaanse, geb. ca. 1570, overl. 1617/1618, huwt ca. 1593;
2) Gijsbert Cornelisse op 21-7-1619;
3) Dirk Adriaanse.
6 kind(eren)
-
Jafet Adriaansz Hordijck
, *Barendrecht ±1575
, † <6-1635 .
×
Neeltje Claesdr
, † >4-1635.
2 kind(eren)
-
Lijntge Ariaens ( Hordijck)
, * ±1579
, † <1654 .
Lijntge Adriaensdr Hordijk is geboren ná 1570 en overleden 1643/1653.
Zij trouwde met Jacob Maertensz., die is geboren vóór 1580 en overleden vóór febr. 1614.
Overl. ná feb. 1638 en vóór 1654.
×
Jacob Maertensz
, * <1580
, † ±1613.
Kinderen o.a. Willem, Arien, Maerten, Pietertge en Jacob.
Jacob Maertensz. was boer in het Nieuw Bedijkte Land van West-Barendrecht.
Overl. tussen de zomer van 1612 en begin 1614.
×
Leonardt Cornelisz (Lenert Cornelisz) Cleijnen
, * ±1565
, † 1631.
Zoon van
Cornelis Adriaen Goessensz
en
Maritgen Lendertsdr
.
Otr. op 29-12-1619
in Barendrecht.
Datum van het 3e gebod.
Leendert was heemraad en hoogheemraad van West-Barendrecht en Carnisse tussen 1598 en 1631.
Lenaert Cornelisse en Trijntje Joppe worden vermeld op een Barendrechtse lidmatenlijst uit 1610.
Overl. tussen 22 mei en 27 nov. in 1631.
4 kind(eren)
-
Jacob Adriaensz Hordijck
, *Barendrecht ±1580
, † <6-1646 , [] Barendrecht .
Pieter Ingensz. Hordijck (±1604-1665) was een oomzegger van Jacob Adriaensz. Hordijck.
"Jacob Adriaensz. Hordijck doet in plaetse van za. Jacob Maertensz. in sijn leven voigt geweest met Lourens Jacobsz. Maescant, als mede voigt van naerghelaten kinderen van za. Grietje Ariaensdr., geprocureert bij Jacob Jansz., pencionaris, woonende te Mijnsheerenlandt van Moerkercken."
Rotterdam, 9 mei 1634: Jacob Aryensz Hordijck, won. in Barendrecht, bekent schuldig te zijn aan Pieter Jansz, won. in Crimpen a/d Leck voor de ene helft en aan Aert Jacobsz en Leendert Jacobsz, broers, mede won. in Crimpen a/d Leck, voor de andere helft, 1.000 gld.
Jacob Adriaansz. H o r d i j k , begraven te Barendrecht onder een zerk, tr. Geertje Joostensdr. van D r i e l , waarbij 8 kinderen.
×
±1615
Geeritge Joosten van Driel
, *Heerjansdam ±1595
.
Dochter van
Joost Jacobsz van Driel
en
Heijltije Gerritsdr
.
Gerritje Joostendr. was jongedochter van Ridderkerk uit de parochie van Rijsoord.
Hij had dochters Maria en Helena en een zoon Adriaen.
Zij zou wsl. tussen 1591 en 1603 in Heerjansdam geboren zijn.
Geertje van Drie1 Joost&, vr. v. Jacob Hordijk.
Zij was een dochter van Joost Jacobsz., die nooit met de naam Van Driel vermeld is gevonden. Haar moeder was Heijltije Gerritsdr., afkomstig uit Ridderkerk. Mogelijk is uit die familie de familie De Pee voortgekomen.
Rotterdam, 30 mei 1646: Joris Aryensz, wonende in West Barendrecht bekent 1080 gulden schuldig te zijn aan Margarita van Zoelen, waarvan de helft voor hemzelf en de andere helft vanwege zijn huwelijk met de weduwe van Jacob Aryensz Hordijck. Aryen Dircxz., wonende te Oost Barendrecht, Aryen Hendericxz., wonende in Carnis, en Ariaen Cornelisz Hordijck, wonende te Oost Barendrecht, stellen zich borg voor hem.
2 kind(eren)
-
Adriaentgen Adriaens Hordijck
, * ±1580
, † ±20-5-1618 .
Geb. ná 1575, wellicht rond 1582.
Mogelijk overleden 20 Mei 1618 in Barendrecht, i.e.g. vóór 7 febr. 1619.
×
Barendrecht 23-4-1617
Fop Daeniels (Fop Dane) van Driel
, * 1593
, ~Ridderkerk 14-4-1593
, [] IJsselmonde 1662.
Zoon van
Daniel Foppessen (Daen Foppensz) van Driel
en
Aeltgen Cornelisse (Aaltijen Cornelis) ( Jonckint)
.
Fop Dane van Driel, j.g., en Adriaantje Adriaans Hordijk, j.d. van Oost-Barendrecht.
Doopget. Sebastiaen Sebastiaensz, Jan Damensz. ende Barber Cornelisdr.
Fop was een welgesteld landbouwer. In 1640 was hij kermeester van IJsselmonde. In 1641-50 was hij heemraad/schepen en laagheemraad van Oost-IJsselmonde.
In 1626 vermeld bij de 1000e Penning van Barendrecht. Hij was hoogheemraad te IJsselmonde.
Fop Daniels van Driel verkocht op 4-6-1657 aan zijn zoon Cornelis: paarden, koeien en landbouwproducten en gereedschappen, alles al geleverd op 17-11-1655, voor 792 gld. en 18 stuivers, reeds tegen kwitantie ontvangen.
Op 4-6-1657 doneerden Fop Daniels van Driel en Maertgen Pieters aan Cornelis Foppen van Driel en Lijsbeth Gerrits Mijnlieff, zijn huisvrouw, waarbij zij inwoonden: allerlei voorwerpen tot de melkerij behorende, onder de voorwaarde dat Cornelis en diens vrouw hen hun leven lang zouden onderhouden in het wassen en wringen van hun klederen en hun 10 ca. guldens zouden uitkeren.
Een kind van Fop Daenen werd in 1632 begraven in het koor van de kerk van Ijsselmonde.
Rotterdam, 20-2-1646: Cornelis Bouwensz Roobol, wonend in West-IJsselmonde, bekent 3500 gulden schuldig te zijn aan Cornelis Prins. Fop Danielsz van Driel, zijn schoonvader uit IJsselmonde, en Cornelis Cornelisz Loosge, wonend in Poortugael, stellen zich borg.
Rotterdam, 3 juni 1653: Fop Danen van Driel verkoopt aan Arien Gerritsz Mijnlief vier morgen land voor 3.600 gulden gelegen in het Cornelis Landeken belend ten noorden door de Willersdijck, ten oosten door Arien Jansz Int Velt, ten zuiden door Wouter Pleunsz en ten westen door Jan Woutersz Leeuwenborgh.
Fop Daeniels van Driel werd in het koor van de kerk van IJsselmonde begraven in 1662.
Get. bij de doop:
Barbelken Cornelisse ( Jonckint)
.
Fop Dane
trad op als getuige bij
de ondertrouw van
Cornelis Boudewijnsz (Cornelis Bouwensz) Roobol
,
de ondertrouw van
Aert Adriaensz Verstolck
.
1 kind(eren)
-
Maertgen Adriaens (Maertge Adrijens) Hordijck
, *Barendrecht ±1584
, † Oost-IJsselmonde ±1673 .
Na het overlijden van haar echtgenoot heeft zij met hulp van haar zoons de boerderij aan de Hordijk voortgezet.
Rotterdam, 22-5-1646: Arien Bastiaensz Hordijck bekent 200 gulden schuldig te zijn aan Otto van Lith. Maritghen Ariensdr, weduwe van Bastiaen Pietersz Cranendonck, wonend te West-IJselmonde, staat hiervoor borg. De notaris maakt nog de opmerking dat Maritghen een vrouwspersoon is.
Overleden tussen 5-3-1671 en 4-5-1675.
×
±1608
Sebastiaen Pietersz (Bastiaen Pietersz) Cranendonck
, *IJsselmonde ±1575
, [] IJsselmonde ±1641.
Zoon van
Pieter Pietersz (van) Cranendonck
en
Adriaentje Gerrits
.
Zij trouwden tussen 1606 en 1610. Kinderen: Adriaen, Ariaentgen, Pieter, Cornelis, Geerit, Sijtgen, Grijetgen en Ingen.
(Se)Bastiaen Pietersz Craennendonck kocht in 1602 van de andere erfgenamen de ouderlijke boerderij aan de Hordijk in IJsselmonde. Bij de overdracht werd bepaald dat Adriana Gerritsdr. gedurende de rest van haar leven in het huis zou blijven wonen, waarbij zij de westkamer zou mogen gebruiken.
Bastiaen gebruikte een zegel met 3 gesnoerde hoorns met onder de bovenste hoorn een lelie en twee ruggelings geplaatste rechtopstaande zalmen met de koppen omhoog.
Carel Uyttenhoeve, heere van Reynesteyn, man en voogd van Sandrina van Tuyl van Seroskercken, machtigt op 30-8-1634 te Rotterdam Willem Carter, rentemeester wonend in Sgraevenhaege, om voor het gerecht van West-Iselmonde 24 morgen land over te dragen aan o.a.
- Sebastiaen Pietersz Cranendonck;
- Cornelis Woutersz Verduyn;
- Adryaen Gerritsz Boots;
- Willem Leendersz Aryswager;
allen wonend onder Iselmonde.
Het land is gelegen in Verckensoort onder West-Iselmonde.
Rotterdam, 15-1-1639: Bastiaen Pieters Cranendonck en zijn vrouw Maritgen Adriaens, wonende aan de Hordijck in het Oostambacht van IJsselmonde, benoemen elkaar tot erfgenaam met een bepaling t.a.v. hun getrouwde kinderen Adriaen en Ariaentgen en hun ongehuwde kinderen Pieter, Cornelis, Geertgen, Sijtgen, Gryetgen en Ingen.
Begraven in het koor van de kerk van IJsselmonde tussen 29-12-1640 en 29-7-1641.
8 kind(eren)
-
Weijntge Adriaens Hordijck
, *Barendrecht ±1588
, † ’s-Gravendeel <4-1656 .
×
Barendrecht 27-5-1610
Coenraet Pieters (Coen Pietersz) (in ’t Velt)
, *West-Barendrecht ±1585
, † ’s-Gravendeel ±1633.
9 kind(eren)