Dirrick Cors Pietersz
, † >1575.
Zoon van
Cors Pietersz
en
Truij Willem Corstendr (Truijtge Willems)
.
Hij was boer te Cillaarshoek, later in het Oudeland van Moerkerken, schepen van Westmaas in 1542, waarsman, gezworene, schepen, heemraad en waarsman van Moerkerken, Heiligegeestmeester en heemraad van Mijnsheerenland.
De naam van Dirrick’s vrouw is onbekend.
Mijnsheerenland, 25-8-1549:
Dirk Kors Pietersz op Cillarshoek bekende verkocht te hebben Michiel Jansz., onze mede heemraad, de som van zes gouden karoli gulden, te lossen met de XVIe penning, de welke Dirk Kors Pietersz deze Michiel Jansz bewezen en verzekerd heeft op de gehele landen, die de voornoemde Dirk Kors Pietersz bedeeld en aangekomen zijn bij de aflijvigheid van zijn moeder; gelegen in het Oude- en Nieuweland van Mijnsheerenland van Moerkerken, met zijn broeders en zusters gemeen voet onder voet.
Mijnsheerenland, 11-8-1550:
- Dirk Cors Pietersz. van Cillaarshoek bekende dat hij getransporteerd en overgedragen heeft aan Thonis Jacobsz., de echtgenoot van zijn zuster, zekere 2 hond land, gelegen in het Westmaas-Nieuwland op de grond van Mijnsheerenland, met dezelve Thonis Jacobsz en Pieter Cors Pietersz in een kamp van 4 morgen en 121 roeden gemeen voet onder voet; waarvan 2 hond land dezelve Dirk Cors Pietersz aangekaveld en te lote gevallen zijn bij het overlijden van zijn moeder; beoosten van dit kamp is gelegen de watering van het Stougje, op het zuiden het land van Heyman van Blienburg Adriaansz, op het westen de Kruisweg en op het noorden het land van de Regulieren van St. Jan buiten Amersfoort.
- Dirk Cors Pietersz bekende dat hij getransporteerd heeft aan Pieter Kors Pretersz., zijn broer, zekere 1,5hond land, gelegen in het Oudeland van Mijnsheerenland in een stuk land groot 2 morgen en 1 hond, met dezelve Dirk Cors Pieters aangekaveld en te lote gevallen zijn bij het overlijden van zijn moeder; beoosten van dit stuk land is gelegen het cijnsland van Pieter Cornelis Joostensz, aan het zuideinde de weg van Jan Heyensz, aan de westzijde het land van Adriaan Pieters en Dirk Cors Pieterzen aan het noordeinde met het cijnsland van Pieter Cornelis Joostensz.
- Dirk Cors Pietersz bekende dat hij overgedragen en getransporteerd heeft aan Adriaan Pietersz., de echtgenoot van zijn zuster, zekere 1,5 hond land, gelegen in het Oudelandvan Mijnsheerenland in een stuk land van 3,5 morgen en 1,5 hond, met dezelve Adriaan Pietersz gemeen voet onder voet; welke 1,5 hond land dezelfde Dirk Cors Pietersz aangekaveld en te lote gevallen zijn bij het overlijden van zijn moeder; beoosten van dit stuk land is gelegen het land van Pieter Kors Pietersz., aan het zuideinde de weg van Jan Heyensz., aan de westzijde het cijnsland van Gijsbert Laurisz en Cornelis Adriaansz. met zijn consoorten,alsook het land van Nee1Stevens te Dordrecht en aan het noordeinde is gelegen het cijnsland van Pieter Cornelis Joostensz.
Mijnsheerenland, 1 juni 1551:
Kaveling van landerijen van de erfgenamen van Truijtge, wijlen echtgenote van Kors Pietersz.
In den eersten is Pieter Kors Pietersz. gekaveld aan de ene helft van 6½ morgen eigen land in het Oudeland van Moerkercken bij Ariaentge, Jan Heyensz. weduwe, en nu huisvrouw van Pieter Cornelis Joostenz. Verder is Pieter Kors Pietersz. nog gegrondkaveld aan 3 morgen cijnsland, genaamd De Gheer, eveneens gelegen in het OvM.
Willem Korsz., Dirck Korsz., Thonis Jacobsz., Adriaen Pietersz., Pieter Korsz. en Dirck Lenertsz. zijn aanbedeeld 16½ morgen eigen land in Westmaas-Nieuwland, dat eensdeels Dirck Lenertsz. en anderdeels Kors
Pietersz. gebruikt; hetwelk door hun 1539 van het zoute in het verse is bedijkt. Bovendien blijven zij bedeeld aan 6½ morgen vrij land bij Ariaentge Jan Heyens en aan 6 morgen cijnsland aan de weg bij Joost Jorisz. aldaar. Voorts isonder hen half en half gedeeld de havelijke
goederen als paarden, koeien, horenbeesten, varkensen schapen, insgelijks de huisraad etc.
Mijnsheerenland, 20 maart 1553:
Dirk Kors Pietersz uit Cillaarshoek bekende dat hij verkocht heeft Cornelis Adriaansz Wagenmaker, drie gouden karoli gulden, des jaars jaarlijkse losrenten met de XVIepenning, dewelke hij hem bewezen en verzekerd heeft op 3 morgen 44 roeden 8 voeten land, gelegen in het Westmaas-Nieuwland voor Mijnsheerenland in de kavel van het convent van Vredendaal; hem aangekomen bij het overlijden van zijn moeder Truijtje, de huisvrouw van Kors Pietersz.; hebbende op het oosten de watering van het Stougje, op het zuiden het land van de burgermeester van Dordrecht Arend Cornelisz van de Myl, op het westen de Kruisweg en op het noorden het land van de erfgenamen van Jan Pietersz van Dordrecht.
Mijnsheerenland, 8 november 1553:
Rochus Adriaensz. van Ridderkerk, ev Machteld Aelbrechtsdr., verkopen aan Adriaen Aelbrechtsz. een jaarlijkse losrente van 6 gouden Cgld verzekerd op de landerijen van Dirck Cors Pietersz., dezelfde Dirck Cors Pietersz. aanbedeeld van zijn moeder Truytge, gelegen in het OvM.
Genoemd: wijlen Adriaen Aelbrechtsz., Jan Heynricksz. van der Vest en Marichge Jacobsdr.
Mijnsheerenland, 11 februari 1556:
Dirck Kors Pietersz. van Cillaarshoek koopt van zijn vader Kors Pietersz. voor 100 pond groten Vlaams een huis, berg en keten met teling, gereedschap etc. Kors Pietersz. blijft in bezit van de beste wagen en een kamer.
In een akte van 11 februari [SCH 1555=] 1556 verklaart Dirrick Kors Pietersz. ‘van Zijlaersshouck’ van zijn vader Kors Pietersz., mede present, diens gehele ‘huyssinge, kete, berghen’, enz. met de bouwgereedschappen zoals wagens, ploegen eggen e.d. gekocht te hebben voor 100 pond groten vlaams, te voldoen in tien termijnen. Vader Kors zou de ‘camer’ in het huis en de beste wagen en ander gereedschap tot zijn gelieve mogen gebruiken. In het jaar 1556 behoudt hij tevens het gebruik van de ene ‘berch enden den keete’ en van een perceel land dat noordwaarts tegen de reedijk van Heinenoord loopt, waarna dit door zoon Dirrick gebruikt zal worden als behorende bij de voomoemde 14 morgen 3 hond. Tevens huurt Dirrick van zijn vader 14 morgen 3 hond, zowel eigen land, cijnsland (eigen land belast met een jaarlijkse cijns ofwel belasting) als huurland, voor 6 gld. de morgen jaarlijks, alles gelegen in het Oudeland van Moerkerken.
Mijnsheerenland, 17 februari 1560:
Dirck Kors Pietersz. verkoopt aan Willem Kors Pietersz. 1 mrg 33 roe en 6 voeten land in het Westmaas-Nieuwland in het broek van de Vrouwe van Moerkercken in de hoek van de Buijensweg.
Met een handgeschreven quitantie van Dirck Kors Pietersz.
Toevoeging: “Ick Dirick Cors Pietersz. kennen ontfangen te hebben van Jan Geritsz. die summen van vijftich carolus gulden XI st. Ontfangenden IXen Augustus a o LXXX. By mij Dirck Cors Pietersz.”.
Pieter Kors Pietersz. en Dirrick Kors Pietersz., als voogden van de nagelaten kinderen van hun zuster Lijntge, geprocreëerd bij Adriaen Pietersz., en in bijzijn van laatstgenoemd, verkopen op 23-9-1561 aan Dirrick Lendertsz. de beterschap boven de jaarlijkse cijns van 4 hond cijnsland in het Oudeland van Moerkerken. Deze 4 hond was de weeskinderen aanbestorven bij dode van hun bestevader Kors Pietersz. en ligt gemeen in een stuk van 8 hond, dat de koper toebehoort.
Mijnsheerenland, 23 september 1563:
Dirck Kors Pietersz. en Pieter Kors Pietersz., voogden van de kinderen van Lijntge Kors Pietersdr., verkopen aan Dirck Lenertsz. 4 hond cijnsland in het OvM bewesten de Westweg, welk 4 hond cijnsland de kinderen aangekomen zijn bij dode van hun grootvader Kors Pietersz.
Mijnsheerenland, 4 december 1576:
Dirck Kors Pietersz. va zijn neef Andries Willem Korstensz. de jaarlijkse cijns van 7,5 hont land in het OvM, Dirck Kors Pietersz. aangekomen bij overlijden van zijn vader Kors Pietersz.
Volgens Slijkerman is Dirrick wsl. pas ná 3-3-1589 overleden.
Kinderen:
-
Leentgen Dirck Cors Pieterszoonsdr (Lijntge Dirck Cors Pietersdr)
, † ±1630 , [] Mijnsheerenland 1630.
×
±1580
Pleun Huijgensz ( Blaeck)
, † ±1599.
6 kind(eren)
-
Pieter Dircksz (Pieter Dirck Korsz)
, † 1575 .
Op 3-3-1575 verkopen Pieter Dirrick Korsz., als man en voogd van Janneche Adriaensdr., en de overige erfgenamen van Marichie Jacobsdr., laatst huisvrouw van Adriaen Albrechtsz., aan Adriaen Aelbrechtsz. de helft van een rentebrief van 6 car. gld. jaarlijks, te lossen met 16 ponden groten vlaams met de onbetaalde rente.
Mijnsheerenland, 10 juni 1575:
Dirck Kors Pietersz. is, als vader van zijn overleden zoon Pieter Dircksz., wijlen man en voogd van Janneche Adriaensdochter, eerder weduwe van Dammas Huijmansz., schuldig aan mr. Dingeman Anthonisz., echtgenoot van Lijske Dammas Huijmansdochter, de som van 21 ponden groten Vlaams vanwege de ene helft van de 20 ponden van Lijsken Dammasdr. en Huijman Dammasz.?s vaderlijk beloofde penningen; met ook voor de ene helft van de 2 ponden groten Vlaams van de verkochte kleren van haar vader en nog voor de ene helft van de 100 Cgulden, de voorschreven kinderen aangekomen vanwege de huwelijkse voorwaarden in het vergaderen in den echten staat van Pieter Dirck Korsz. en Jannichen Adriaensdochter. Nog voor de ene helft van 29 Cgulden bij Pieter Dircksz. in zijn leven ten behoeve van de voorgenoemde kinderen genoten bij het overlijden van Bastiaen Huijmansz., hun oom etc. Dirck Kors Pietersz. verzekert deze som op zijn aandeel van het eigenland achter de kerktoren en op al zijn andere goederen.
Adriaen Aelbrechtsz. pandt op 13-10-1575 Dirck Kors Pietersz. als erfgenaam van diens zoon Pieter Dircksz., alsmede diens weduwe Jobge [=Jannetge] Adriaensdr., vanwege een door Adriaen verkochte koe. Tevens eist Adriaen van Dirck Korst Pietersz. 6 car gld. Vanwege achterstallige rente. Op 18-4-1577 pandt Adriaen opnieuw Dirck voor de voldoenening van een jaar achterstallige rente. Adriaen Aelbrechtz. Verklaart op 23-2-1575/6 aan Dirrick Kors Pietersz. 100 car. gld. 11 st. schuldig te zijn als rest van de koopsom voor 7½ hond, gelegen naast het kerkhof in het Oudeland van Moerkerken.
Mijnsheerenland, 30 november 1575:
Dirck Kors Pietersz., als vader en erfgenaam van zijn overleden zoon Pieter Dircksz., in het laatst van zijn leven echgenoot van Jannichge Adriaensdr., verkoopt aan Adriaen Aelbrechtsz. 8,5 hont land in het OvM, gemeen voet onder voet met Adriaen Cornelisz., nu geechte man van Jannetge Adriaensdr., Pieter Dircksz. eertijds aangekomen bij overlijden van Marichge Jacobsdr., gewezen huisvrouw van Adriaen Aelbrechtsz.
Pieter Dirck Korsz. is zonder nageslacht overleden tussen 3 maart en 10 juni 1575.
×
<1575
Jannetge Adriaensdr (Jobge Adriaensdr)
, † >6-1578.
Dochter van
Adriaen Jacobsz
en
?
Pieter Dircksz., wijlen man en voogd van Janneche Adriaensdochter, eerder weduwe van Dammas Huijmansz. Zij zou hertrouwen met ene Adriaen Cornelisz.
In haar testament van 13-9-1568 legateert Marichje Jacopsdr., huisvrouw van Adriaen Aelbrechtsz. en inwoonster van Mijnsheerenland, aan Janneken Adriaensdr., huisvrouw van Dammas Huijmansz., een dochter van haar broeder, het gehele ’huys, berch, keten’ met toebehoren bewesten het Kerkslop te Mijnsheereland, waar zij dan woont.
Mijnsheerenland, maart 1575:
- Pieter Dirck Korsz., e.v. Janneke Adriaensdr.,
- Pieter Adriaensz., e.v. Bastiaentge Adriaensdr.,
- Adriaen Cornelisz. van de Westmaas, e.v. Lijske Jansdr.,
- Cornelis Thonisz. van de Westmaas, e.v. Neeltge Jacob Jansdr.,
- Adriaen Adriaensz. Verboudt, e.v. Ariaentge Adriaensdr.,
- Cornelis Dammasz., e.v. Machteld Lambert Pietersdr., en
- Jan Adriaen Troost,
altezamen erfgenamen van Marichge Jacobsdr., eertijds ev Adriaen Aelbrechtsz., va Adriaen Aelbrechtsz. de gerechte helft van een losrente van 6 Cgld, eens verzekerd geweest op de landen van Dirck Kors Pietersz., Dirck Kors Pietersz. angesuccedeert bij aflijvigheid van zijn moeder op 20.8.1549.
Dirck Kors Pietersz. en de erfgenamen van zijn oudste zoon, met name Adriaen Cornelisz., ev. Jannetge Adriaensdr., bespreken de deling een (huis?), berg en keet, staande op het dorp van Mijnsheerenland aan ’t kerkslop, Dirck Pietersz. eertijds aangekomen bij overlijden van Marichge Jacobsdr. rond 1575-6.
-
Cors Dircksz (Cors Dircksz den Ouden)
, † >4-1585 .
-
Cornelis Dircksz (Cornelis Dircksz den Jongen)
, † >4-1606 .
Cornelis Dircksz. den Jongen was landman te Cillaarshoek. Begin 1594 en in 1597 wordt hij genoemd als wonende op Cillaarshoek.
Pieter Andries Slickboer in Oud-Beijerland, als voogd van de weeskinderen van zaliger Andries Willemsz., procedeert op 12 mei 1606 voor het Hof van Holland tegen een aantal personen, onder wie Cornelis Dirx den jongen, in verband met de huur van 25 morgen van de voomoemde weeskinderen.