Dirck Franckensz , † ±1563.
Zoon van Vranck Hermensz en Mariken ("Mariken Vranck Harmansz wde") .

Meerkerk, 7-4-1540: Huwelijkse voorwaarden tussen
- Vranck Harmansz met zijn zoon Dirck van zwaardzijde, als bruidegom, en
- Willem Dircksz met zijn dochter Sofija van spilzijde, als bruid, te andere.
Dirck Vrancken brengt in: een huis en hofstad en 8m op Hooch Blommendael waar Vranck Harmansz placht te wonen; nog de coop van 9m, zoals voorn Vranck dat gekocht heeft van nu za Joost Petersz.
Vranck Harmansz en diens huisvrouw Mariken Vrancken zullen het vruchtgebruik houden v/d kooi gelegen i/d voorn 8m.
Willem Dircksz met zijn dochter Sofija brengt in: 600 gl om af te lossen de som die op voorgaand land staan; nog wat vee, etc, etc.

Meerkerk, 10-10-1556 (copia):
Marten Petersz X Aertken Vranck Harmansd., als vader van hun 3 nagelaten kinderen, doet “verbieden” Harman Vrancken, Dirck Vrancken, Mels Nannincx X Anna Vranck Harmansd. en Cornelis Andryesz “haar handen te trekken en uit de boedel te blijven” v/d achtergelaten goederen van za. Mariken Vranck Harmans, etc.

In 1560 was Dirck Vranckensz. één van de schepenen van Meerkerk.

Meerkerk, 16-2-1560:
Dirck Vranckensz verkl. schuldig te zijn aan Melchior Nanningsz 150 cg, ter cause v/d uitkoop van 2 huizen, die zij samen hadden liggen a/d Plaats, bov de Noordseweg en ben het kerkhof, strekk v/d Zouwendijk t/h erf van Melchior Nanningsz.

Meerkerk, 1-6-1561:
Harman Vrancken, voor hem zelf, en Melchior Nanninghsz X Anna Vranck Harmanszd., transp. aan Dirck Vrancken hun aandeel in 2 huizen a/d Zouwendijk op ’t dorp, bov de Noordse weg en ben het kerkhof, strekk v/d Zouwendijk t/h erf van Melchior Nanninghsz.

Meerkerk, 25-7-1562:
Dirck Vrancken transp. aan Jacob Goossensz een huis en hofstad op de Plaats, bov. de Noordse weg en ben. Dirck Vrancken met eensdeels van zijn huis en hofstad, strekk. v/d Zouwendijk t/h erf van Dirck Vrancken.
Gecasseerd op 26-4-1586 door Aeltgen Dirck Franckend, wde van Joost Dircksz DE RIDDER, etc.

Op 18-11-1608 comp. Jan Dirck Francken, won. op Noordeloos, als van moederssijde voocht ende naeste bloetverwant van de naergelaeten weeskinderen van Aelken Joost Dircksdr., geproc. bij Anthonis Willemsz., en geeft procuratie aan Willem Jansz. Neck, burgemeester ter Ameyde, etc.
Overl. tussen 17-3-1563 en 11-3-1564, toen sprake was van een belending aan de wde en kinderen van Dirck Vranckensz.

Getuige bij hun huwelijk: Vranck Hermensz .

1. Jan Dirck Francken (Jan Dirck Vranckensen) , † >1620 .
   
   × ±1585   Lijsgen .
   
   × >1595   Marichien .
   
   10 kind(eren)



2. Peter Dirck Francken , † >6-1602 .
   
   Peter Dirck Francken doet ontwaring op 25-6-1579 in Meerkerk.
   
   Op 9-2-1584 in Meerkerk pandt Peter Dirck Franckensz 5 gl 6 st 8 penn wegens gehaald brood en verteerde costen.
   
   Meerkerk, 5-11-1587: Ordinaris rechtdag.
   - Mr Aert MENNINCK, als gemachtigde van Mechtelt Jansd VAN ZERRICKZEE, schat Peter Dirck
   Franckensz, gedaagde.
   - Margriet Pietersd., eiseres, contra Peter Dirck Franckensz, gedaagde.
   
   Meerkerk, 7-11-1588: ordinaris rechtsdag.
   Mr Aerdt MENNINCK, als gemachtigde van Cornelis Cornelisz, Jan Ockersz als voogd v/d nagelaten weeskinderen van Claes Rudtgersz za., en voorn. Peter Dirck Franckensz., als voogd v/h weeskind van za. Marichgen Dirck Franckensz (verwekt door za. Siloff Martensz), gedaagden. Eiser eist betaling van 2 jaar verlopen rente. (Cornelis Geritsz VAN NESCH was gehuwd met voorn. Marichgen Dirck Francken).
   
   Meerkerk, 2-4-1590: Ordinaris rechtdag.
   Adriaentgen Anthonis Thielmansd., requirante, contra Peter Dirck Franckensz, gedaagde.
   
   Meerkerk, 8-3-1597:
   Goossen Jansz., gaardermr van de polder Middelbrouck en Blommendael, eiser, contra Pieter Aertsz rentmrs en Pieter Dirck Francken, gedaagden.
   
   Meerkerk, 29-10-1601:
   Ghijsbert Gerlofsz, eiser, contra Peter Dirck Francken, gedaagde als borg voor Barth Cornelisz VAN BUEREN, won te Middelcoop.
   
   Meerkerk, 9-7-1602: Damiaen Jansz, eiser, contra Peter Dirck Franckensz, gedaagde.
   
   
   ×   Adriaenken Theunisdr , † >10-1614.
   
   Noordeloos, 11-11-1614:
   Ondervraging namens Adriaenken Theunisd weduwe van Pieter Dirck Francken v/d getuigen:
   Jan Adriaensen, oud 39 jaar, Pieter Janssen, oud 27jaar en Marijken Florisd, oud 70 jaar.
   1. of het waar is, dat zij gezien en gehoord hebbendat Adriaenken Theunisd omtrent zaterdag voor de Meerkerkse kermis j.l. woorden heeft gehad met haar buurman Jan Phlipsen, omdat deze ‘een hordt ofte twee van des Ariaenken Theunisdr’s hoffstede tegens haeren danck genomen hadde en off Jan Phlipsen doen ter tijt vande voorschrevene Ariaenken Theunisd onder andere woorden een hoer maeckte ofte hiette en off hij haer slouch in haer selffs huijs’.
   Jan Adriaensen verklaart verklaart niets gezien te hebben omdat hij in het kennip van Jan Phlipsen stond, maar dat hij het gerucht wel gehoord heeft. Marijke Florisd verklaart dat zij niets gezien heeft, omdat zij te laat kwam. De vrouw van Jan Phlipsen zei toen tegen haar ‘wat rediment hebben wij hier, hadde ick het geweten, dat Jan Phlipsen daer in huijs geloopen hadde, ick soude mijn kind wel int gras geleijt hebben en ick sou hem gestuijt hebben’ en
   Pieter Janssen, knecht van Jan Phlipsen, zei tot Marijke Florisd ‘Maeij Floren gaet vrij deur
   want ghij sult vant selff van Jan Phlipsen hebben’.
   2. of het waar is, dat Adriaenke Theunisd toen naarMeerkerk ging om over Jan Phlipsen te
   klagen en of toen Jan Phlipsen zijn kade uitliep naar Adriaenken Theunisdr om haar te onderscheppen en om te verhinderen dat zij naar Meerkerk zou gaan, zeggende ‘wil die hoer over mij clagen, ick salse die been in stucken slaen’. Jan Adriaensen verklaart hetzelfde als in de tekst en te weten ‘dat Adriaenken Theunis seer deerlijck was gestelt, datse peers en blau om haer ooghen en hooft was’. Pieter Janssen verklaart, dat hij toen knecht van Jan Phlipsen was en dat deze bij hem kwam en zei ‘ick heb die hoer daer soo geslagen, dat het haer wel heughen sal’ en dat deposant toen zei ‘Jan, ghij hebter schant off, dat het een man ofte knecht waere, soo liet ick het toestaen’ en dat Jan Phlipsen doen tegens hem zei ‘ick sal die hoer wel beter hebben’ en dat Adriaenken Theunisd doen kwam en zei tegen Jan Phlipsen ‘ steeckende haer hant vuijt vogel, ick sal u een paeijgien gaenbeslaen, ick sal u gaen beclaghen’ en dat Jan Phlipsen toen zei ‘ick sal die hoer noch bet hebben’ en dat hij toen de kade uitliep om haar te verhinderen naar Meeerkerk te gaen en dat hij door’ te mets van twee luijden gestuijt worden, dat sij soo deur quam’.
   3. of het waar is, dat Jan Phlipsen bij zijn knechtde voorn Pieter Janssen kwam klagen en zei ‘ick heb die hoere daer soo geslagen, dat sijt wel heughen sal en ick salse noch wel beter hebben, ick heb de bruij van de drost van Noordeloos, de schout van Meerkerk en alleghaer’.
   Pieter Janssen verklaart, dat dat Dirck, zijnde de zoon van voorn. Adriaenken Theunisd, met
   Jan Phlipsen ‘keeff’ en zei ‘coemt op Noordeloos, daer en dorff dij niet comen, ghij moetter bij nacht deur trecken’ en dat Jan Phlipsen toen ze ‘ick hebbe de bruij van de drost van Noordeloos, van de schout van Meerkerk en allegaer’.
   4. of de getuigen nog meer kunnen verklaren. Jan Adriaensen verklaart, dat hij ene Jacob Goverden die in de kennip van Jan Phlipsen stond te plukken, heeft horen zeggen, dat Jan Phlipsen tegen hem gezegd had, dat hij het ontkennen wilde van waarover Adriaenken geklaagd had.
   



3. Aelken Dirck Vrancken (Aeltgen Dirck Francken) , † <9-1604 .
   
   Aeltge Dirck Franckensdr. (dochter van Dirck Franckensz. en Sofia) tr. 2e Cornelis Damensz. alias Rietveld.
   
   Claes Rudsaert, burger te Zierikzee, als vader en voogd van zijn kinderen verwekt bij Johanna Cornelisdr., doet op 25- 6-1579 ontwaring Aeltgeri Dirck Franckendr., wedu van Joost Dircksz. de Ridder, naar vermogen de brieven.
   
   Niclaes Ridsaert, burger te Zierikzee, als vader en voogd van zijn kinderen verwekt bij Jannichgen Cornelisdr., doet op 23-2-1582 ontwaringhe Aeltgen Dirck Franckendr., wedu van Joost Dicksz. de Ridder, 2 jaar rente.
   
   Schuldbrief gecasseerd op 26- 4-1586 door Aeltgen Dirck Franckendr., wedu van Joost Dircksz. de Ridder.
   
   Cornelis Damen alias Rietvelt, als vader ende voocht van sijne twee kynderen met name Fychgen ende Annighen, geprocureert bij Aelken Dirck Vrancken, ter eenre, ende
   Gysbert Jacobs Verkerck, als man ende voogt van Maychje Joosten, syne huysvrouwe, een voordochter van de voorn. Aelken Dirck Vrancken, voor hem selven ende als acte hebbende van Tonis Willemsz., syn swager, man ende voogt van Aelken Joostendr., syne huysvrouwe, ter andere zijde, comp. op 23-4-1599.
   
   Op 23-4-1599 comp.
   - Cornelis Damen alias Rietvelt, als vader ende voocht van sijne twee kynderen met name Fychgen ende Annighen geprocureert bij Aelken Dirck Vrancken, ter eenre, ende
   - Gysbert Jacobs Verkerck, als man ende voogt van Maychje Joosten, syne huysvrouwe, een voordochter van de voorn. Aelken Dirck Vrancken, voor hem selven ende als acte hebbende van Tonis Willemsz., syn swager, man ende voogt van Aelken Joostendr., syne huysvrouwe, ter andere zijde.
   
   Meerkerk, 27-7-1561:
   Henrick VAN NESCH Jorisz transp. aan Peter PIJLL Geritsz 4m op Middelbroek, bov Jeroen Jacobsz en ben Jan Folpertsz cs, strekk v/d opslag v/d Noordse weg t/d halve middelwetering. Koper retourneert land in eeuwige erfpacht.
   Gijsbert Jacobsz VERKERCK en Anthonis Willemsz., als erfgenamen van hun za. moeder de za. Sophia Dirck Franckensz wde, verkl. op 17-8-1604 betaald te zijn.
   
   Meerkerk, 25-7-1562:
   Dirck Vrancken transp. aan Jacob Goossensz een huis en hofstad op de Plaats, bov. de Noordse weg en ben. Dirck Vrancken met eensdeels van zijn huis en hofstad, strekk. v/d Zouwendijk t/h erf van Dirck Vrancken.
   Gecasseerd op 26-4-1586 door Aeltgen Dirck Franckend, wde van Joost Dircksz DE RIDDER, etc.
   
   
   ×   Joost Dircksz de Ridder , † <8-1562.
   
   Joost Dircksz. de Ridder, won. Tienhoven, vermeld in de 100e penning van Tienhoven 1569/70, leenman van de Hofstad Vianen, beleend 3-3-1572, overl. vóór 25-6-1579.
   
   Voor deze familie De Ridder, zie: "Ons Voorgeslacht" 2009.
   
   
   ×   Cornelis Damen alias Rietveld .
   
   Adriaen Aertsz., won. aen de Suywendijck, is op 30-7-1598 schuldig aan de twee achtergelaten weeskinderen van Aelken Dirck Francken, als Annichgen ende Fychjen, geprocureert bij Cornelis Damen etc.
   
   
   4 kind(eren)



4. Franck Dircksz .



5. Marichgen Dircksdr .
   
   Meerkerk, 30-7-1565:
   Sophia, wde van Dirck Franckensz, Franck Dircksz voor hem zelf, Sijleff Martensz X Marichgen Dircksd., Harman Franckensz., als bloedvoogd v/d bejaarde weeskinderen van Dirck Franckensz en hem sterk makende met de schout als oppervoogd voor Peter, Jan, Gysbert, Aertgen (!) en Willem Dirckszonen en Floertgen Dircksdochter, transp. aan Peter Geritsz PIJLL een huis en hofstad a/d Zouwendijk op het dorp alhier, bov Jacob Goossensz met de Noordse weg en ben het kerckhoff, strekk. v/d Zouwendijk tot Melchior Nanninghsz cs.
   
   Meerkerk, 27-7-1585: Extra ordinaire rechtsdag.
   Mr Aerndt MENNINCK, als gemachtigde, van Cornelis Jan Ockersz., als voogd v/d weeskinderen van Claes Rutgersz, requirant, contra Marichgen Dirck Franckensdr., wde van Siloff Mertensz, gedaagde.
   
   Meerkerk, 12-12-1585:
   Aert MENNINCK, als gemachtigde van als gemachtigde van Cornelis Jan Ockersz als voogd v/d kinderen van za. Claes Rutgersz, verbiedt voor de 1e keer Marichgen Dirck Franckend wde van Geloff Martensz, de opganck en de
   affganck, etc.
   
   Meerkerk, 26-11-1587: Ordinaris rechtsdag.
   Nr Aerdt MENNINCK, als gemachtigde v/d voogden v/d weeskinderen van za Claes Rudtgersz, requirant, contra Marichgen Dirck Franckendr., huisvrouw van Corstandt Dircksz, gedaagde.
   
   Meerkerk, 7-11-1588: Ordinaris rechtsdag.
   Mr Aerdt MENNINCK, als gemachtigde van Cornelis Cornelisz., Jan Ockersz., als voogd v/d nagelaten weeskinderen van Claes Rudtgersz za., en voorn. Peter Dirck Franckensz., als voogd v/h weeskind van za. Marichgen Dirck Franckensz (verwekt door za. Siloff Martensz), gedaagden. Eiser eist betaling van 2 jaar verlopen rente (Cornelis Geritsz VAN NESCH was gehuwd met voorn. Marichgen Dirck Francken).
   
   
   ×   Sijleff Martensz (Siloff Mertensz) , † <8-1585.
   Er was een kind.
   
   Sijleff / Siloff / Geloff Martensz.
   
   
   × ? ±1587   Constandt Dircksz .
   Getr. tussen 12-12-1585 en 26-11-1587.
   
   
   1 kind(eren)



6. Willem Dircsz .



7. Gijsbert Dircksz .



8. Floertgen Dircks .