Quirijn Anthonisz
(Crijn Teunisz)
, * ±1565
, † 1634, [] Barendrecht .
Zoon van
?
.
Blijkens zijn verklaring in een akte van 31-5-1624 was Crijn Antonisz. toen omstreeks 60 jaar oud.
Crijn Teunisz. voer met marktschuiten van Barendrecht op Dordrecht (ca. 1594-1621). Hij was boer te West-Barendrecht. Aldaar en te Oost-Barendrecht was hij landeigenaar.
Rond 1594 voer hij tezamen met Arien Aelderden en Jacob Aelderden met twee marktschuiten vanuit de haven van de Nieuwe Sluis van Barendrecht naar Dordrecht. De grootste marktschuit kon 18 hoed Barendrechtse maat gerst vervoeren. Hij voer nog rond 1621, aldus de verklaring van 31-5-1624 voor schout en schepenen van West-Barendrecht en Carnisse, waarin hij gedetailleerd de vaarroute beschrijft.
In een Ridderkerkse akte van 17-3-1604 wordt de te Barendrecht wonende Crijn Toenys met Adryan Maerten Symons vermeld als voogd van de weeskinderen van Symon Bastiaensz.
Bij akte van 26-5-1618 kavelden enerzijds Cornelis van Beveren Jacobss. en anderzijds Dirck Foppen, Crijn Theuniss., Aert Jacobss., en Jannichgen Jans, weduwe van Aert Arienss., een aanwas tegen het tweede weer in West-Barendrecht. Crijn plaatste zijn handmerk onder de akte.
Op 23-6-1668 verschenen voor schout en schepenen van West-Barendrecht en Carnisse: Cornelis Jacobsen van Heyssen, secretaris wonende te Maasdam, mede voor zijn verdere zwagers), Dirck Willemsen, Pieter Heyndrickxsen van Goollen, man en voogd van Janneken Jacobs, wonende te IJsselmonde, Bastiaen Janssen Bysdom, wonende te Oost-Barendrecht, mede namens zijn broeder en zusters, Gerrit Bastiaensen en Jan Tonnissen, beide wonende onder de jurisdictie van Ridderkerk, mede voor Leendert Bastiaensen, Willem Jacobsen op Sluys en Maerten Jacobsen Vandrager, wonende op het dorp Barendrecht, mede voor Aryen Jacobsen op Sluys, en Pieter Gerritsen Krouff, wonende te ’sGravendeel, mede voor zijn twee zusters. Zij droegen voor 700 Car. gld. 750 roeden in het Oudeland van West-Barendrecht over aan joffrouw Dina van Dam, weduwe van Mr. Nicolaes van Leeuwen te Leiden.
Zijn weduwe hertr. op 25-3-1635 in Barendr. met Willem Bastiaensz. Bisdom, j.g. van Oost-Barendrecht.
×
Neeltgen Aerts
, † >1609.
×
(otr Barendrecht 9-4-1623)
Adriaentge Maertens
, † <1667.
Adriaentge is een dochter van Maerten Willem Jansz., boer te Oost-Barendrecht, en Marichje
Leendertsdr.
Adriaentge Maertensdr. vond haar tweede echtgenoot in een broeder van haar zwager Jan Bastiaensz. Bisdom, die was getrouwd met haar zuster Digne of Ingetje Maertensdr. Deze Willem zette het boerenbedrijf van haar eerste man voort; later samen met zijn stiefzoon Antonis Quirijnsz.
Kinderen:
-
Maritgen Crijnen
, * ±1585
, † >6-1639 .
×
1609
Bastiaen Lauwereijnsz (Bastiaen Laureijs) Schilperoort
, * ±1580
, † Strijen >1645.
5 kind(eren)
-
Anthonis Quirijnsz (Theunis Crijnsz)
, * 1625
, ~Barendrecht 28-9-1625
, † 1667 .
Hij was boer te West-Barendrecht, landeigenaar aid. en te Oost-Barendrecht.
In het in 1638 opgestelde kohier der 200e penning over Barendrecht werd ’Anthonis Crijnen naergelaten weeskint van Crijn Thonis’ aangeslagen voor 12 pond 10 stuivers. Na hem volgt in het kohier zijn stiefvader Willem Bastiaens met een aanslag van 20 pond.
Van zijn stiefvader Willem Bastiaensen Bisdom kreeg Antonis Krijne, beiden wonende in West-Barendrecht, op 11-12-1666 getransporteerd de helft in de ’huysinge, berghe, keeten, boomgaert, tuyn’ etc, waarin zij woonden en waarvoor hij 300 Car. gld. betaalde. Noordelijk was deze hofstede belend aan ’den Gemeenlantswaatering’, zuidelijk door ’den Gemeenlantsstraet van West-Barendrecht’, oostelijk door schout Outraet en westelijk door Heyndrick Outraet. Er werd gestipuleerd dat bij overlijden van een van beiden de langstlevende de helft van deze hofstede weer voor 300 gld. tot zich zou mogen nemen.
Op 6-1-1668, compareerden wederom te Oost-Barendrecht: Thonis Bastiaensen Schilperoort, wonende onder Strijen, voor hem zelf
en ook namens de kinderen van Louweris Bastiaensen Schilperoort, Cornelis Pleunen de Best, voor hem zelf en ook namens Arien Pietersen Schilperoort, en tevens hen allen voor de afwezige meerder- en minderjarige erfgenamen van de in Barendrecht overleden Antonis Krinnen. Zij transporteerden voor 795 Car. gld. 1morgen 550 roeden zaailand in het buitenland van Oost-Barendrecht aan Heyndrick Cornelissen Aendewegh, penningmeester van Barendrecht. Op 17-11-1667 hadden zij dit land aan Aendewegh verkocht bij akte gepasseerd voor notaris Karducx te Heerjansdam.
Overl. zonder nageslacht te Barendrecht tussen 13-6- en 1-9-1667.