Jan
van Langerak
, * ±1325
, † ±1378.
Zoon van
Gijsbrecht van Langerak
en
Bertha (Beerta) (van Zuylen)
.
Afb. Zegel van Jan van Langheraeck uit 1375
Naar schatting geb. ca. 1320-25.
hr. Jan van Langheraeck, ridder, heer van Nieuwpoort, vermeld 1330-78.
In 1356 bezat hij het goed Langerak (Ruitenborg) onder Mijnden.
Jan werd in 1376 beleend het huis en hofstede Langestein met 24 morgen land.
Jan was de jongste nagelaten zoon van Gijsbert van Langheraeck.
Na den dood van zijn oudere broeder Gijsbert, wordt Jan van Langheraec op 1 Juni 1353 door de grafelijkheid van Holland beleend met het huis te Langheraec en de 12 morgen land, waar het huis op staat, benevens den windmolen in Langerak.
In 1356-57 was Jan raad van graaf Willem V. Jan was in 1356-63 baljuw van Schoonhoven en Godua. Hij was raad van Jan van Blois in 1358-78. Jan was raad van hertog Albrecht 1359-60, 1367 en 1375-77. Hij was schout van o.a. Schoonhoven, Bergambacht en Stolwijk.
Sint Nicolaesavont 1362. Een brief waarbij Jan van Bloys etc. verklaart, dat de 100 £ zwarte tornoysen die sijn getrouwen ridder en man Heer Jan van Langerak van hem in leen houdt na zijn dood zullen komen aan zijn zoon Ghisebrecht van Langerak, di hij heeft tjegens ’s Heeren zuster van Heukelum, die sijn gesellinne was.
Belening met Het huis te Langerak met 12 morgen land, (1406: waar het op staat), en de windmolen (1589: de korenmolen) aldaar op
30-7-1353: Jan van Langerak, 1379: leenheer en ridder, na wandaad;
in 1390: Heer Gijsbert van Langerak met ledige hand;
2-3-1406: Jan van Langerak;
6-2-1482: Elburg, weduwe heer Rutger van Boetselaar, 25 schild jaarlijks, te komen op Michiel, haar zoon, 20 schild op heer Gijsbert, haar zoon, te Egmond, 20 schild op Lutgard, haar dochter, te Rijnsburg en de visserij van Langerak op Kunigonde haar dochter, te lossen met 600 schild, bevestigd door Wessel van Boetselaar, haar zoon;
20-3-1531: Lijftocht van Berta van Heukelum, gehuwd met Rutger van Boetselaar, heer van Asperen, gemaakt door Floris van Assendelft, heer van Goudriaan, kastelein van Gouda, haar zwager;
8-9-1587: Jacob Snoek voor Hendrik van Zuilen, burger van Utrecht, bij koop zoals Wessel van Boetselaar en Josina van Broekhuizen, weduwe Reiner van Azewijn, zei dat van Brakel zou roeren.
Belening met tienden van Ammersgraafland op
8-2-1359: Jan van Langerak, ridder, met 50 pond hollands voor zijn leven;
5-12-1362: Jan van Langerak, ridder, met 100 pond zwarten voor zijn leven, te komen op Gijsbert, zijn zoon bij wijlen de zuster van de heer van Heukelum;
21-12-1374: Gijsbert van Langerak bij dode van zijn vader voor zijn leven;
18-2-1405: Helmich van Doornik voor Johanna van Langerak, zijn vrouw, bij dode van heer Gijsbert van Langerak, haar vader, die verkreeg voor diens huwelijk met Margaretha, dochter van graaf Jan van Blois, zoals van Blois;
12-2-1410: Jan van Langerak bij overdracht door Helmich van Doornik voor Johanna, zijn zuster;
26-12-1430: Lijftocht van Agnes van den Naehuse, gehuwd met Jan van Langerak;
6-4-1439: Rutger van Boetselaar voor Elburg van Langerak, zijn vrouw, bij dode van heer Jan, haar vader;
7-8-1488: Wessel van Boetselaar bij dode van Elburg van Langerak, zijn moeder;
10-5-1493: Rutger van Boetselaar bij dode van Wessel, zijn vader.
Lekkerkerk, 1373:
De heer van Vianen voor de jonkvrouw van Ameide, heer Jan van Langerak en heer Herbaren van Liesveld verkopen hun vijfde delen van het goed van
Giessen, dat zij samen met de heren van Arkel en Brederode kochten, aan de heer
van Arkel, die nu vier vijfde heeft.
Otto, heer van Arkel, Reinout, heer van Brederode, heer van Gennep, Jan, heer van Ameide, Jan van Langerak en Herbaren van Liesveld, ridders, kopen het goed van de kinderen van Giessen tussen Lek en Merwede, dat met dijkrecht aan de leenheer was gekomen, voor 1400 pond hollands op 13-5-1369 en zij zullen nog 200 pond besteden voor herstel van de dijk voor het goed in de Waard, dat de kinderen aankwam van hun moeder.
D e n 22 Juni 1 3 5 0 was Jan van Langherake mede-borg bij het sluiten v a n h u w e l i j k s v o o r w a a r d e n tusschen Simoen van T e y l i n g h e n en joncfrou Berte, zuster van den b u r g g r a a f van M o n t f o o r t , Sueder van Montfoerde, beide kinderen van den b u r g g r a a f van M o n t f o o r t H e y n d r i c die Roever van M o n t f o r d e en van Agniese dochter van den ridder Gysbrecht heer van IJselsteyne.
Zie: Nederlandsche Leeuw 1950, 1952, 1994 en 2015.
Voor de (eerste) Heren van Langerak uit het Theylingse Huis, zie B. de Keijzer, Van Langerak - Van Zuylen, in: De Nederlandsche Leeuw 111 (1994), kol. 362-373.
Overleden tusschen 2 juli 1378 en 31 dec. 1379.
Den 25sten A p r i l 1378 was Jan van Langheraec, r i d d e r , nog in leven, maar 4 N o v e m b e r v a n dat jaar was hij overleden en werd er gesproken v a n de „heredes D o m i n i Johannis de Langreke m i l i t i s " , w i e r l a n d ligt in de jurisdictie van V a u d r i c (Varik).
×
NN. ("Elisabeth") van Heukelom
, † <1363.
×
Elisabeth van Wadenoijen
, † >9-1384.
Vrou Elisabeth van Wadenoy (wapen: in zilver twee zwarte dwarsbalken)
Kinderen:
-
Willem van Langerak
.
Willem van Langerak was heer van Wadenoijen. In 1405 werd hij beleeend met het dagelijkse gerecht van Wadenoijen. In 1420 deed hij hulde voorde leengoederen van zijn tweede vrouw.
Van hem wordt vermeld dat hij een broer was van Ghijsbrecht heer van Langerack.
Begin 15e eeuw behoorde "het dagelix gericht tot Wadenoyen, met zijnen toebehoren, te weten, de wind
ende de anval van der linge", toe aan Willem van Langerak (Langeraicke), beleend in 1405.
×
NN.
.
Mogelijk behoorde de eerste vrouw van deze Willem van Langerak tot de familie Van Haeften, maar daar is géén bewijs voor gevonden.
×
<7-1420
Otta (Otte) van Putten
.
Otte van Putten was weduwe van Arnt van Alpen heer Johansz. en zij was een dochter van Pelgrim van Putten.
1 kind(eren)
-
Bertha (Beerte) van Langerak
, * ±1350
, † ±1379 .
Hun eenige dochter, j o n c f r o u Barthe van Draeckenborch, maakt huwelijksvoorwaarden op 11 A p r i l 1393 met Elias van A m e r o n g e n . Bij deze acte wordt haar toegekend al het goed, dat haar is aanbestorven van haar grootvader har Jan van Langeraeck, maar daartegenover moet zij a f s t a n d doen van al het goed haar aangekomen v a n j o n c f r o u B a r t h e n , haar moeder. A l s medegave k r i j g t zij 2200 Geldersche guldens en v a n haar man, E l y a s van A m e r o n g e n , 100 G e l d . guldens ’s jaars als l i j f t o c h t .
H a a r man was bezitter v a n het H u i s te Amerongen.
N a haar spoedig overlijden i n 1380 is Vrederic van Draeckenborch nog twee keer h e r t r o u w d , eerst met Geert r u y t , dochter v a n heer A e r n t v a n H e u c k e l o m , r i d d e r , en v a n
’ D n a . Petronella de T w l ( T u i l ) 24 N o v e m b e r 1380 en na haar overlijden i n 1389, met Lysbet v a n H e r l a e r haren Jansdr. v a n H a r l a e r en v a n der H e u l e, i n 1395 4 9 ° ) , d i e ’ h e m
overleefd heeft en i n 1445 stierf. Vrederic van Draeckenborch zal vóór 1360 geboren zijn en overleed i n 1440. H i j was te U t r e c h t schepen i n de jaren 1379—1430, schepenburgemeester i n 1389, ’93, ’97 en 1401, en schout i n 1393, 1410 en 1411. I n de jaren, w a a r i n hij géén schepen was, bv. i n 1415, ’25, ’27, ’ 3 1 , ’33, ’35 en ’39, w e r d hij i n d i t amb t
en i n het schoutambt i n 1436—’38 o p g e v o l g d door zijn zoon, u i t zijn tweede h u w e l i j k met G e e r t r u y t v a n H e u c k e l o m , jonge V r e d e r i k v a n Draeckenborch , die g e t r o u w d was (10 N o v . 1425) met Cornelia v a n H o u d a e n , dochter v a n D i r c T a c t s v a n H o u d a e n en v a n j o n c f r . H a d e w i g h W a l v i s c h.
Overl. vóór 24 nov. 1380.
×
Frederik (Vrederic) van Draeckenborch
.
Otr. op 2-7-1378
.
Joncfrou Beerte van Langheraeck maakte huw. voorw. op 2 Juli 1378 met Vrederic van Draeckenborch, zoon van Wernaer Vredericssoon van Drakenburg en van diens tweede vrouw joncfrou Johanna Heren Jacobsdr. van Lichtenberch.
Frederik ging als wed.nr op 24-11-1380 een huw. contr. aan met Geertruyd van Heukelum, dr. van heer Arnoud van Heukelum en Petronella van Tuyl.
1 kind(eren)
-
Gijsbert Jansz van Langerak
, * ±1352
, † ±1399 .
×
Margaretha (Bertha) van Blois
, † <1380.
Dochter van
Jan (Jan II) van Blois-Châtillon
en
Sophia van Dalem
.
Margaretha van Blois-Châtillon was een buitenechtelijke dochter van Jan II de Châtillon uit de familie Van Blois. Jan II zou een zoon zijn van Louis de Châtillon en Johanna van Avesnes van Holland.
Margaretha’s moeder zou Sophia van Dalem van Dongen zijn, dochter van Floris Roelofsz. van Dalem en Ave van Rijswijck.
Dat is een boel speculatie.
Margaretha van Blois was de echtgenote van Gijsbrecht van Langerak, geb. ca. 1355, heer van Langerak en half Nieuwpoort 1378, overl. na 3-5-1398, vóór 1400 (zn. van Jan van Langerak, ridder, heer van Langerak en half Nieuwpoort, baljuw van Schoonhoven en Ter Goude).
Vermast laat Margaretha van Blois overlijden in 1387, waardoor sprake was van "het pas na 1387 gesloten tweede huwelijk van Gijsbrecht", maar De Keijzer noemt i.e.g. Jan, Willem, Berta en een tweede Johanna als kinderen uit Gijsbert’s 2e huwelijk met Johanna van Drongelen, dat dan toch eerder gesloten zou moeten zijn.
×
<1395
Johanna van Drongelen
, † <11-1442.
Dochter van
Willem ("Jan") van Drongelen
en
Hadewich van der Merwede
.
Het huwelijk van Gijsbert van Langerak en Johanna van Drongelen is spaarzaam gedocumenteerd. Vermast laat Margaretha van Blois overlijden in 1387, waardoor sprake was van "het pas na 1387 gesloten tweede huwelijk van Gijsbrecht", maar De Keijzer noemt i.e.g. Jan, Willem, Berta en een tweede Johanna (en mogelijk ook Gijsbert) als kinderen uit Gijsbert’s 2e huwelijk met Johanna van Drongelen, dat dan toch eerder gesloten zou moeten zijn.
Johanna van Drongelen van Heusden, vrouwe van Drongelen.
Zij woonde op eind 1428 in Oegstgeest nabij de Abdij Rijnsburg.
Johanna van Heusden van Drongelen is ongetwijfeld een dochter van de heer van Drongelen, ridder, heer van Eethen en Meeuwen, vermeld 1364-1374, overleden vóór 1376, gehuwd met Hadewig van der Merwede, een dochter van heer Daniël van der Merwede en Johanna Both van der Eem.
Overl. tussen 2 juni 1439 en 15 okt. 1442.
10 kind(eren)
-
Gijsbert (Gijsbert de Bastaard) van Langerak
, * <1355
, † >1376 .
Jan van Langerak had ook een buitenechtelijke zoon genaamd Gijsbert, die als klerk tijdelijk in dienst was bij Jan van Blois tijdens diens reis naar Geldre in 1371-72.
- ??
Sijmon van Langerak
, * <1360
, † >1384 .
Jan is vermoedelijk ook de vader van een bastaard genaamd Symon Janszoon van Langerak, vermeld te Utrecht in 1375, 1384 en 1385.
Symon schijnt een onrustigen levensloop gehad te hebben; d i t k a n b l i j k e n uit een register van crimineele sententien van de stad Utrecht:
- , , Int jaer van L X X V ( = 1375) des V r i d a g h e s voer Z i n t e K a t a r i n e n dach ( = 23 N o v e m b e r ) wert Symon Janssoen van Langheraec de Stat verboden t w e jaer lang om dat h i dwaesl i k e n g h e w a n d e r t hadde bi nachte ende b i d a g h e " en voorts
— " I n t jaer v a n L X X X I I I I ( = 1384) des D i n x d a g h e s na ’ Z i n t e A n g n i e t e n dach ( = 26 Januari) w e r t Symon van, Langheraec o n t b o r g h e rt ter clockèn om dat h i gheboden was ende m i t allen boden v e r v o l c h t dat h i ghegaen zoude hebben inder Stat slot (gevangenis!) des h i overhoric h w a r t ende n y e t doen en w o u d e "