Gijsbert Maertensz , * ±1613 , † >1671.
Zoon van Maerten Dircksz en Jacobgen Adriaensdr (Jaepgen Arijensdr) .

Vlg. opgaaf rond 1613, maar wsl. vóór 1608 geb., afgaande op het testament van zijn ouders.

Gijsbert was bouman en broodbakker te Langerak.

Hij is één van de kinderen van Maerten Dircxz, bouwman te Langerak op Sevenhoven, en Jacobgen Adriaens.

Op 12 juni 1636 transporteren Gijsbert en Bastiaen Maertensz., Thijs Jansz., als man en voogd van Maritgen Maertensdr., Adriaentgen Maertensdr., geassisteerd met Gijsbert Maertensz., Anna Maertensdr. als last hebbende van haar man Pieter Crijnen, geassisteerd met Gijsbert Maertensz., Trijntgen Huijbertsdr., geassisteerd met Bastiaen Maertensz., en Gijsbert Maertensz., als voogd van het weeskind van Helmich Maertensz., en samen voor Jan Jansz., als man en voogd van Geertgen Maertensdr., en voor Quirijn en Dirck Aertsz., samen erfgenamen van Maerten Dircksz. en Jacobje Ariensdr., aan Wouter Maertensz., het vierde part van de helft van twee hennepakkers en twee kampjes weiland, gelegen op Gelkenes, achter ‘‘t Gelkenesse veer’. Vervolgens gaat de akte verder met nog een verkoop. Gijsbert en Bastiaen Maertensz., Mathijs Jansz., Anneke en Adriaentgen Maertensdr., Bastiaen Maertensz., als procuratie hebbende van Wouter Maertensz., en van Jan Jansz. en Quirijn en Dirck Aertsz., Aelbert en Cornelis Claesz., en Aelbert Claesz. als voogd van het nagelaten weeskind van Floortgen Claesdr. verwekt bij Jacob Thijsz., en Gijsbert Maertensz., als voogd van het weeskind van Helmich Maertensz., samen erfgenamen van Adriaen Maertensz. en Neeltgen Claesdr., voor de ene helft, en Bastiaen Maertensz., uit kracht van de voorschreven procuratie van Wouter Maertensz. met zijn huisvrouw present, voor de andere helft, verkopen aan Jan Willemsz., burger van Nieuwpoort, de ene helft van voorschreven twee kampjes hennep- en weiland, voor 475 car. gld.

Op 15-7-1643 comp. Gijsbert Meertens, man en voogd van Hendrickje Cornelis Alblas, en heeft schuld aan Philips Teunis.

Op 28-5-1647 comp. Gijsbert Meertens, man en voocht van Henrichje Cornelis, en transp. [iets] aan Andries Bastiaens Alblas.
Zie: "Gens Nostra" 2009 en "Utrechtse Parentelen", deel 6 & aanv.

1. Bastiaen Gijsbertsz , † >2-1683 .
   
   × <1662   Marrigje Adriaens (Maritgen Adriaens) Alblas , † >10-1664.
       Dochter van Adriaen Bastiaensz Alblas en Maritgen Thonis de Heer .
   Zij waren achterneef en -nicht. Als weduwnaar zou Bastiaan hertrouwen met Annetge Cornelis en met haar een zoon Cornelis laten dopen op 12-11-1673 in Nieuwpoort. Met Maritgen had Bastiaen een zoon Arien.
   
   Maritgen AdriaensDr. Alblas, dochter van Adriaen Bastiaensz. Alblas, in 1629 schout van Langerak.
   Overl. ná okt. 1664, mogelijk rond 1667.
   
   
   × ±1672   Annigje Cornelis den Uijl , * ±1650 .
   
   2 kind(eren)



2. Maerten Gijsberts , *Langerak ±1634 , † >7-1698 .
   
   Maerten was een zoon van Gijsbert Maertensz en Hendrickgen Cornelis Alblas.
   
   Aanvankelijk woonde Maerten te Langerak, waar hij watermolenaar was in de periode 1654-1663, en daarna woonde hij buiten de stad Dordrecht.
   
   Maertens zoon Jan is tuinman van beroep, net als schoonzoon Dirck Cornelisz. van Toll. De schoonzoons Van der Koog en Vernes zijn houtzaagmolenaar resp. volmolenaar.
   Beroep: Watermolenaar van 1654 tot 1663
   
   
   × <1664   Neeltgen Jans , *Dubbeldam 1632 , ~Dubbeldam 28-3-1632 , † >8-8-1698.
   
   Neeltgen was een dochter van Jan Dircxz, bouman van Ridderkerck en wonend te Dubbeldam, en Pieterken Hermansdr, die op 18-3-1625 in Dordrecht trouwden. Jan Dircxz was eerder gehuwd geweest en was 1637 opnieuw hertrouwd.
   Neeltgen had volle zusters Aechgien en Marijken.
   Zie: "Gens Nostra" 2009 en "Utrechtse Parentelen", deel 6.
   
   
   5 kind(eren)