Cornelis Blasius
(Cornelis Blaesen)
Blijgeest
, * 1617
, ~Ridderkerk 9-7-1617
, † ±1678.
Zoon van
Blasius Cornelissen (Blaes Cornelis) Blijgeest
en
Anneken Cornelis
.
Cornelis Blaesen
trad op als getuige bij
de doop van
Bastiaen Aertsz Nugteren
,
de doop van
Arien Goosen Bom
,
de doop van
Bastiaen Aertsz Nugteren
.
Afb. Ridderkerk
Doopget. Neeltgen Gijssen.
Cornelis Bleijgeest was boer aan de Molendijk in de Oud-Reijerwaard.
Cornelis Blasen wordt genoemd in het van 16 jan. 1645 daterende testament van zijn vader Blasius Cornelisz.
Ridderkerk, maart 1646:
In ’t omgaen hebben wij verscheijden onlusten ende twisten gevonden onder
- Cornelis Meeusen [en] Teeuw Meeusen, ter eener sijde, ende
- den Ouden Nuchteren, sijn soonen Aert, Jacob, Cornelis Nuchteren en Cornelis Blaesen, ter andre sijde.
Sijn daerop tot den predicant ontboden, en sijn gehoort tegen malkanderen in presentie en bijwesen van twee ouderlingen, Arien Aertsen Kalis, en Leendert Henrricsen in ’t Velt. Ende daernae is haer een middel voorgeslagen om tot accoort te komen, ’t welck sij altermael aennaemen, en sijn in min en liefde gescheijden.
In de zomer van 1646 in Ridderkerk hebben "Cornelis Meusen ende Cornelis Blaesen gevochten of malkanderen geslaegen". Er volgde weer een verzening en zij zouden "daer over hertelijck vermaent worden haer van sulckx voortaen te wachten, ende Cornelis Meeusen vooral van drincken, waeruit sulcke ongeregeltheden voorkomen".
Ridderkerk, 30-6-1647: "Twist en oneenicheijt" tussen Arien Ariensen jonghe Nuchteren en Cornelis Blaesen, zijn zwager, "die aen malkanderen hadden geweest".
Bastiaen Arijensz Notenboom te Oud Beijerland aan de Sinckweg, verklaart op 23-6-1648 in Ridderkerk schuldig te zijn aan Pieter Arijen Jaspersz te Krimpen een bedrag van 400 ca: gulden. Arijen Arijensz ouden Nuchteren te Ridderkerk, Huijch Gijsbrechtsz Nuchteren te Groote Lindt, Jacob Arijensz Nuchteren en Cornelis Blaeses(Blasyus) Blijgeest, beiden te Ridderkerk, stellen zich borg.
In Ridderkerk op 27-6-1649 "sijn tot den predicant gekomen Arien Ariensen Nugteren de jonghe ende Cornelis Blaesen, hebbende eenige questie over een seker hout, dat Arien sonder consent van Cornelis hadde aen sijnen wagen laeten maecken. Ende sijn door tusschenspreekcen van den predicant, Jan Roelen ende Pieter Hendricksen, met malkanderen wederom versoent, beloven beijde eenen rijcxdaelder voor den armen te geven, die naemaels de eerste oorsaecke sal geven tot twist, of oneenigheijt onder haer beijden. ’t Welck sij aen het oordeel des kerckenraets stelden.
Ridderkerk, 1652: Cornelis Blaesen, hem in dronckenschap verloopen hebbende, is daerover in tegenwoordigheijt van de heelen kerckenraet bestraft. Heeft leetwesen getoont ende belofte gedaen hem beter te sullen wachten nae desen.
In 1652 was sprake Cornelis Blasius Blijgeest "aan de Molendijck voor Oud-Reyerwaard".
Op 9-4-1653 heeft de kerkeraad van Ridderkerk vergaderd, alwaer Arien Ariensen Nuchteren en Cornelis Blasen sijn verschenen. Dogh alsoo de beschuldinghe, waermede Arien Ariensen Cornelis Blasen beschuldeigde, rakende eenige hueringe van landen, niet en konde bewaerheijt worden, sijn se tot rechte beprovinge haers selfs vermaent. Waerop Arien voornomet, bij ’t sijne persisterende, van de H. Tafel heeft beabsenteert, maer Cornelis Blasen is verschenen.
Dat H. ende hooghwaerde Avontmael onses Salighmakers is gehouden op den 13den april ende sijn de broeders daernae met dancksegginge gescheijden.
Op 27-9-1654 in Ridderkerk was opnieuw "onlust en twist bevonden tusschen Cornelis Blasen ende Arien Ariensen Nuchteren, swagers, hadde boven den voorgaende twist met hevige woorden den anderen bejegent. Ende den woondaghs daeraen is Arien Ariens voor den kerckenraet verschenen, maer Cornelis Blasen niet".
In Ridderkerk op 16-12-1654 werden bij de kerkenraad ontboden:
Cornelis Blasen en Arien Nuchteren, sijnen swager, om te besien of men haer konde vereenigen over de voorgaende questien. Maer Arien weijgerde versoeninge, niet tegenstaende sijn swager ende kerckenraet hem baden en met alle redenen hem daertoe sochten te permoveren. En soo is Arien voornoemt van de kerckenraet aengeseijt, dat hij soo langh hij onversoent is, niet aen de Tafel des Heeren en sal mogen komen.
En dat Cornelis Blasen voor de aenstaende Reijse mede niet stichtelijc en sal konnen komen aen de H. Tafel, vermits hij hantgemeijn geweest hadde met sijnen swager voornoemt. Doch dat hij tegen Paeschen eerst komende soude mogen verschijnen, indien hij hier voor de vergaderinge leetwesen betoonden.
Pas op 27 juni 1655 hebben Cornelis Blaesen en Arien Nuchteren malkanderen alles vergeven, van alle het gepasseerde leetsewen toonende [..] en beloovende in ’t toekomende betere gehoorsaemheijt. En soo souden deselve beijde wederom aen de H. Tafel ontfangen worden.
Cornelis Blasius Blijgeest, wonende aan de Molendijk, oud heemraad te Ridderkerk, en Ariaentgen Arijens Nuchteren, echtpaar benoemen elkaar tot erfgenaam en voogd op 23-10-1661 in Ridderkerk.
Adres: Molendijk, Ridderkerk van 1661 tot 1661
Hij was Kerkmeester van Ridderkerk.
Functie: Heemraad te Ridderkerk van 1650 tot 1659
Overl. tussen juli 1677 en 20-12-1679.
×
Ridderkerk 22-11-1643
(otr Ridderkerk 1-11-1643)
Ariaentje Ariens (Annitgen Ariens) Nugteren
, *Ridderkerk ±1606
, ~Ridderkerk 25-2-1607
, † <8-1667.
Zij waren j.m. en j.d. van en wonende te Ridderkerk.
Cornelis Blasius Blijgeest, wonende aan de Molendijk, oud heemraad te Ridderkerk, en Ariaentgen Arijens Nuchteren, echtpaar benoemen elkaar tot erfgenaam en voogd op 23-10-1661 in Ridderkerk.
×
Overschie 19-6-1667
(otr Overschie 24-5-1667)
Rusje Japiks (Ruffie Jacobs) van der Ende
, *Schiebroek ±1635
, † Barendrecht 10-3-1700.
Ruffie Jacobs
trad op als getuige bij
de doop van
Teuntje Pieters
(?)
,
de doop van
Cornelis Quirijnen Huijser
,
de doop van
Arjaentje Krijne Huijser
,
de doop van
Teuntje Pieters Smith
.
Eerste gebod op 24 mei op voorschrijven van Overschie; te Ridderkerk bescheid gegeven om te Overschie te trouwen op 12 juni.
Cornelis was weduwnaar, wonende te Ridderkerk. Rusje was j.d., wonende op Schieveen onder Overschie.
Zij was een dochter van Jacob van der Ende/Eynde en Aafje Hermans. De naam Rusje kwam wsl. van de familie van Aafje.
Ruste Jacobs van den Ende, huysvrouw van Corn. Blasen Blijgeest, op 29 Juny 1667 lidmaat in Ridderkerk met att. van Overschie.
[Een] Rusje Jacobs was op 30-6-1669 in Ridderkerk getuige bij de doop van Teuntje, dochter van Pieter Willemsen en Maijken Ariens.
Ridderkerk, 20-12-1679:
- Rusie Jacobs van den Ende, weduwe van Cornelis Blasen Blijgeest, wonende alhier, en geassisteerd door Pieter Bastiaensz Schipper, heemraad, haar zwager als haar gekozen voogd in deze ter ene, en
- Gosen Ariensz Bom, wonende mede alhier als oom en bloedvoogd over het nagelaten weeskind van de voornoemde Cornelis Blasen verwekt bij Rusie Jacobs, geassisteerd door mij notaris [Pieter van Gilst], ter andere zijde.
Voornoemde weduwe zal haar kind met name Aeriaentie Cornelis Blijgeest tot haar mondige dage of huwelijk opvoeden en onderhouden.
Ridderkerk, den 7 januarij 1680:
- Daniel Ariens Hordijk, j.m. van Barendrecht, met
- Rusje Jacobs vander Ende, weduw. an Corn. Blasen.
Alhier getrout den 28 januarij 1680. En hebben Trouwbrieff gelight den 11e febr. 1680.
Ridderkerk, 11-1-1684: Testament.
Daniel Ariensz Hordijck (ziek op bed) en Ruffie Jacobs van der Eijnde, echtpaar wonende aan de Molendijk te Ridderkerk. Daniel benoemt Ruffie tot zijn wettige erfgenaam, wel dient zij zes weken na zijn overlijden aan zijn vrienden en erfgenamen ab intestato 2 gulden en 10 stuivers uit te keren. Als Ruffie als eerste overlijdt dient haar nalatenschap in tweeën te worden gedeeld, 1 helft of kindsgedeelte voor haar dochter Ariaentie Cornelisz (verwekt door Cornelis Blasius Blijgeest) en de andere helft voor Daniel.
Kinderen:
-
Anneken Cornelisse (Annitgen Cornelis) Blijgeest
, * 1647
, ~Ridderkerk 4-8-1647
, † ±1678 .
×
Dordrecht 17-6-1672
Quirijn (Krijn Pietersz) Huijser
, * 1645
, ~Ridderkerk 30-7-1645
, † 12-1712, [] Ridderkerk 19-12-1712.
3 kind(eren)
-
Ariaentje Cornelisse Blijgeest
, * 1668
, ~Ridderkerk 16-9-1668
, † ±1670 .
Test. Leentjen Jacobs en Annighen Cornelis.
-
Ariaentje Cornelisse (Aeriaentie Cornelis) Blijgeest
, * 1671
, ~Ridderkerk 11-10-1671
, [] Alblasserdam ±6-11-1732.
Aeriaentie Cornelis
trad op als getuige bij
de doop van
Cornelis Dirksz van Krimpen
.
Den 11& October. Cornelis Blasen Blijgeest, Rusje Jacobs, haer kind Ariaentje. Testes Pieter Bastiaensen Schipper, Aeghjen Hermans.
Ridderkerk, 20-12-1679:
- Rusie Jacobs van den Ende, weduwe van Cornelis Blasen Blijgeest, wonende alhier, en geassisteerd door Pieter Bastiaensz Schipper, heemraad, haar zwager als haar gekozen voogd in deze ter ene, en
- Gosen Ariensz Bom, wonende mede alhier als oom en bloedvoogd over het nagelaten weeskind van de voornoemde Cornelis Blasen verwekt bij Rusie Jacobs, geassisteerd door mij notaris [Pieter van Gilst], ter andere zijde.
Voornoemde weduwe zal haar kind met name Aeriaentie Cornelis Blijgeest tot haar mondige dage of huwelijk opvoeden en onderhouden.
Ridderkerk, 11-1-1684:
Daniel Ariensz Hordijck (ziek op bed) en Ruffie Jacobs van der Eijnde, echtpaar wonende aan de Molendijk te Ridderkerk. Daniel benoemt Ruffie tot zijn wettige erfgenaam, wel dient zij zes weken na zijn overlijden aan zijn vrienden en erfgenamen ab intestato 2 gulden en 10 stuivers uit te keren. Als Ruffie als eerste overlijdt dient haar nalatenschap in tweeën te worden gedeeld, 1 helft of kindsgedeelte voor haar dochter Ariaentie Cornelisz (verwekt door Cornelis Blasius Blijgeest) en de andere helft voor Daniel.
Ariaantje Cornelisse Blijgeest werd in haar laatste levensjaar door de diaconie door de winter geholpen. Zij werd aanvankelijk op kosten van de diaconie begraven. Na haar dood werden er nog gelden aangetroffen, terwijl haar inboedel door de diaconie werd verkocht, zodat het de diaconie uiteindelijk geen geld kostte.
Op 6-11-1732, "Nogh gevangen als gelt bij Aeriantje Meelis na haer doot, 7.3.0. 11 dito, nogh gemaackt int erfhuys van Ariantje Meelis, 31.11.0."
×
Alblasserdam 14-1-1703
Melis Ariensz Verschoor
, † Alblasserdam ±28-10-1717.
Otr. op 22-12-1703
.
Melis Ariensz Verschoor was weduwnaar van Neeltje Klaesse Brand en Marigje Dirks Dekker. Gaarder trouwen 22.12.1703: wonende onder Rijsoort.
Melis Ariense Verschoor was boer. Hij was waardsman van de Vinkepolder in 1684-86. Ook "Den Nieuwenboer" genoemd. In 1686-88 was hij H.G. armmeester in Alblasserdam.
Melis zou een zoon zijn van landbouwer Arien Hermensz. Verschoor en Lijsbeth Aarts.
Bij de doop op 18 juli 1683 te Woudrichem van het kind van Pieterken Ariens Verschoor en Matthijs van Balen, genaamd Adriaen (Arien) van Balen, treedt Melis Ariens Verschoor als getuige op.
"Melis Arijensz, weduwnaar van Neeltje Claes Brant, draagt over aan Jacob Claesz Brant, sijn swager, 1 m 410 r weij, hooij en ackerlant s.s. in Claes Brande hofstede in de 2 oosterse weren, ongecavelt, geerfd van haer ouders, streckende.. plus twee kennipwerfies in ’t 3e weer aen de oostzijde van de huysinge" op 9-4-1696.
Melis was bij zijn overlijden minvermogend, maar werd voordien niet in de rekeningen van de diaconie aangetroffen, zodat hij kennelijk geen beroep op steun heeft hoeven te doen
2 kind(eren)