Adriaantje Joris Jansdr
, * ±1560
.
Dochter van
Joris Jansz ( Bol)
en
Emmeken Claesdr van Beveren
.
Geschat geboortejaar.
Zij had een oom Aert Jansz. en een broer Steven Jacobsz. van der Mast. Zij hertr. Jan Pietersz. Vinkc, schepen van Mijnsheerenland 1606-9.
Mijnsheerenland, 3 december 1573:
Pieter van Brugge, ev Geertruyt de Vries Jacobsdr., Jacob de Vries Jacobsz. en Adriaen de Vries Jacobsz. grondkavelen tezamen met Cornelis Adriaen Ghijsensz., e.v. Emmeke van Beveren Claesdr., eerder weduwe van Joris Jansz., en Aert Jansz. als voogd van Ariaentge Joris Jansdr. 2 stukken land in het OvM, strekkende van de Zuidweg tot aan de Noord- of Achterweg.
Mijnsheerenland, 23 maart 1575:
Cornelis Adriaensz. Ghijsen, weduwnaar van Emmichge van Beveren Claesdr., Steven Jacobsz. en Pleun Huigensz., e.v. Marichge, tezamen mede kinderen van de overledene Emmichge van Beveren, verkopen aan Aert Jansz., voogd van Ariaentge Joris Jansdr., 1 mrg en 25 roe land in het OvM in een hoeve ter grootte van 5 morgen.
Mijnsheerenland, 10 oktober 1608:
Jan Pieters Vinck heemraad verkoopt aan de vier meerderjarige en minderjarige kinderen van t Adriapn Anthonis vam
Driell: Joris, Aert, Cornelis en Cornelia een losrente van ƒ100,— en een losrente van ƒ1600,—. Hij hypothequeert 7 morgen 500 roe in het Oude Land.
Mijnsheerenland, 20 juni 1614:
Jan Pietersz. Vinck, gehuwd met de weduwe van Ariaen Thonis van Driel, geassisteerd met Steven Jacobsz. van der Mast, broeder van zijn vrouw, Joris Adriaens, Neeltge Adriaens, Aert Adriaens, Cornelis Adriaens geassisteerd met hun voocht Anthonis Comélis Loduwijcx kavelen.
Mijnsheerenland, 18 maart 1615:
Joris Adriaens van Driel, Cornelis Adriaens van Driel, ter eenre,
Aert Adriaens van Driel en Neeltge Adriaens van Driel geassisteerd, met Anthonis Cornelis Lodewijcxs gecoren voocht, kinderen en erfgenamen van Adriaen Thonis van Driel.
Boedelscheiding. Bezitten veel land o.a. in Out Heynenoort, het Oude Land van Moerkerken, in Bonaventura onder Puttershoek. Er is nog sprake van de erfgenamen van Nyesgen Cornelis van Driel in Cleyne Lindt.
Mijnsheerenland, 23 december 1616:
Jan Pietersz. Vinck, getrouwd met de weduwe van Adriaen Thonisz. van Driel, verklaart in presentatie van Steven Jacobsz. van der Mast, de broeder van zijn huisvrouw, en meer anderen personen een eeuwige en deugdelijke erfscheiding en grondkaveling gedaan te hebben van hun eigen landen. Genoemd: Joris Adriaensz., Aert Adriaensz., Cornelis Adriaensz. en Neeltge Adriaensdr.
Mijnsheerenland, 24 april 1621:
Jan Pietersz. Vinck verkoopt aan Agnietge Adriaensdochter, weduwe van Cornelis IJsbrantsz. aan de Blaak, 3 mrg bouwland in het OvM in een stuk van 4 morgen, voet onder voet met Aert Jansz., lakenkoper te Dordrecht, en de erfgenamen van Lenert Cornelisz. te Alblas; Oost het water van de Maas, zuid de Zwanegatse veerdam, west de weg strekkende naar de Blaak en noord Herman Godschalksz. Dit land is de huisvrouw van Jan Pietersz. Vinck aangekomen mits het overlijden van haar oom Aert Jansz. Het land is verkocht de landmorgen voor 600 gulden. Met onderschrift van Pieter Cornelisz. Romeijn.
Voor haar voorouders zie: Ons Voorgeslacht 1986.
×
<1595
Adriaen Anthonisz (Adriaen Thonisz) van Driel
, † 29-11-1597.
×
<1617
Jan Pietersz Vinck
, † >1624.
Eind 1616 was sprake van "Jan Pietersz. Vinck, getrouwd met de weduwe van Adriaen Thonisz. van Driel".
Jan Pietersz. Vinck, mede-heemraad in Mijnsheereland, had een broer Pieter Pietersz. Vinck, die op 28-7-1619 optrad als borg voor hem.
Kleine Lind, 11 juni 1603: Jan Pieters Vinck te Mijnsheerenland transporteert 1 morgen 350 roe aan
Anthonis Cornelifiz. Lodewijckx in een stuk van 6 morgen gemeen met de weduwe van Cornelis Tunis Loedewijcks cum suis, ten behoeve van de weeskinderen van
Arien van Driell Anthonisse.
Mijnsheerenland, 20 maart 1606 : Jan Pietersz. Vinck bekent verkocht te hebben aan Adriaen Adriaensz. Vinck, voogd van de nagelaten weeskinderen van Annetge Adriaensdr., verwekt door Pieter Pietersz. Vinck op de Westmaas, een jaarlijkse losrente ten bedrage van 42 Carolusgulden, 10 stuivers en 2 penningen Hollands, te lossen met de hoofdsom van 300 Cgld. Hij verzekert de jaarlijkse losrente op 10 morgen en 300 roeden vrij eigen land, gelegen in het Oudeland van Moerkercken. Noord: de gemeenlandse waterloop. Bewust land is zijn huisvrouw aangekomen bij overlijden van Aert Jansz., haar oom.
De rentebrief is vervallen op 1 december 1627.
Op 7 april 1632 was er sprake van "zaliger Jan Pietersz. Vinck".
Kinderen:
-
Joris Adriaensz van Driel
, * ±1590
, † <9-1654 .
Joris van Driel Adriaensz.
In de periode 1625-1628 was Joris Adriaensz. van Driel één van de heemraden van Mijnsheerenland.
Aert Jorisz. van Driel en Lenert Jacobsz Poortegael, tr. Willemtgen Joris van Driel zijn kinderen en erfgenamen van Joris Adriaensz. van Driel en Machtelt Ariensdr. in Klaaswaal.
Mijnsheerenland, 18 maart 1615:
* Joris Adriaens van Driel, Cornelis Adriaens van Driel, ter eenre,
Aert Adriaens van Driel en Neeltge Adriaens van Driel geassisteerd, met Anthonis Cornelis Lodewijcxs gecoren voocht, kinderen en erfgenamen van Adriaen Thonis van Driel.
Boedelscheiding. Bezitten veel land o.a. in Out Heynenoort, het Oude Land van Moerkerken, in Bonaventura onder Puttershoek. Er is nog sprake van de erfgenamen van Nyesgen Cornelis van Driel in Cleyne Lindt.
* Joris Adriaensz. van Driel en Neeltge Adriaensdr. van Driel bekennen met elkander al hun eigenlanden gegrondkaveld te hebben. O.a. een stuk land ter grootte van 3 morgen en 100 roe, genaamd Rosendael en 3 mrg 303 roe land met het huis, de schuur en een boomgaard, staande en gelegen in het Oudeland van Moerkercken, gemeen met de erfgenamen van Jan en Lenert Cornelisz. tot Ablas; gekocht van Jacob Adriaensz. Ruijter. Genoemd: Adriaen Claesz., echtgenoot van Neeltge Adriaensdr. van Driel. Met handtekening van Adriaen Adriaensz. van Driel. Zeer uitvoerige kavelcedulle.
Een Eewout Adriaan Korvincxsz., wonende in Geervliet en vader van Adriaan Ee(u)-woutsz. Smoor, weduwnaar van Wilhelmina Adriaan Dirksdr. wordt op 21-9-1619 in Mijnsheerenland genoemd. Zijn zoon Adriaan Eewoutsz. heeft dan een weeskind, genaamd Eeuwout Adriaansz., oud ca. 1 jaar. De overleden Wilhelmina heeft een zuster Machteld Adriaan Dirksdr., gehuwd met Joris Adriaansz. van Driel.
Mijnsheerenland, 1615:
Joris Adriaensz. van Driel en Cornelis Adriaensz. van Driel scheiden de boel tussen hen en Aert Adriaensz. en Neeltgen Adriaensdr. van Driel; kinderen en erfgenamen van Adriaen Thonisz. van Driel.
Joris Cornelisz. van Driel is aangekavelt: 10 morgen en 300 roeden land in de stede van wijlen Aert Jansz., gelegen in het Oudeland van Moerkercken. Verder 3 morgen land aan de Maaskant.
Joris van Driel is nog aangekomen de helft van 3 morgen en 303 roeden land met een huis(inge), berg, schuur en boomgaard, liggende en staande in het Oudeland van Moerkercken, gemeen met de erfgenamen van Leendert Cornelisz. tot Alblas, gekocht van Jacob Adriaensz. Ruijter.
Schout en heemraden in Mhld taxeren op 9-7-1622 op verzoek van Joris Adriaensz. van Driel c.s. 400 roeden eigen land met huis, berg en schuren daarop staande. De 400 roeden worden geschat op 800 Cgld.
Mijnsheerenland, 6 augustus 1623: Joris Adriaensz. van Driel, Aert Adriaensz. van Driel, Cornelis Adriaensz. van Driel en hun
zwager Adriaen Claesz. Lem bekennen schuldig te zijn aan de Heilige Geest in Mijnsheerenland de som van 415 gulden, 8 stuivers en 9 penningen Hollands, dewelke som zij ontvangen hebben uit handen van Cornelis Cornelisz. jonge Boer, die zij schuldig zijn geweest als borg voor Jan Pietersz. Vinck en welke som de voornoemde Boer tot zijn last genomen had om de beloofde koopsom van de bouwstede door Cornelis Cornelisz. van Jan Pietersz. Vinck overgenomen, te waarborgen, De koopsom is gehypothekeerd op 1 morgen cijnsland. De koopsom wordt op 12 juni 1632 afgelost door Joris Adriaensz. van Driel, welke som daarna wordt overgenomen door Adriaen Simonsz. in ’t Velt.
De dienstknecht Lenert Gerritsz., oud 29 jaar en wonende bij Joris Adriaensz. van Driel, getuigt op 18-7-1624 voor het gerecht in Mijnsheerenland op verzoek van Anthonis Simonsz., korenmolenaar van de Westmaas.
Joris Adriaensz. van Driel wpordt op 10-6-1634 in Mijnsheerenland bij een belending genoemd.
Dordrecht, 3 juni 1639: Joris Ariensz. van Driel en Machtelt Adriaens testeren.
Klaaswaal, 1 juni 1645: Zij testeren weer, wonende in Nieuw Cromstrijen. Eveneens op 18 oktober 1649.
Klaaswaal, 18 oktober 1649: Joris Adryaens van Dryel, schepen, en Machtelt Adriaens noemen in hun testament Leendert, zoon van Adriaen Joris van Dryel en Maertgen Lenerts, welke laatste nu getrouwd is met Cornelis Jansz. in ’t Velt.
×
<1620
Machtelt Adriaen Dirksdr
, † <4-1668.
Dochter van
Adriaan Dirksz
en
?
Kinderen: Adriaen, Aert, Willemtgen en Bastiaentge.
Machtelt is een dochter van Adriaan Dirksz. uit de Korendijk en een zuster van Wilhelmina Adriaan Dirksdr., overleden echtgenote van Adriaan Eeuwoutsz. Smoor.
Machtelt was weduwe van Maerten Jacobsz.
Mijnsheerenland, 21 september 1619:
Adriaan Eeuwoutsz. Smoor, weduwnaar van Wilhelmina Adriaan Dirksdr., doet samen met de voogden uitkoop en vertichting t.b.v. zijn weeskind.
Genoemd: Eewout Adriaan Korvincxsz., wonende in Geervliet en vader van Adriaan Ee(u)woutsz., Adriaan Dirksz. uit de Korendijk, vader van de overleden Wilhelmina, Joris Adriaansz. van Driel, gehuwd met Machteld Adriaan Dirksdr., Willem Dirksz. Romeijn op Heinenoord, altezamen voogden van het weeskind genaamd Eeuwout Adriaansz., oud ca. 1 jaar. Adriaan Eeuwoutsz. blijft in bezit van het huis, de bergen, keten, boomgaard etc., staande en gelegen op een gedeelte land gekocht van Heijnrick Lenertsz. Besemer. Wijders blijft hij in bezit van 7 morgen en 560 roeden land in het Oudeland van Moerkercken op 3 verschillende plaatsen, huisraad, havelijke goederen etc. Hij belooft aan het weeskind eens uit te keren de som van 1100 gulden.
Klaaswaal, 2 mei 1636:
Jacob Maertens, zoon van Maerten Jacobs en Machtelt Adriaens, nu getrouwd met Joris Ariaensz. van Dryel,
wonende in Nieuw Cromstrijen, benoemt tot erfgenamen
zijn halve broeders en zusters Adriaen Jorisz., Bastiaentje, Willempge en Aert Joris.
Mijnsheereland, 24 januari 1623: Joris Adriaensz. van Driel bekent schuldig te zijn aan Adriaen Jacobsz. op Heinenoord, “nasaet” van Cornelis Huijgensz. Splinter, de som van 1400 gulden hoofdgeld uit zake van een lening, door hem opgenomen. Als borg over deze som stelt zich Adriaen Dircksz. aan de Korendijk, schoonvader van Joris Adriaensz.
Mijnsheerenland, 10 juni 1625: Joris van Driel verkoopt met procuratie van Adriaen Eewoutsz. Smoor 2 mrg en 25 roe cijnsland in het Oudeland van Moerkercken aan Gerrit Simonsz. Oost Jacob Claesz. Lem de jongste, zuid de Dorpweg, west de verkoper en noord de watering van het gemeneland van Moerkercken. Dit land is de verkoper eertijds aangekomen van de weduwe van Johan van Wesel. Op dit land hebben de Kartuizers van het klooster St. Beatrisberg bij Koblenz. sprekende 2 goudgulden.
Cromstrijen, 5 augustus 1654: Machtelt Adriaens, weduwe van Joris Adriaens van Dryel, wonende in Nieuw Cromstrijen koopt 12 morgen land, geassisteerd met haar schoonzoon Lenert Jacobsz. Poortugael.
overl. tussen 8 nov. 1655 en 18 mrt. 1668.
4 kind(eren)
-
Aert Adriaens van Driel
, * ±1592
, † 1639 .
×
Cunera Aerts
.
2 kind(eren)
-
Cornelia Adriaensdr (Neeltgen Adriaens) van Driel
, * ±1593
.
Geschat geboortejaar.
Cornelia van Driel Adriaensdr.
Adriaen Claesz. Lem, wonende aan de Strijensche Westdijk, en echtgenoot van Cornelia Adriaensdr. van Driel, verkoopt op 20-6-1628 aan Marichge Pouwelsdochter, weduwe van Gerrit Simonsz van Aken, 3 morgen en 300 roeden cijnsland in het Oudeland van Moerkercken, ten westen van de weg strekkende van de Reedijk naar de Westmaas. Dit land is de huisvrouw van de verkoper aangekopen bij kaveling met haar broer Aert Adriaensz. van Driel op 18-3-1615.
Mijnsheerenland, 13 juni 1615: Joris Adriaensz. van Driel en Adriaen Claesz., echtgenoot van Neeltge Adriaensdr. van Driel, transporteren met meer andere personen, een jaarlijkse losrente van 100 Cgld, te lossen met de hoofdsom van 1600 Cgld, sprekende op Jan Pietersz. Vinck. Deze heeft tot onderpand gesteld zijn geheel huis, berg en schuur, benevens een boomgaard e.a.
×
1615
Adriaen Claesz Lem
.
Zoon van
Nicolaes (Claes Jacobsz) Lem
en
?
Zij w o n e n in 1638 aan de W e s t d i j k van Strijen.
Mijnsheerenland, 18 maart 1615: Joris Adriaensz. van Driel en Neeltge Adriaensdr. van Driel bekennen met elkander al hun eigenlanden gegrondkaveld te hebben. O.a. een stuk land ter grootte van 3 morgen en 100 roe, genaamd Rosendael en 3 mrg 303 roe land met het huis, de schuur en een boomgaard, staande en gelegen in het Oudeland van Moerkercken, gemeen met de erfgenamen van Jan en Lenert Cornelisz. tot Ablas; gekocht van Jacob Adriaensz. Ruijter. Genoemd: Adriaen Claesz., echtgenoot van Neeltge Adriaensdr. van Driel. Met handtekening van Adriaen Adriaensz. van Driel. Zeer uitvoerige kavelcedulle.
Adriaen Claesz., echtgenoot van Neeltge Adriaensdr. van Driel, Cornelis Adriaensz. van Driel en Joris Adriaensz. van Driel worden op 13-6-1615 in Mijnsheerenland genoemd.
Mijnsheerenland, 19 juli 1622:
- Joris Adriaensz. van Driel en Aert Adriaensz. van Driel, vervangende hun zwager Adriaen Claesz. Lem, bekennen verkocht te hebben aan Cornelis Cornelisz. jonge Boer 400 roeden land in het OvM met een huis, 2 bergen, schuren en een boomgaard. Oost het land van de weduwe van Lenert Ooien in Strijen, zuid de Dorp- of Kerkweg, west het land van de
Leprosen te Dordrecht en noord Herman Godschalksz. De verkopers aangekomen van hun oom [=stiefvader] Jan Pietersz. Vinck.
- Cornelis Cornelisz. jonge Boer bekent schuldig te zijn aan Joris Adriaensz. van Driel, Aert Adriaensz. van Driel, Adriaen Claesz. Lem en Jan Pietersz. Vinck de som van 2800 gulden over de koop van 400 roeden land met een huis, de bergen, schuren en een boomgaard alsook vanwege de koop van 1 mrg cijnsland.
Mijnsheerenland, 6 augustus 1623: Joris Adriaensz. van Driel, Aert Adriaensz. van Driel, Cornelis Adriaensz. van Driel en hun zwager Adriaen Claesz. Lem bekennen schuldig te zijn aan de Heilige Geest in Mijnsheerenland de som van 415 gulden, 8 stuivers en 9 penningen Hollands, dewelke som zij ontvangen hebben uit handen van Cornelis Cornelisz. jonge Boer, die zij schuldig zijn geweest als borg voor Jan Pietersz. Vinck en welke som de voornoemde Boer tot zijn last genomen had om de beloofde koopsom van de bouwstede door Cornelis Cornelisz. van Jan Pietersz. Vinck overgenomen, te waarborgen, De koopsom is gehypothekeerd op 1 morgen cijnsland. De koopsom wordt op 12 juni 1632 afgelost door Joris Adriaensz. van Driel, welke som daarna wordt overgenomen door Adriaen Simonsz. in ’t Velt.
Mijnsheerenland, 9 mei 1624: Aert Adriaensz. van Driel, tegenwoordig jonggezel, wonende in Nieuw-Cromstrijen, verkoopt aan Willem Dircksz. Romeijn op Heinenoord 2 mrg en 220 roe bouwland in het Blaakse Zomerland. Oost Adriaen Yngensz. aan de Blaak, zuid de dijksloot van de Blaakse dijk, west de weduwe van Cornelis Adriaensz., noord de Reeweg. Dit land is de verkoper aangekomen bij successie van zijn vader Adriaen Anthonisz. van Driel op 18 maart 1615. Genoemd: Adriaen Claesz. Lem, zwager van Aert Adriaensz. van Driel.
Mijnsheerenland, 20 juni 1628: Adriaen Claesz. Lem, wonende aan de Strijensche Westdijk en echtgenoot van Cornelia Adriaensdr. van Driel, verkoopt aan Marichge Pouwelsdochter, weduwe van Gerrit Simonsz. van Aken, 3 morgen en 300 roeden cijnsland in het OvM. Oost de weg strekkende van de Reedijk naar de Westmaas, zuid Pieter Corstiaensz. en de erfgenamen van Dammas Gerritsz. en de edele juffrouw Joanna van Raesvelt, west de kerk en noord de erfgenamen van Cornelis Huijgensz. Splinter en eensdeels Claes Adriaensz. van Strijen. Dit land is de huisvrouw van de verkoper aangekomen bij kaveling met haar broer Aert Adriaensz. van Driel op 18 maart 1615.
Poortugaal, 23-10-1677: Bastiaen Maertensz. en Maritgen Willemsdr. echtelieden wonende op het Rhoonse Veer maken een testament. Stellen tot voogden, hij Jacob Cornelisz. Crommendijck en zij Jacob Arijensz. Lem, haar zoon, met seclusie van alle anderen.
-
Cornelis Adriaensz van Driel
, * ±1595
, † 1646 .
Cornelis van Driel Adriaensz.
Joris Adriaensz. van Driel en Cornelis Adriaensz. van Driel, diens broer, worden op 6-5-1620 in Mijnsheerenland vermeld.
Mijnsheerenland, 23 december 1616: Jan Pietersz. Vinck, getrouwd met de weduwe van Adriaen Thonisz. van Driel, verklaart in presentatie van Steven Jacobsz. van der Mast, de broeder van zijn huisvrouw, en meer anderen personen een eeuwige en deugdelijke erfscheiding en grondkaveling gedaan te hebben van hun eigen landen. Genoemd: Joris Adriaensz., Aert Adriaensz., Cornelis Adriaensz. en Neeltge Adriaensdr.
Joris Adriaensz. van Driel en zijn broer Cornelis Adriaensz. van Driel stellen zich borg voor hun oom [=stiefvader] Jan Pietersz. Vinck voor de som van 415 Carolusgulden, 8 stuivers en 9 penningen ten bate van de Heilige Geest in Mijnsheerenland op 24-4-1621.
Stedehouder en heemraden in Mijnsheerenland taxeren 3 morgen bouwland in het Oudeland van Moerkercken op 20-88-1625. Dit land is door Joris Adriaensz. van Driel gekocht van zijn broer Cornelis Adriaensz.
van Driel. De morgen wordt waardig geschat op 360 gulden.
Overl. tussen 7 jan. 1646 en 6 juni 1646.
×
Dordrecht 7-6-1623
Cornelia Cornelis
.
Dochter van
Bastiaenge Joppen
.
Get. bij het huwelijk:
Antonis Cornelisz (Teunis Cornelisz) Loduwijcx alias Capteijn
.
Cornelia Cornelis is j.d. Cornelis Adriaens van Driel „van Beyerlant" wordt geassisteerd door zijn neef Tennis Cornelisz. Loedewijcks. Deze neef is een zoon van Cornelis Anthonisz. Lodewijckx, schout van Adriaen Pieters Ambacht, en Neysge Cornelis van Driel.
Kinderen: Adriaen en Cornelia.
Testament gemaakt op 7-1-1646.
Cornelia’s moeder is Bastiaentge Joppen.
Dordrecht, 29 juli 1633: Zij zijn erfgenamen van haar oom Jan Joppe.
Dordrecht, 29 december 1639: Conelis Adriaens van
Driel is zwager van Adriaentge Cornelis.
Dordrecht, 6 juni 1646: Cornelia Cornelis, weduwe
van Cornelis Adriaens van Driel, apothecaris, benoemt
tot voogden Joris Adriaens van Driel, wonende omtrent
Westmaas, en Tennis Symonsz. Slooter, molenaar van
Westmaas.
2 kind(eren)